Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 19 augustus 2024 met bijlagen;
- de conclusie van antwoord van 31 oktober 2024 met bijlagen;
- het tussenvonnis van 21 november 2024 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de dagbepaling mondelinge behandeling.
2.De feiten
Het gehuurde is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als woonruimte ten behoeve van huurder (en leden van zijn gezin)´
De naam van de huiseigenaar is [gedaagde] .
“…even ter herinnering, morgen zal mijn broer om 07.25 uur zijn om de deur open te doen”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
De stelling dat dit niet aan [gedaagde] is toe te rekenen, volgt de kantonrechter niet. Juist is dat [gedaagde] feitelijk zijn woning niet kon betrekken doordat de politie en Eigen Haard hebben toegestaan dat de bewoners daar (tijdelijk) mochten blijven. Eigen Haard heeft er echter op de zitting terecht op gewezen dat ook onderhuurders woonrechten hebben, waar Eigen Haard rekening mee moest houden. Die woonrechten zijn door toedoen van [broer] ontstaan. Zoals hiervoor overwogen is [gedaagde] aansprakelijk voor de gedragingen van [broer] . Daarom is [gedaagde] tekort geschoten in de nakoming van de verplichting zijn hoofdverblijf in de woning te houden.