ECLI:NL:RBAMS:2025:5792
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Kort geding over resterend loon, wettelijke verhoging en getuigschrift tussen werknemer en werkgever
In deze zaak heeft [eiser], wonende in het buitenland, een kort geding aangespannen tegen Adalat Distelplein B.V. over de betaling van resterend loon, wettelijke verhoging, buitengerechtelijke incassokosten en de afgifte van een getuigschrift. De procedure begon met een dagvaarding op 11 juni 2025, gevolgd door een akte houdende eiswijziging en een conclusie van antwoord van Adalat. De mondelinge behandeling vond plaats op 22 juli 2025, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [eiser] in de periode van juni 2022 tot september 2024 werkzaam was voor Dutch Dental Clinic in Dubai en op 4 oktober 2024 in dienst trad bij Adalat als Manager Prothetiek. De arbeidsovereenkomst bevatte bepalingen over opzegtermijnen en schadevergoedingen. [eiser] heeft de arbeidsovereenkomst opgezegd per 1 mei 2025, maar heeft de opzegtermijn niet in acht genomen. Adalat heeft een huurachterstand van [eiser] ingediend als verweer. De kantonrechter oordeelde dat Adalat aanspraak kan maken op een gefixeerde schadevergoeding en dat het resterende loon over mei 2025 reeds is voldaan. Wel werd de wettelijke verhoging van 25% over het te laat betaalde salaris toegewezen, evenals de buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelde dat Adalat verplicht is een positief getuigschrift af te geven en legde een dwangsom op bij niet-nakoming. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.