ECLI:NL:RBAMS:2025:4729

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
8 juli 2025
Publicatiedatum
7 juli 2025
Zaaknummer
16-039939-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van schending van het ambtsgeheim en omkoping van een politieagent, handel in verdovende middelen en witwassen

In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 8 juli 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere ernstige misdrijven. De verdachte, geboren in 1997 en thans gedetineerd, is beschuldigd van het medeplegen van schending van het ambtsgeheim en omkoping van een politieagent, evenals de handel in en het aanwezig hebben van grote hoeveelheden verdovende middelen en geneesmiddelen, en witwassen. De feiten vonden plaats tussen 2019 en 2024, waarbij de verdachte samen met zijn broer, die politieagent is, vertrouwelijke informatie uit politiesystemen heeft verstrekt aan derden, waaronder criminelen, in ruil voor geld. Daarnaast heeft hij zich schuldig gemaakt aan de handel in diverse soorten drugs, waaronder cocaïne, heroïne, MDMA en ketamine, en het witwassen van aanzienlijke geldbedragen en designer goederen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar en zes maanden, met aftrek van het voorarrest. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en het ondermijnen van het vertrouwen in de politie.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Parketnummer: 16.039939.24 [verdachte]
Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 16-039939-24
Datum uitspraak: 8 juli 2025
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1997,
wonende op het adres [adres] , [woonplaats] ,
thans gedetineerd in de [naam PI] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 24 juni 2025. Verdachte (hierna: [verdachte] ) was hierbij aanwezig.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. H.J. Timmer en van wat [verdachte] en zijn raadsman mr. A. Boumanjal naar voren hebben gebracht.
Op de zitting van 24 juni 2025 zijn ook de zaken van medeverdachten [medeverdachte 1] (16-154911-23) en [medeverdachte 2] (16-198686-24) behandeld. De rechtbank doet op 8 juli 2025 ook uitspraak in die zaken.

2.Tenlastelegging

Aan [verdachte] is – na wijziging op de pro forma-zitting van 23 januari 2025 – samengevat ten laste gelegd dat hij
1.in de periode van 15 september 2022 tot en met 19 april 2024 te Amsterdam en/of Alkmaar, meermalen een ambtsgeheim opzettelijk heeft geschonden door samen met anderen, waaronder een politieagent, persoonsgegevens, tenaamstellingen en vertrouwelijke informatie over opsporingsonderzoeken, BVH-mutaties en/of kentekens aan een derde te verstrekken;
2.
in de periode van 15 september 2022 tot en met 19 april 2024 te Amsterdam en/of Haarlem, samen met anderen, opzettelijk een ambtenaar, [medeverdachte 1] , giften heeft gedaan met het oogmerk die ambtenaar te bewegen informatie te verstrekken;
3.in de periode van 4 november 2019 tot en met 18 juni 2024 te Amsterdam en/of Haarlem, samen met anderen, opzettelijk hoeveelheden cocaïne, heroïne, MDMA, (meth)amfetamine, 3-MMC, 3-CMC, 2C-B, methylfenidaat en Alfa-PiHP heeft bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd of aanwezig gehad;
4.in de periode van 4 november 2019 tot en met 18 juni 2024 te Amsterdam en/of Haarlem, samen met anderen, opzettelijk hoeveelheden diazepam, oxazepam en temazepam heeft bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd of aanwezig gehad;
5.in de periode 4 november 2019 tot en met 18 juni 2024 te Amsterdam en/of Haarlem, samen met anderen, opzettelijk een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning geldt, te weten 4575 tabletten sildenafil 120 mg, 2960 tabletten sildenafil 100 mg en 10,94 kg ketamine, in voorraad heeft gehad, te koop heeft aangeboden, heeft verkocht, heeft afgeleverd, ter hand heeft gesteld, heeft ingevoerd, heeft uitgevoerd en/of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied heeft gebracht;
6.op 18 juni 2024 te Haarlem en/of Amsterdam, samen met anderen, een geldbedrag van € 285.854,85, meerdere designerkledingstukken/-schoenen, een Rolex horloge, zonnebrillen en Apple AirPods Max heeft witgewassen.
De volledige tenlastelegging is opgenomen in
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.

3.Waardering van het bewijs

3.1
Inleiding
Op 24 februari 2023 werd een melding gedaan van een verdachte situatie aan de Vollenhovelaan in Utrecht waar een persoon een tas in een vuilcontainer zou hebben gestopt en daar een andere tas weer uithaalde. Deze persoon zou zijn ingestapt in een auto waarin drie personen zaten. Deze auto is later gecontroleerd en in de auto zijn onder meer een automatisch machinepistool, twee vuurwapens en een iPhone 7 aangetroffen. In de iPhone 7 zijn diverse chats en afbeeldingen aangetroffen waaruit volgde dat de persoon ‘ [naam 1] ’ informatie opvroeg en dat de persoon ‘ [naam 2] ’ in contact stond met iemand die informatie uit de politiesystemen leverde. Vervolgens is onderzoek Carnaliet gestart. Uit loggings van de politiesystemen is gebleken dat de bevragingen in de politiesystemen zijn uitgevoerd met accounts van politieambtenaren uit de regio Amsterdam, veelal hondengeleiders. [medeverdachte 1] (hondengeleider) was van alle Amsterdamse politieambtenaren als enige telkens in dienst tijdens de betrokken bevragingen. Het vermoeden is gerezen dat [medeverdachte 1] de informatie via accounts van zijn collega’s opvroeg en doorgaf aan zijn broer [verdachte] , die de informatie weer doorverkocht aan derden.
Vervolgens is de politie beide broers [achternaam broers] gaan observeren en tappen met een OVC (opnemen vertrouwelijke communicatie). Uit de OVC-gesprekken is het vermoeden gerezen dat [verdachte] zich bezig hield met de handel in verdovende middelen en dat hij een ‘stashplek’ had op zijn oude woonadres aan de [oude woonadres verdachte] . Op 18 juni 2024 heeft de politie verschillende woningen doorzocht en verdachten aangehouden. In de woning op de [oude woonadres verdachte] is medeverdachte [medeverdachte 2] aangetroffen, alsook een grote hoeveelheid verdovende middelen en geneesmiddelen, een bedrag van € 279.260,- aan contant geld en dure merkkleding- en schoenen. Ook is er een Skorpion automatisch vuurwapen met munitie en een geluiddemper aangetroffen. Daarnaast is de woning van [verdachte] op de [adres] doorzocht. Hier werd eveneens contant geld en een grote hoeveelheid dure merkkleding aangetroffen.
De vraag is of bewezen kan worden dat [verdachte] , al dan niet samen met anderen, zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten.
3.2
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft aangevoerd dat alle feiten bewezen kunnen worden. Uit het dossier blijkt dat [medeverdachte 1] steeds degene is geweest die de bevragingen in de politie systemen heeft uitgevoerd. Hij heeft ook bekennende verklaringen afgelegd dat hij die informatie op verzoek van zijn broer [verdachte] opzocht en dat hij de informatie telefonisch doorgaf aan [verdachte] . [verdachte] fungeerde hierbij als ‘informatiemakelaar’ en gaf de informatie door aan derden. Voor de politie-informatie moest worden betaald. Uit chatgesprekken blijkt dat het € 1.000,- kostte om iemand na te laten trekken en € 350,- om na te vragen of iemand ‘heet’ is of niet. Het medeplegen van de schending van het ambtsgeheim (feit 1) en het medeplegen van omkoping (feit 2) kan dus bewezen worden. Daarnaast blijkt uit de OVC-gesprekken dat [verdachte] zich bezig hield met de handel in verdovende middelen. Tijdens de doorzoeking van de woning aan de [oude woonadres verdachte] zijn onder andere drie iPhones aangetroffen, met daarin chatgesprekken die duiden op een structurele handel in verdovende middelen. Die gesprekken vonden plaats in de periode van 4 november 2019 tot en met 15 juni 2024, waarbij [verdachte] gebruik maakte van het alias ‘ [alias] ’. Ook zijn bij deze doorzoeking een grote hoeveelheid verdovende middelen en geneesmiddelen aangetroffen, bijna dezelfde als waarover in de chatgesprekken werd gesproken. [verdachte] stond van 1 juni 2022 tot en met 17 november 2023 ingeschreven op dit adres en uit de peilbakengegevens blijkt dat hij er daarna ook nog bijna dagelijks kwam. Hij was ook in het bezit van de sleutel en ‘toegangstag’ van de woning. De verdovende middelen en geneesmiddelen die op de [oude woonadres verdachte] zijn aangetroffen kunnen dus aan hem worden toegerekend. Feit 3, 4 en 5 kunnen dus bewezen worden. Ook het witwassen (feit 6) kan bewezen worden. De aangetroffen contante geldbedragen en merkkleding in beide woningen, dus ook zijn eigen woning, kunnen niet worden verklaard door legale inkomsten en het is aannemelijk dat het geld afkomstig is van de drugshandel.
3.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van feit 1 en 2 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Ten aanzien van feit 3, 4, 5 en 6 heeft de raadsman verzocht om [verdachte] vrij te spreken van het voorhanden hebben van de goederen die op 18 juni 2024 op de [oude woonadres verdachte] zijn aangetroffen. Evident is dat de verdovende middelen, geneesmiddelen en het geld dat daar is aangetroffen aan [medeverdachte 2] toebehoren, want hij was ten tijde van de doorzoeking de officiële huurder van de woning en hij stond op dit adres ook ingeschreven. Niet kan worden bewezen dat [verdachte] wetenschap van en/of beschikkingsmacht had over de verdovende middelen, geneesmiddelen en het geld. Immers kan niet worden vast gesteld dat hij de nacht voor of op 18 juni 2024 in de woning is geweest. De interpretatie van de OVC-gesprekken dat gesproken zou zijn over een stashplek en dat deze plek dan de woning op de [oude woonadres verdachte] zou moeten zijn is een aanname van het Openbaar Ministerie en geen redengevend bewijs. [verdachte] heeft niet ontkend regelmatig in de woning te zijn geweest en daar op eerdere momenten een relatief kleine hoeveelheid drugs te hebben aangeschaft, maar hij betwist dat hij wetenschap had van de grote hoeveelheid verdovende middelen en geneesmiddelen die daar op 18 juni 2024 zijn aangetroffen. De goederen lagen niet open en bloot in het zicht in de woning. De meeste verdovende middelen lagen immers verstopt achter de plinten in de keuken of in tassen bij het washok. Ook zijn er geen DNA-sporen of vingerafdrukken van hem op de verdovende middelen, de hendels van de bigshoppers, vacuümmachine, folie of weegschaal aangetroffen.
Verder wordt bij feit 3 de begindatum van 4 november 2019 van de ten laste gelegde periode betwist. [verdachte] heeft ter zitting verklaard dat hij en [medeverdachte 2] (het telefoonnummer van) de drugslijn ‘ [alias] ’ eind 2022 of begin 2023 hebben overgenomen. Uit het dossier blijkt onvoldoende dat de berichten in de telefoon(s) van voor eind 2022 ook al aan hem kunnen worden toegerekend. Bij de rechter-commissaris zijn enkele getuigen gehoord die verdovende middelen hebben aangeschaft via de drugslijn en zij hebben [verdachte] niet herkend als ‘ [alias] ’ en/of konden geen signalement geven. Dat in een chatgesprek de naam ' [verdachte] ' wordt genoemd is onvoldoende, omdat dit een veelvoorkomende naam is.
3.4
Het oordeel van de rechtbank
3.4.1
Ten aanzien van feit 1 en 2
[verdachte] heeft feit 1 (medeplegen schending ambtsgeheim) en feit 2 (omkoping politieambtenaar) bekend. De rechtbank acht deze feiten bewezen, met inachtneming van de nadere overweging ten aanzien van feit 2. Aangezien de verdediging geen vrijspraak heeft bepleit, zal de rechtbank voor deze feiten volstaan met de hierna genoemde opgave van bewijsmiddelen.
Nader overweging ten aanzien van feit 2
[verdachte] heeft ter zitting bekend dat hij op verzoek van anderen aan zijn broer [medeverdachte 1] , een politieambtenaar, heeft gevraagd om informatie uit de politiesystemen op te vragen en heeft bevestigd dat voor die informatie betaald werd. [medeverdachte 1] heeft ook bekend dat hij een aantal keren giften van [verdachte] heeft aangenomen voor de bevragingen die hij in de politiesystemen heeft uitgevoerd, in totaal ongeveer
€ 5.000,-. Uit de OVC’s en chatgesprekken blijkt dat het € 350,- kostte om kentekens (‘kennies’) te controleren en € 1.000,- om te controleren of iemand in onderzoek bij de politie (‘heet’) is. De rechtbank heeft in het vonnis van [medeverdachte 1] overwogen dat alleen bij de bevragingen waarvoor [medeverdachte 1] geld heeft ontvangen, omkoping bewezen kan worden verklaard. Dit geldt eveneens voor [verdachte] . Uit het onderzoek van de Rijksrecherche blijkt dat [medeverdachte 1] voor de bevraging op 3 februari 2023 (zaaksdossier 7), de bevraging op 13 april 2024 (zaaksdossier 11) en de bevraging op 19 april 2024 (zaaksdossier 12) een betaling heeft ontvangen. Alleen in die gevallen wordt de omkoping bewezen verklaard.
Bewijsmiddelen ten aanzien van feit 1 en 2:
1. De bekennende verklaring van [verdachte] ter terechtzitting van 24 juni 2025.
2. Een proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , met nummer 2406190945. [nummer] van 19 juni 2024, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [naam opsporingsambtenaar 1] en [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 400073 e.v.
3. Een proces-verbaal van bevindingen uitgelezen data iPhone 7 (3126960), met nummer 2305161700.AMB van 2 juni 2023, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 100010 e.v.
4. Een proces-verbaal van bevindingen omstandigheden [medeverdachte 1] vs. lekmomenten en verdachte bevragingen, met nummer 2307211500.AMB van 7 december 2023, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 100143 e.v.
5. Een proces-verbaal van bevindingen omstandigheden [medeverdachte 1] verdachte bevragingen 02-02-2024 en 01-04-2024, met nummer 2409171545.AMB van 23 september 2024, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 101607 e.v.
6. Een proces-verbaal van bevindingen omstandigheden [medeverdachte 1] vs. lekmomenten 13-04-2024 en 19-04-2024, met nummer 2405290930.AMB van 17 juni 2024, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 100473 e.v.
7. Een proces-verbaal van bevindingen verhoren [medeverdachte 1] vs. OVC, met nummer 2411011130.AMB van 7 november 2024, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde p. 101657 e.v.
3.4.2
Feiten en omstandigheden ten aanzien van feit 3, 4, 5 en 6:
De rechtbank gaat – ten aanzien van feit 3, 4, 5 en 6 – op grond van de wettige bewijsmiddelen van de volgende feiten en omstandigheden uit. [1]
Doorzoeking [oude woonadres verdachte]
Tijdens de doorzoeking van de woning aan de [oude woonadres verdachte] op 18 juni 2024 werd onder andere een grote hoeveelheid verdovende middelen aangetroffen in plastic zakken in de woonkamer, in het washok naast de wasmachine, achter de plint van de keuken en in de slaapkamer. [2] Verder zijn grote hoeveelheden geld aangetroffen op de eetkamertafel, op het tv meubel, in de kast in de slaapkamer en in een kistje in de slaapkamer. In totaal gaat het om een bedrag van € 279.260,-. [3] In de slaapkamer is ook een grote hoeveelheid medicijnen – te weten 4.575 tabletten Cobra-120 Sildenafil Citrate, ​​​​1.200 pillen Diazepam CF 10mg, 570 pillen Oxazepam CF 50mg, 560 capsules Temazepam CF 20mg, 210 pillen Methylfenidaat HCI 1A Pharma 10mg​​​​​​​ en 2.960 pillen Kamagra 100 Gold [4] – aangetroffen onder het bed. Ook is daar verpakkingsmateriaal voor pillen en een geldtelmachine gevonden. In de keuken is op het aanrecht een weegschaal en in de keukenkast een vacumeermachine aangetroffen. Verder zijn in de woning meerdere mobiele telefoons aangetroffen. [5] In de woning werd [medeverdachte 2] aangehouden, die vanaf 14 januari 2024 op dit adres staat ingeschreven. [6]
Doorzoeking [adres]
Tijdens de doorzoeking van de woning van [verdachte] aan de [adres] op 18 juni 2024 werden onder meer mobiele telefoons, diverse kledingstukken en schoenen met aankoopbon en diverse kledingstukken/schoenen zonder aankoopbon aangetroffen. Verder is contant geld aangetroffen op een tafel in de gang, bestaande uit een bundel van 65 biljetten van € 50,-, een bundel van 103 biljetten van € 20,-, vijf biljetten van € 5,-, zes biljetten van € 10,-, vijftien biljetten van € 50,- en een biljet van € 100,- in een bakje en een bedrag van € 311,25 aan kleingeld in een glazen object. In een zak van een zwart jasje in de kamer met de kledingkast werden ook nog negen biljetten van € 5,- aangetroffen. [7] In totaal is er een bedrag van € 6.594,85 aan contant geld aangetroffen. [8] In de woning werd ook een autosleutel van een Audi A3 met kenteken [kenteken] aangetroffen. De Audi is in de parkeergarage van het gebouw aangetroffen en in de Audi lag een sleutelbos met een tag. [9]
De totale aanschafwaarde van de kledingstukken, schoenen en zonnebrillen waarvan bonnen zijn gevonden is € 21.826,00. Het betreft de merken Moncler, Louis Vuitton, Peuterey, Dolce & Gabbana, Hermès, Oger, Burberry, Dior, Gucci, Balenciaga en Chanel. [10] Van de kledingstukken en schoenen waar geen bon van is gevonden, is de waarde bepaald met behulp van het online zoeken naar deze producten via Google. Het betreft onder meer kleding, schoenen en zonnebrillen van Hermès, Dolce & Gabbana, Dior, Chanel, Louis Vuitton, Stone Island, Jacob Cohen, Versace, Prada, Nike alsook Apple Airpods Max. De totale aanschafwaarde is € 17.547,67. [11]
Onderzoek verdovende middelen [oude woonadres verdachte]
De verdovende middelen en een deel van de geneesmiddelen die op de [oude woonadres verdachte] zijn aangetroffen zijn opgestuurd naar het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) voor nader onderzoek. [12] Uit de NFI-rapporten blijkt dat de geteste middelen de volgende stoffen bevatten: cocaïne [13] , heroïne [14] , MDMA [15] , methamfetamine en amfetamine [16] , 2-MMC, 3-MMC en 3-CMC [17] , 2C-B en Alfa-PiHP [18] , ketamine [19] , Sildenafil en Temazepam. [20]
Onderzoek Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: Inspectie) heeft beoordeeld of de op de [oude woonadres verdachte] inbeslaggenomen producten voldoen aan de omschrijvingen in de Geneesmiddelenwet of dat zij een middel bevatten als vermeld op lijst I of II behorende bij de Opiumwet. De Inspectie heeft het volgende geconcludeerd.
Een deel van deze producten voldoet aan de omschrijving van het begrip geneesmiddel als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Geneesmiddelenwet. [21]
Voor een aantal producten is een handelsvergunning verleend voor de Nederlandse markt. [22]
Voor een aantal producten is geen handelsvergunning verleend voor de Nederlandse markt. [23] Deze producten vallen niet onder de uitzonderingsbepalingen als bedoeld in artikel 40, derde lid, van de Geneesmiddelenwet.
De werkzame stof in het product Methylfenidaat HCI IA Pharma 10 mg (G.01.01.013) staat vermeld op lijst I behorende bij de Opiumwet. De werkzame stoffen in andere producten staan vermeld op lijst II behorende bij de Opiumwet. [24]
Verder blijkt uit onderzoek van de Inspectie dat aan [verdachte] en [medeverdachte 2] geen handelsvergunning is verleend en dat zij niet beschikken over enige bevoegdheid tot het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten met een geneesmiddel als bedoeld in de Geneesmiddelenwet en/of met een middel als bedoeld in lijst I of II behorende bij de Opiumwet. [25] Dat betekent dat het strafbaar was om al deze producten aanwezig te hebben.
Onderzoek koppeling tussen [verdachte] en [oude woonadres verdachte]
De Rijksrecherche heeft onderzoek gedaan naar [verdachte] en zijn relatie tot het appartement aan de [oude woonadres verdachte] . Hieruit blijkt het volgende. Van 1 juni 2022 tot 17 november 2023 stond [verdachte] ingeschreven op het adres [oude woonadres verdachte] . Tijdens de doorzoeking van de [adres] is in de bijbehorende parkeergarage een Audi A3 op naam van [verdachte] aangetroffen, waarin een sleutelbos met een blauwe tag lag. Met de tag kon het [naam gebouw] aan de [oude woonadres verdachte] worden betreden en met de sleutel het appartement [nummer] .
Verder heeft [verdachte] in de periode van 10 december 2022 tot en met 10 juni 2024 een Volkswagen Golf met kenteken [kenteken] (hierna: Volkswagen Golf) op zijn naam gehad. Op/in de Volkswagen Golf is op 28 februari 2024 een microfoon (OVC) en een peilbaken geplaatst. Uit analyse van de peilbakengegevens gecombineerd met de loggegevens van de tags die horen bij het appartement volgt dat [verdachte] vrijwel dagelijks en vaak meerdere keren per dag de Volkswagen Golf parkeert in de garage onder het [naam gebouw] en vervolgens met een tag het gebouw ingaat en zich naar de vijfde verdieping begeeft waar appartement [nummer] ligt.
Uit een OVC-gesprek blijkt dat op 26 maart 2024 omstreeks 16:35 uur een gesprek plaatsvindt tussen [verdachte] en een onbekende man. De man vraagt aan [verdachte] wat de markt is van MMC en [verdachte] legt het één en ander daarover uit. Daarna vraagt [verdachte] waar de man is, de man geeft aan dat hij ‘boven’ is, waarop [verdachte] antwoordt ook ‘naar daar’ te komen. Vervolgens vraagt [verdachte] of de man voor hem ‘honderd van die gemaakte sannie 11’ kan doen en wordt er gesproken over ‘bollie 12’ en ‘p’. Ondertussen belt [verdachte] met een andere onbekende man en geeft [verdachte] aan dat hij ‘het’ zo gaat klaar zetten. Uit analyse van de peilbakengegevens blijkt dat op 26 maart 2024 de Volkswagen Golf zich ongeveer 300 meter vanaf de ingang parkeergarage aan de [oude woonadres verdachte] bevond. De loggegevens van de tag laten zien dat [verdachte] vervolgens om 16:41 uur het [naam gebouw] ingaat en omstreeks 16:43 uur op de vijfde verdieping is. Tot slot zijn tijdens de doorzoeking van de [oude woonadres verdachte] in de meterkast ordners met administratie van [verdachte] aangetroffen en in zijn woning op de [adres] is een handleiding van een geldtelmachine ‘Cash tester BC 242 SD’ aangetroffen, die overeenkomt met het merk van de geldtelmachine die op de [oude woonadres verdachte] is aangetroffen. [26]
OVC-gesprekken [verdachte]
Uit de afgeluisterde OVC-gesprekken van [verdachte] in de Volkswagen Golf blijkt onder meer het volgende.
Op 28 februari 2024 om 17:48 uur vraagt [verdachte] aan een onbekende man of deze aan suiker en 3MMC kan komen, omdat hij dit allemaal nodig heeft. Vervolgens bespreekt [verdachte] dat hij zowel 2MMC als 3MMC heeft geseald, en dat je het verschil niet ziet. Op 29 februari 2024 om 14:56 uur zegt [verdachte] het volgende: “Colombia 2 kilo per week man. Ik ga nu naar Primera en ga zakken halen om te verzenden. Ik ga doekoe maken”.
Op 2 maart 2024 om 20:59 uur zegt [verdachte] tegen een onbekende man: “Ik rij al de hele tijd met duizend, met duizend pillen, kanker man, als scotoe wordt aangehouden, is gewoon de lul”. Op 2 maart 2024 om 22:23 uur zit een onbekende man bij [verdachte] in de auto. De man vraagt of hij de MMC gelijk wil afrekenen, waarop [verdachte] ‘ja’ zegt. De man vraagt vier en een half doezoe toch? Waarop [verdachte] ‘ja zegt’. Er is geluid te horen dat lijkt op het tellen van bankbiljetten, waarbij iemand hardop meetelt.
Op 5 maart 2024 om 21:32 uur zit [verdachte] in de auto en zegt hij in het Engels: ‘how much is it, twenty five’ waarop een man antwoord 'twenty five’. Vervolgens legt [verdachte] uit hoe het versturen van pakketjes gaat bij verschillende postkantoren in België en Duitsland. Deze pakketjes bevatten ongeveer 1 kilo ketamine, MDMA of XTC.
Op 6 maart 2024 om 20:44 uur zegt [verdachte] tegen een onbekende man dat de ‘keta’ klaar ligt voor 9 ‘barkie’. De term ‘barkie’ is straattaal voor honderd euro. Op 6 maart 2024 om 20:59 uur zegt [verdachte] dat hij morgen ‘keta’ doet en dat hij het klaar zet en om 21:04 uur zegt [verdachte] dat hij ongeveer 2000 pillen heeft verstuurd naar [naam 3] . Als die aankomt, dan stuurt [verdachte] de ketamine ook. Er is ook een sample onderweg, als test. Er zitten air-tags in. [verdachte] zegt een week nodig te hebben om pillen te drukken.
Op 7 maart 2024 om 14:28 uur vraagt [verdachte] aan een onbekende man wanneer de ‘keta’ opgehaald wordt, want opslag kost geld.
Op 12 maart 2024 om 17:18 uur wordt [verdachte] gebeld door een onbekende man. Deze zegt dat er veel scotoe is bij de stashplaats en het werk eventjes is stil gelegd.
Op 20 maart 2024 om 22:15 uur antwoordt [verdachte] tegen een onbekende man: ‘deze week heb ik lichte en M high heb ik liggen. Ik ga kijken hoeveel kilo er ligt. ‘M’ wordt veel gebruikt als aanduiding van MDMA.
Op 26 maart 2024 om 16:32 uur vraagt [verdachte] aan een onbekende man naar “kun je voor me honderd gemaakte doen, honderd van die gemaakte sannie". [verdachte] zegt tegen de onbekende man “staat er letterlijk op, kijk maar op de zak". Sannie is een term voor cocaïne.
Op 4 april 2024 om 21:11 uur belt [verdachte] met een onbekende man. [verdachte] legt uit hoe je ketamine verstuurt en welke maatregelen hij neemt om ontdekking bij controle te voorkomen. [verdachte] vertelt hierbij: “Uit ervaring weet ik dat dit werkt”. Ook vertelt hij hoe hij ketamine in een verpakking van creatine stopt. Om 23:08 uur vraagt [verdachte] aan een onbekende man wat MDMA kost. De man antwoordt dat iemand heeft gezegd tussen de 600 en 700, waarop [verdachte] antwoordt: “Kijk dan kunnen we praten. Meteen morgen, direct. Tien MDMA, tien stuks”.
Op 5 april 2024 om 00:07 uur belt [verdachte] met een onbekende man. [verdachte] zegt dat hij ‘18 boli’ heeft. Op 5 april 2024 om 15:55 uur belt [verdachte] in het Engels met een onbekende man. [verdachte] zegt dat de foto’s van ‘K’ klaar zijn, en dat hij wacht op betaling zodat hij kan verzenden. Vervolgens praat [verdachte] over pakketjes met pillen, en opslag. Om 18:34 uur praat [verdachte] met ‘ [naam 4] ’. ‘ [naam 4] ’ wil weten wat [verdachte] heeft betaald voor MMC. [verdachte] antwoordt hierop ‘pak ik via jou toch’. Het gesprek gaat verder over iemand aan wie [verdachte] MMC heeft verkocht. Deze klant klaagde dat het 2MMC was.
Op 6 april 2024 om 17:39 uur zegt [verdachte] tegen een onbekende man dat hij ‘Tina’ heeft. Tina is een aanduiding van de harddrug crystal meth.
Op 6 april 2024 om 23:07 uur belt [verdachte] met een onbekende man. [verdachte] zegt dat hij Colombiaans moet mixen, en dat hij geen puur gaat geven. [verdachte] zegt dat hij zelf ook mixt, omdat ze teveel klachten krijgen over puur, over de geur en brandende neus.
Op 7 april 2024 om 01:14 uur zegt [verdachte] tegen een onbekende man dat hij ‘keta’ in de auto heeft. [verdachte] vraagt of de man naar Badhoevedorp kan komen bij Basic Fit, want daar komt geen scotoe (politie). Met ‘keta’ kan ketamine worden bedoeld. [27]
Onderzoek aangetroffen telefoons
Bij de doorzoeking van de [oude woonadres verdachte] op 18 juni 2024 werden onder meer drie telefoons inbeslaggenomen, te weten een Apple iPhone 13 mini (G.01.01.002), een Apple iPhone 12 mini (G.02.02.002) en een Apple iPhone SE (G.02.03.001). Uit onderzoek naar deze drie telefoons is het volgende gebleken. Aan telefoons G.01.01.002 en G.02.02.002 is onder meer het telefoonnummer [nummer] gekoppeld geweest, waarbij in WhatsApp onder meer de accountnamen ‘ [alias] ’ en ‘ [alias] ’ en profielfoto ‘ [alias] ’ werden gebruikt. [28] Verder blijkt dat in telefoon G.01.01.002 in totaal 10.675 contacten staan en 827.142 berichten verdeeld over 5.708 chatsessies. Het eerste bericht dat door ‘ [alias] ’ via [nummer] naar zijn contacten wordt verstuurd is van 17 april 2019. Het betreft een soort flyer waarop een prijzenlijst voor verdovende middelen ​​​​wordt genoemd en hoe de bestelling daarvoor moet worden doorgegeven. Uit de chatgesprekken blijkt dat vanaf 4 november 2019 bestellingen voor Colombiaanse en Peruaanse cocaïne, MDMA, XTC en ketamine worden gedaan bij ‘ [alias] ’/‘ [alias] ’ ( [nummer] ) en dat deze worden geleverd. Uit de chatgesprekken uit 2020 blijkt dat ‘ [alias] ’ in 2020 tegen betaling aan verschillende personen Boliviaanse, Peruaanse en Colombiaanse cocaïne, pillen, MDMA, 2M, ketamine, hasj en wiet en medicatie (diazepam, oxazepam, temazepam, lorazepam en kamagra) heeft geleverd aan tussenhandelaren (straatdealers) en eindgebruikers. Uit de chatgesprekken vanaf 2021 blijkt dat ‘ [alias] ’ zich dagelijks bezig hield met de handel in verdovende middelen en medicatie. Dit gaat door totdat er na 17 juni 2024 – een dag voor de aanhouding – geen berichten meer worden verstuurd. [29] Verder blijkt uit het onderzoek dat de toegangscode van telefoons G.01.01.002 en G.02.03.001 de omgekeerde geboortedatum van [verdachte] is: [geboortedatum] . Telefoon G.01.01.002 maakt op 28 mei 2019 en 18 december 2019 verbinding met de ‘iPhone van [verdachte] ’. Tot slot is gebleken dat de gebruiker van telefoon G.01.01.002 met telefoonnummer [nummer] in chat-gesprekken op 2 september 2020, 19 maart 2022, 6 mei 2022, 5 juli 2022, 10 februari 2023​​​​​​​, 15 juni 2023​​​​​​​ en 17 oktober 2023 ​​​​​​​' [verdachte] ' wordt genoemd en de gebruiker steeds ook op deze naam reageert. [30]
Eén van de personen die op 2 september 2020 bij ‘ [alias] ’ ( [nummer] ) verdovende middelen heeft besteld en de naam ‘ [verdachte] ' noemt is [naam 5] . [naam 5] heeft als getuige verklaard dat het telefoonnummer waarmee de bestelling is geplaatst al vijf jaar zijn telefoonnummer is en dat hij weleens met [verdachte] heeft geappt. [31] Getuige [getuige] , die op 6 mei 2022 bij ‘ [alias] ’ ( [nummer] ) drugs heeft besteld en de naam ' [verdachte] ' noemt, heeft als getuige verklaard dat hij op 6 mei 2022 inderdaad drugs heeft besteld en geleverd heeft gekregen. [32]
Tijdens de doorzoeking op de [adres] werd op 18 juni 2024 een Apple iPhone 15 Pro (E.03.01.002) inbeslaggenomen. Uit onderzoek naar deze telefoon blijkt het volgende. [verdachte] was van 20 oktober 2023 tot en met 18 juni 2024 de gebruiker van de telefoon en het bijbehorende telefoonnummer [nummer] en maakte in Snapchat gebruik van accountnaam ‘ [accountnaam] ’. Hij had van 19 april 2024 tot en met 11 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 1] over prijzen van ‘MMC’, ‘MDMA’, ‘Colo’, ‘Keta’, XTC en 2-CB. Hij had van 4 april 2024 tot en met 13 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 2] over ‘Boli’ en ‘Colo’ en een ontmoeting. Hij had van 25 mei 2024 tot en met 14 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 3] over ‘Ket’ en ‘3MMC’ en een ontmoeting. Hij had van 30 oktober 2024 tot en met 14 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 4] over verdovende middelen en een ontmoeting. Hij had van 5 juli 2023 tot en met 17 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 5] over ‘Cola’ en ‘3MMC’, geld en een ontmoeting. Hij had van 18 april 2023 tot en met 11 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 6] over ‘Colo’, ‘Boli’ en ‘Peru’ en geld. Hij had van 15 oktober 2022 tot en met 17 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 7] over medicatie, ‘Boli’, ‘Keta’, geld en een ontmoeting. Hij had van 7 augustus 2021 tot en met 9 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 8] over ‘Ket’, ‘MMC’ en prijzen. Hij had van 13 november 2020 tot en met 16 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 9] over het rijden van XTC. Hij had van 10 september 2020 tot en met 21 mei 2024 via Snapchat contact met [naam contact 10] over ‘Peru’, ‘Snoepjes’, ‘Irkies’, ‘MMC’, ‘Ket’, ‘3MMC’ en prijzen. Hij had van 5 oktober 2017 tot en met 7 juni 2024 via Snapchat contact met [naam contact 11] over ‘MMC’, ‘MDMA’, ‘Keta’, ‘Irkies’ en prijzen. [33]
Onderzoek financiën [verdachte]
Om vast te stellen hoe [verdachte] onder andere de waardevolle goederen die op de [adres] zijn aangetroffen gefinancierd heeft en of dit verklaarbaar is uit legale inkomsten, zijn de belastingdienstgegevens en zijn bankrekeningengegevens onderzocht. Daaruit volgt dat hij in 2019 een inkomen van € 23.159 ( [naam onderneming] ) had, in 2020 een inkomen van € 9.264,- (gemeente Amsterdam), in 2021 een inkomen van € 12.019,- (gemeente Amsterdam) en in 2022 een inkomen van € 24.461,- ( [naam onderneming] ). [34] Verder had hij in de periode van 3 februari 2022 tot en met 8 februari 2024 inkomsten van eenmanszaak [naam eenmanszaak] bijgeschreven gekregen van in totaal een bedrag van € 66.508,90. Uit het onderzoek blijkt dat de aanschaf van de inbeslaggenomen goederen niet verklaard kan worden uit zijn legale inkomsten, omdat daar periodieke en incidentele uitgaven tegenover staan die de aanschaf van deze goederen onmogelijk maken vanwege ontoereikend vermogen. [35]
Verklaring [verdachte]
heeft op de zitting verklaard dat hij met [medeverdachte 2] de drugslijn ‘ [alias] ’/ ‘ [alias] ’ met telefoonnummer [nummer] beheerde, dat zijn geboortedatum als wachtwoord voor de telefoons is gebruikt en dat zij via de drugslijn onder meer XTC, cocaïne, MDMA, ketamine en medicijnen verkochten. Hij heeft ook verklaard dat de drugslijn ‘ [accountnaam] ’ van hem is. Verder heeft hij verklaard dat hij de drugs op de [oude woonadres verdachte] inkocht en verpakte en dat hij en [medeverdachte 2] een verdeling hadden van wie wat verkocht en dat hij ook wist welke middelen [medeverdachte 2] verkocht. Hij heeft bevestigd dat hij, nadat hij niet meer op de [oude woonadres verdachte] ingeschreven stond, regelmatig op dat adres kwam, hij er onder meer kwam om drugs op te halen, dat de Volkswagen Golf van hem is geweest en dat hij deze auto gebruikte. Tot slot heeft hij verklaard dat het contante geld en de designerkleding en -schoenen die op zijn adres in [plaats] zijn aangetroffen van hem zijn en dat het contante geld deels van de drugslijn afkomstig is. [36]
3.4.3
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 3, 4, 5 en 6
[verdachte] en de [oude woonadres verdachte] (feit 3 t/m 6)
Anders dan de verdediging heeft aangevoerd, is de rechtbank van oordeel dat de verdovende middelen (feit 3), geneesmiddelen (feit 4 en 5) en het geld (feit 6) dat op de [oude woonadres verdachte] is aangetroffen aan [verdachte] kan worden toegerekend. Hiertoe wordt het volgende overwogen.
Uit het voorgaande blijkt dat de verdovende middelen, geneesmiddelen en het contante geld (€ 279.260,-) deels in het zicht – de verdovende middelen in een openstaande tas in de woonkamer en het geld op tafel en een tv-meubel in de woonkamer – in de woning lagen. De verdovende middelen en geneesmiddelen die in de woning zijn aangetroffen komen overeen met de middelen waarover in de OVC- en chatgesprekken van drugslijn ‘ [alias] ’ ( [nummer] ) wordt gesproken. [verdachte] heeft bekend dat hij die drugslijn met [medeverdachte 2] runde.
Ook blijkt dat [verdachte] van 1 juni 2022 tot 17 november 2023 op de [oude woonadres verdachte] ingeschreven stond, dat hij daarna de sleutels en een ‘toegangstag’ van de woning in zijn bezit heeft gehouden en dat hij daar bijna dagelijks aanwezig was. Verder blijkt uit een OVC-gesprek dat er verdovende middelen werden klaar gezet, dat [verdachte] naar boven kwam en dat hij op dat moment ook in het appartementencomplex op de [oude woonadres verdachte] was. Ook is een handboek van een geldtelmachine in de woning van [verdachte] in [plaats] aangetroffen die overeenkomt met de geldtelmachine die op de [oude woonadres verdachte] is aangetroffen.
De verklaring van [verdachte] dat de goederen die op de [oude woonadres verdachte] zijn aangetroffen niet van hem zijn, dat hij op dat adres alleen ‘grammetjes’ kwam verpakken voor zijn ‘drugslijntje’ en ook alleen die ‘grammetjes’ heeft gezien en verder niets is gelet op het voorgaande dan ook niet aannemelijk. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat de risico’s (zoals het risico om de waardevolle drugs en het geld kwijt te raken) zodanig zijn, dat het moeilijk voorstelbaar is dat een ander zo’n grote ‘stash’ aan verdovende middelen en geld in de woning zou bewaren en aan [verdachte] de sleutel en tag van de woning zou geven om daar zonder toezicht toegang toe te hebben.
Gelet op bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat [verdachte] wist dat er verdovende middelen, geneesmiddelen en contante geldbedragen aanwezig waren in de woning op de [oude woonadres verdachte] en hij daarover ook beschikkingsmacht had. Dat [verdachte] op 18 juni 2024 niet in de woning is aangetroffen, doet daar niet aan af.
Ten laste gelegde periode handel in verdovende middelen (feit 3)
Door de verdediging is bij feit 3 de begindatum van 4 november 2019 van de ten laste gelegde periode betwist. Anders dan de verdediging, is de rechtbank van oordeel dat 4 november 2019 als begindatum kan worden aangemerkt en overweegt daartoe als volgt.
Uit de hiervoor beschreven chatgesprekken van de drugslijn ‘ [alias] ’ ( [nummer] ) blijkt dat de eerste bestellingen voor verdovende middelen vanaf 4 november 2019 zijn gedaan en dat ‘ [alias] ’ door de kopers meerdere keren met de naam ' [verdachte] ' – de voornaam van verdachte – is aangesproken, onder andere op 2 september 2020. De verklaring van [verdachte] dat hij de drugslijn pas eind 2022/begin 2023 heeft overgekocht is dan ook niet aannemelijk. Daarbij komt dat hij deze verklaring pas op de zitting voor het eerst heeft gegeven en dat deze verklaring vaag en niet concreet is. Zo noemt hij geen (exacte) datum en wil hij niet de naam noemen van de persoon van wie hij de drugslijn zou hebben overgekocht. Zijn verklaring biedt daardoor geen aanknopingspunten voor enige nadere verificatie. Ook is het niet aannemelijk dat de drugslijn voor eind 2022 gerund zou zijn door een ander met dezelfde voornaam. Kortom, de rechtbank acht bewezen dat [verdachte] al vanaf 4 november 2019 in verdovende middelen heeft gehandeld.
Witwassen (feit 6)
Toetsingskader bij witwassen
Voor een veroordeling voor witwassen is vereist dat vaststaat dat het voorwerp afkomstig is uit enig misdrijf. Als er geen directe link kan worden gelegd met een specifiek misdrijf, gebruikt de rechtbank een toetsingskader dat uit vaste rechtspraak volgt. Dit houdt in dat witwassen pas bewezen kan worden indien op grond van de vastgestelde feiten en omstandigheden het niet anders kan zijn dan dat het geld uit enig misdrijf afkomstig is. Het is aan de officier van justitie om aan te geven waaruit deze feiten en omstandigheden kunnen worden afgeleid. De rechtbank doorloopt daarbij de volgende stappen:
- Allereerst moet worden vastgesteld of de aangedragen feiten en omstandigheden van zodanige aard zijn dat sprake is van een vermoeden van witwassen. Dit vermoeden kan voortvloeien uit een zogeheten witwastypologie.
- Als dit het geval is, dan mag van de verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van het geldbedrag. Zijn verklaring moet concreet, in enige mate verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk zijn.
- Zodra de verklaring van verdachte daartoe aanleiding geeft, is het (eventueel) aan het Openbaar Ministerie om nader onderzoek te doen naar de door verdachte gestelde alternatieve herkomst van het geld.
Bij de uiteindelijke beoordeling gaat het erom of met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat het voorwerp waarop de verdenking betrekking heeft een legale herkomst heeft en dat een criminele herkomst als enige aanvaardbare verklaring overblijft.
Het toetsingskader toegepast op deze zaak
Hoewel er aanwijzingen bestaan dat het contante geld en de aangetroffen goederen verband houden met (de handel in) verdovende middelen door [verdachte] , kan uit het dossier onvoldoende worden vastgesteld dat er een direct verband is met een specifiek misdrijf. De rechtbank stelt wel vast dat er sprake is van een witwasvermoeden. Uit de hiervoor genoemde chatberichten van de drugslijn ‘ [alias] ’ die [verdachte] met [medeverdachte 2] runde en de chatberichten in zijn telefoon onder de naam ‘ [accountnaam] ’ volgt dat hij zich gedurende een lange tijd met handel in harddrugs heeft beziggehouden. Ook kunnen de bij de doorzoeking van de woning aan de [oude woonadres verdachte] aangetroffen grote hoeveelheid geld van in totaal een bedrag van € 279.260,- en het in de woning aan de [adres] aangetroffen geldbedrag van € 6.594,85 en de designerstukken met een waarde van ruim € 39.000,-, niet uit zijn legale inkomen worden verklaard.
Nu er voldoende feiten en omstandigheden zijn om het vermoeden van witwassen te rechtvaardigen, mag van de verdachte een verklaring worden verlangd voor de herkomst van het geld en de designerstukken. [verdachte] heeft pas op zitting verklaard dat een deel van het geld (ongeveer € 6.000,-) van de handel in verdovende middelen afkomstig was, maar dat de rest van het geld dat in [plaats] in beslag is genomen, verdiend is met legaal werk en dat hij de designerstukken die in [plaats] in beslag zijn genomen in de loop van de jaren uit legale inkomsten heeft gekocht of cadeau heeft gekregen. De verklaring dat een deel van het geld en de designerstukken legaal zijn verkregen vindt de rechtbank niet concreet en verifieerbaar. Daarbij komt dat uit het onderzoek het tegendeel blijkt, namelijk dat het geld en de aanschaf van de inbeslaggenomen goederen niet verklaard kunnen worden uit zijn legale inkomen in de onderzochte periode. Het is daarom hoogst onwaarschijnlijk dat hij zulke dure goederen heeft kunnen aanschaffen van legaal geld. Naar het oordeel van de rechtbank kan het daarom niet anders dan dat de betreffende geldbedragen en designerstukken uit enig misdrijf afkomstig zijn en dat [verdachte] dit wist.
Het voorhanden hebben van een uit misdrijf afkomstig geldbedrag van in totaal € 285.677,50 en designer kledingstukken en -schoenen, zonnebrillen en Apple AirPods Max wordt dan ook bewezen verklaard.
Vrijspraak designerkleding en -schoenen [oude woonadres verdachte]
De rechtbank is met de raadsman van oordeel dat de designeritems en de Rolex die op de [oude woonadres verdachte] zijn aangetroffen niet aan [verdachte] kunnen worden toegeschreven. Het is aannemelijk dat die stukken aan medeverdachte [medeverdachte 2] toebehoorden, omdat het om meer persoonlijke items gaat. [verdachte] wordt hiervan dan ook vrijgesproken.
Medeplegen
Gelet op de feiten en omstandigheden acht de rechtbank ook bewezen dat [verdachte] in nauwe en bewuste samenwerking met [medeverdachte 2] het geldbedrag van € 279.260,-, dat de op de [oude woonadres verdachte] is aangetroffen, voorhanden heeft gehad. Dit geldt niet voor het geld en de designerstukken die op zijn woonadres op de [adres] zijn aangetroffen. Die voorwerpen heeft hij alleen voorhanden gehad.
Conclusie feit 3 t/m 6
De rechtbank acht bewezen dat [verdachte] , (grotendeels) samen met [medeverdachte 2] , opzettelijk grote hoeveelheden verdovende middelen en geneesmiddelen (feit 3, 4 en 5) heeft verkocht, verstrekt en in voorraad heeft gehad en contant geld en designer-kleding en schoenen heeft witgewassen (feit 6), zoals hierna wordt beschreven in rubriek 4.

4.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 3.4.2 opgenomen bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
1.in de periode van 15 september 2022 tot en met 19 april 2024, in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, meermalen een geheim waarvan hij en zijn mededader wisten dat zijn mededader uit hoofde van het ambt van politieagent en/of wettelijk voorschrift, te weten artikel 7 van de Wet Politiegegevens, verplicht was het te bewaren, opzettelijk hebben geschonden, immers hebben verdachte en zijn mededader (telkens) uit politiesystemen persoonsgegevens en/of tenaamstellingen en/of vertrouwelijke informatie over opsporingsonderzoeken en/of BVH mutaties en/of kentekens aan derden verstrekt, te weten:
- op 7 oktober 2022 informatie gerelateerd aan het kenteken ‘HV-293-L’ en informatie gerelateerd aan de namen en/of geboortedata ‘ [naam 6] [geboortedatum] ’ en ‘ [naam 7] [geboortedatum] ’ en
- op 6 november 2022 tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden gerelateerd aan de kentekens ‘ [kenteken] ’ en ’ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en
- op 13 november 2022 de tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden gerelateerd aan de kentekens ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en
- op 19 januari 2023 de tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden, gerelateerd aan de kentekens [kenteken] ’ en [kenteken] ’ en
- in de periode tussen 3 februari 2023 en 4 februari 2023 de tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden, gerelateerd aan de kentekens ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en
- in de periode tussen 12 februari 2023 en 13 februari 2023 persoonsgegevens en/of (tactische) opsporingsinformatie over bepaalde personen en/of tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden, gerelateerd aan de kentekens ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en
- omstreeks 13 april 2024 informatie gerelateerd aan ‘BSN [nummer] ’ en de naam ‘ [naam 8] ’ en de naam ‘ [naam 9] ’ en de naam ‘ [naam 10] ’ en het kenteken ‘ [kenteken] ’ en de naam ‘ [naam 11] ’ en
- omstreeks 19 april 2024 informatie gerelateerd aan BSN ‘ [nummer] ’ en de naam ‘ [naam 12] ’ en een op dat moment nog onbekend BSN welke uiteindelijk bleek te zijn ‘ [nummer] ’, toebehorend aan ‘ [naam 13] ’;
2.
in de periode van 15 september 2022 tot en met 19 april 2024, in Nederland tezamen en in vereniging met een ander, (telkens) opzettelijk een ambtenaar, te weten [medeverdachte 1] , giften heeft gedaan met het oogmerk om voornoemde [medeverdachte 1] te bewegen in zijn bediening iets te doen, te weten
- in de periode tussen 3 februari 2023 en 4 februari 2023 het verstrekken/delen van de tenaamstellingen en/of adressen van de tenaamgestelden, gerelateerd aan de kentekens ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en ‘ [kenteken] ’ en
- omstreeks 13 april 2024 het verstrekken/delen van informatie gerelateerd aan ‘BSN [nummer] ’ en de naam ‘ [naam 8] ’ en de naam ‘ [naam 9] ’ en de naam ‘ [naam 10] ’ en het kenteken ‘ [kenteken] ’ en de naam ‘ [naam 11] ’ en
- omstreeks 19 april 2024 het verstrekken/delen van informatie gerelateerd aan BSN ‘ [nummer] ’ en de naam ‘ [naam 12] ’ en een op dat moment nog onbekend BSN welke uiteindelijk bleek te zijn ‘ [nummer] ’, toebehorend aan ‘ [naam 13] ’;
3.
in de periode tussen 4 november 2019 tot en met 18 juni 2024 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk heeft verwerkt en verkocht en afgeleverd en verstrekt en vervoerd
- hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende heroïne en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende (meth)amfetamine en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende 3-MMC en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende 3-CMC en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende 2C-B en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende methylfenidaat en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende Alfa-PiHP,
telkens middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
4.
in de periode tussen 4 november 2019 tot en met 18 juni 2024 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk heeft verwerkt en verkocht en afgeleverd en verstrekt en vervoerd
- hoeveelheden van een materiaal bevattende diazepam en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende oxazepam en
- hoeveelheden van een materiaal bevattende temazepam,
telkens middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
5.op 18 juni 2024 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk een geneesmiddel, als bedoeld in artikel 1 sub b van de Geneesmiddelenwet, waarvoor geen handelsvergunning geldt, te weten
- 4575 tabletten van een materiaal bevattende sildenafil 120 mg en
- 2960 tabletten van een materiaal bevattende sildenafil 100 mg en
- 10,94 kilogram van een materiaal bevattende ketamine,
in voorraad heeft gehad
en in de periode tussen 4 november 2019 en 18 juni 2024 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk een geneesmiddel, als bedoeld in artikel 1 sub b van de Geneesmiddelenwet, waarvoor geen handelsvergunning geldt, te weten
- een materiaal bevattende sildenafil en
- een materiaal bevattende ketamine,
te koop heeft aangeboden, heeft verkocht, heeft afgeleverd, ter hand heeft gesteld;
6.op 18 juni 2024 te Haarlem en te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een ander, voorwerpen, te weten
- geldbedragen (van in totaal 279.260,00 euro)
en
op 18 juni 2024 te Haarlem, alleen, voorwerpen, te weten
- geldbedragen (van in totaal 6.594,85 euro)
- designerkledingstukken en -schoenen en
- zonnebrillen en
- een set Apple AirPods Max,
telkens voorhanden heeft gehad, terwijl hij/zij wist(en), dat bovenomschreven voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig (al dan niet eigen) misdrijf.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5.De strafbaarheid van de feiten

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

7.Motivering van de straf

7.1
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door hem onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar, met aftrek van het voorarrest.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat de eis van de officier van justitie geen recht doet aan de situatie en de persoon van verdachte. Verder heeft hij verzocht om hem een straf op te leggen die perspectief biedt.
7.3
Het oordeel van de rechtbankDe hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Ernst van de feiten
[verdachte] heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van schending van het ambtsgeheim en omkoping van een politieagent. Hij heeft zijn broer, medeverdachte en politieagent [medeverdachte 1] , verzocht informatie over kentekens en personen in de politiesystemen te raadplegen waarna hij die vertrouwelijke en gevoelige informatie (ook met betrekking tot lopende onderzoeken) verstrekt heeft aan anderen, waaronder criminelen, die daarvoor geld betaalden. De samenleving moet erop kunnen vertrouwen dat politiemedewerkers op integere wijze omgaan met gevoelige informatie. Verdachte heeft door zijn broer om te kopen dit vertrouwen zeer ernstig geschaad. Het handelen van [verdachte] heeft ook de opsporing ernstig ondermijnd en dat is zeer nadelig voor het functioneren van de rechtsstaat. De rechtbank vindt het ook kwalijk dat hij zijn broer hierin heeft betrokken. [verdachte] heeft verklaard dat hij door de omkoping hoger in aanzien kwam op de criminele ladder, terwijl zijn broer hiervan grote negatieve gevolgen heeft ondervonden.
Verder heeft hij zich, samen met medeverdachte [medeverdachte 2] , schuldig gemaakt aan de handel in en het aanwezig hebben van een grote hoeveelheid verdovende middelen en geneesmiddelen over een periode van 4 jaar en 10 maanden. De aangetroffen hoeveelheid in de woning in [plaats] had een straatwaarde van ongeveer anderhalf miljoen euro. Het is algemeen bekend dat verdovende middelen schade toebrengen aan de gezondheid van gebruikers van deze middelen en dat zij kunnen leiden tot ernstige verslavingsproblematiek. Hetzelfde geldt voor illegale medicijnen. Bovendien gaat de productie en verkoop van verdovende middelen vaak gepaard met ernstige vormen van criminaliteit, met veel geweld, schade en overlast in de samenleving als gevolg. Dat bij de drugs in de woning in [plaats] ook een Skorpion-wapen is aangetroffen, geeft in dat opzicht ernstig te denken. [verdachte] wordt overigens niet verdacht van het bezit van dat wapen.
Daarnaast heeft hij zich, deels met [medeverdachte 2] , schuldig gemaakt aan het witwassen van in totaal een bedrag van € 285.677,50 en designerkleding en -schoenen. Witwassen zorgt er voor dat andere vormen van ernstige criminaliteit zoals (georganiseerde) drugshandel kunnen worden gefinancierd. De vermenging van illegale- en legale geldstromen brengt ernstige schade toe aan de economie.
Aangenomen mag worden dat [verdachte] bij het plegen van al deze feiten zich enkel heeft laten leiden door zijn eigen financiële gewin.
Gelet op de ernst van de feiten ligt een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf in de rede.
Andere relevante omstandigheden
Ook is acht geslagen op het Uittreksel Justitiële Documentatie (het strafblad) van [verdachte] van 21 november 2024. Hieruit blijkt dat hij eerder voor een Opiumwet-feit is veroordeeld.
Daarnaast is gekeken naar de oriëntatiepunten voor straftoemeting (LOVS) die de rechtbanken hebben vastgesteld. Het oriëntatiepunt voor handel in harddrugs boven een gewicht van 20 kilo wijst op een gevangenisstraf van 50 maanden of hoger. Het oriëntatiepunt voor fraude (waar witwassen onder valt) bij een bedrag tussen € 250.000,- en € 500.000,- wijst op een gevangenisstraf tussen 12 en 18 maanden.
De straf
Alles afwegende wordt aan [verdachte] een gevangenisstraf van vijf jaar en zes maanden, met aftrek van het voorarrest, opgelegd.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

8.Beslag

Onder verdachte zijn voorwerpen in beslag genomen die staan vermeld in de beslaglijst in
bijlage II.
De officier van justitie heeft verzocht alle inbeslaggenomen voorwerpen verbeurd te verklaren. De raadsman heeft geen standpunt ingenomen ten aanzien van het beslag.
De rechtbank overweegt als volgt.
VerbeurdverklaringDeze voorwerpen behoren aan [verdachte] toe: geldbedragen (items 1 t/m 4), kleding (items 5, 7, 8, 9, 11, 12 t/m 22, 29, 33, 40 t/m 52), tassen (items 6), schoenen (items 10, 18, 23 t/m 28, 30, 31, 32, 34 t/m 39), zonnebrillen (items 27, 54 en 55), Apple AirPods (item 53), een iPhone (item 56) en een Audi A3 (item 57). Hij kan deze voorwerpen geheel of ten dele ten eigen bate aanwenden. Nu deze voorwerpen geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van het onder 6 bewezen geachte zijn verkregen danwel deze voorwerpen met betrekking tot het onder 3 en/of 6 bewezen geachte zijn begaan, worden deze voorwerpen verbeurdverklaard.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straffen zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 47, 57, 177, 272 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 2, 3, 10 en 11 van de Opiumwet, artikel 40 van de Geneesmiddelenwet en de artikelen 1, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten.

10.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
medeplegen van opzettelijke schending van een ambtsgeheim, meermalen gepleegd.
Ten aanzien van feit 2:
medeplegen van aan een ambtenaar een gift of belofte doen dan wel een dienst verlenen of aanbieden ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door deze in zijn bediening is gedaan of nagelaten, meermalen gepleegd.
Ten aanzien van feit 3:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
Ten aanzien van feit 4:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
Ten aanzien van feit 5:
medeplegen van overtreding van een voorschrift, gesteld bij artikel 40, tweede lid, van de Geneesmiddelenwet, opzettelijk begaan.
Ten aanzien van feit 6:
Medeplegen van witwassen
en
witwassen.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
66 (zesenzestig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Verklaart verbeurd:
  • Item 1, 935 EUR, goednummer 20230027_39980;
  • Item 2,45 EUR, goednummer 20230027_40006;
  • Item 3, 304,85 EUR, goednummer 20230027_39985;
  • Item 4, 5.310 EUR, goednummer 20230027_39981;
  • Item 5, 1 STK Kleding, zwart, merk: Moncler, goednummer OI2972-20230027_39999;
  • Item 6, 1 STK Tas, zwart, merk: Louis Vuitton, goednummer OI2972-20230027_40000;
  • Item 7, 1 STK Kleding, crème, merk: Louis Vuitton, goednummer OI2972-20230027_40001;
  • Item 8, 1 STK Kleding, zwart, merk: Peutrey, goednummer OI2972-20230027_40002;
  • Item 9, 1 STK Kleding, rood, merk: Dolce & Gabbana, goednummer OI2972-20230027_40003;
  • Item 10, 1 STK Schoenen, groen, merk: Hermes, goednummer OI2972-20230027_40004;
  • Item 11, 1 STK Kleding, zwart/donker blauw, merk: Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40005;
  • Item 12, 1 STK Kleding, schoenen en jasje, goednummer: OI2972-20230027_40007;
  • Item 13, 1 STK Kleding, grijs, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40010;
  • Item 14, 1 STK Kleding, wit, merk: Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40011;
  • Item 15, 2 STK Kleding, zwart, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40012;
  • Item 16, 1 STK Kleding, crème, merk: Burberry, goednummer: OI2972-20230027_40013;
  • Item 17, 1 STK Kleding, wit, merk: Gucci, goednummer: OI2972-20230027_40014;
  • Item 18, 1 STK Schoenen, grijs, merk: Chanel, goednummer: OI2972-20230027_40015;
  • Item 19, 1 STK Kleding, wit, merk: Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40016;
  • Item 20, 1 STK Kleding, groen, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40017;
  • Item 21, 1 STK Kleding, zwart, merk: Dolce & Gabbana, goednummer: OI2972-20230027_40018
  • Item 22, 2 STK Kleding, wit/crème, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40019
  • Item 23, 1 STK Schoenen, wit/zwart, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40020
  • Item 24, 1 STK Schoenen, Balenciaga, goednummer: OI2972-20230027_40021;
  • Item 25, 1 STK Schoenen, zwart, merk: Chanel, goednummer: OI2972-20230027_40022;
  • Item 26, 1 STK Schoenen, zwart, merk: Souboutar, goednummer: OI2972-20230027_40023;
  • Item 27, 1 STK Zonnebril, Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40025;
  • Item 28, 1 STK Schoenen, grijs, merk: Hermes, goednummer: OI2972-20230027_40162;
  • Item 29, 1 STK Kleding, zwart, merk: Dolce & Gabbana, goednummer: OI2972-20230027_40163;
  • Item 30, 1 STK Schoenen, blauw, merk: Hermes, goednummer: OI2972-20230027_40164;
  • Item 31, 1 STK Schoenen, groen, merk: Hermes, goednummer: OI2972-20230027_40165;
  • Item 32, 1 STK Schoenen, zwart/grijs, merk: Dior B30, goednummer: OI2972-20230027_40166;
  • Item 33, 1 STK Kleding, Nike Air Jordan, goednummer: OI2972-20230027_40167;
  • Item 34, 1 STK Schoenen, blauw, merk: Prada, goednummer: OI2972-20230027_40168;
  • Item 35, 1 STK Schoenen, blauw, merk: Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40170;
  • Item 36, 1 STK Schoenen, blauw, merk: Air Jordan, Goednummer: OI2972-20230027_40171;
  • Item 37, 1 STK Schoenen, grijs, merk: Dior B-30, goednummer: OI2972-20230027_40172;
  • Item 38, 1 STK Schoenen, grijs, merk: Chanel, goednummer: OI2972-20230027_40176
  • Item 39, 1 STK Schoenen, zwart, merk: Hermes paris, goednummer: OI2972-20230027_40177;
  • Item 40, 1 STK Kleding, Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40179;
  • Item 41, 1 STK Kleding, rood, merk: Stone Island, goednummer: OI2972-20230027_40180;
  • Item 42, 1 STK Kleding, zwart, merk: Hermes, goednummer: OI2972-20230027_40181;
  • Item 43, 1 STK Kleding, beige/zwart, merk: Dior, goednummer: OI2972-20230027_40182;
  • Item 44, 1 STK Kleding, zwart, merk: Nobis, goednummer: OI2972-20230027_40183;
  • Item 45, 1 STK Kleding, Burberry, goednummer: OI2972-20230027_40184;
  • Item 46, 1 STK Kleding, donker blauw, merk: Jacob Cohen Nick, goednummer: OI2972-20230027_40185;
  • Item 47, 1 STK Kleding, zwart, merk: Dolce & Gabbana, goednummer: OI2972-20230027_40187;
  • Item 48, 1 STK Kleding, zwart, merk: Versace, goednummer: OI2972-20230027_40201;
  • Item 49, 1 STK Kleding, zwart, merk: Prada, goednummer: OI2972-20230027_40204;
  • Item 50, 1 STK Kleding, blauw, merk: Prada, goednummer: OI2972-20230027_40205;
  • Item 51, 1 STK Kleding, blauw, merk: Louis Vuitton, goednummer: OI2972-20230027_40206
  • Item 52, 1 STK Kleding, donker grijs, merk: Jacob Cohen Nick, goednummer: OI2972-20230027_40207;
  • Item 53, 1 STK Koptelefoon, Apple airpods, goednummer: OI2972-20230027_40026;
  • Item 54, 1 STK Zonnebril, Schmindt optiek, goednummer: OI2972-20230027_40024;
  • Item 55, 1 STK Zonnebril, Schmindt optiek, goednummer: OI2972-20230027_40009;
  • Item 56, 1 STK Telefoontoestel, Apple IPhone XS, goednummer: OI2972-20230027_39952;
  • Item 57, 1 STK Personenauto [kenteken] , Audi A3, goednummer: PL2800-20230027_40124.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M. Wiewel, voorzitter,
mrs. M.C.H. Broesterhuizen en C. Bruil, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van der Mark, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 8 juli 2025.

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal (PV), in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.PV van doorzoeking ter inbeslagneming (2406180815.DZK), p. 300074 e.v. en PV foto's woning [oude woonadres verdachte] (2412190900.AMB), p. ongenummerd.
3.PV geteld door Brinks (2407021100.AMB), p. 100612.
4.PV bevindingen van aantreffen medicijnen/pillen tijdens doorzoeking [oude woonadres verdachte] (240626950.AMB), p. 100575 e.v.
5.PV van doorzoeking ter inbeslagneming (2406180815.DZK), p. 300074 e.v. en PV foto's woning [oude woonadres verdachte] (2412190900.AMB), p. ongenummerd.
6.PV van binnentreden in woning (2406180813.DZK), p. 300068 e.v. en PV bevindingen relatie [verdachte] en stashplek [oude woonadres verdachte] (2406241203. AMB), p. 100529 e.v.
7.PV van doorzoeking ter inbeslagneming (2406181527.DZK), p. 300040 e.v.
8.PV geteld door Brinks (2407021100.AMB), p. 100612.
9.PV van doorzoeking ter inbeslagneming (2406181527.DZK), p. 300040 e.v.
10.PV bevindingen aanschafwaarde kleding/schoenen [adres] (met bon) (2407011142.AMB), p. 100604 e.v.
11.PV bevindingen aanschafwaarde kleding/schoenen [adres] (zonder bon) (2406261320.AMB), p. 100581 e.v.
12.PV forensisch onderzoek verdovende middelen onderzoek [oude woonadres verdachte] (Pand G) (2409032145.AMB), p. 101220 e.v., PV forensisch onderzoek verdovende middelen onderzoek aan G.02.03.033 (2409032100.AMB), p. 101207 e.v. en PV forensisch onderzoek verdovende middelen onderzoek aan G01.01.005 en G.01.01.006 (2409032115.AMB), p. 101209 e.v.
13.NFI-rapport (7210 X 24), p. 101230 e.v.:
14.NFI-rapport (7205 X 24), p. 101233 e.v.:
15.NFI-rapport (7775 X 24), p. 101235 e.v., NFI-rapport (7209 X 24), p. 101237 e.v., NFI-rapport (7208 X 24), p. 101239 e.v., NFI-rapport (7204 X 24), p. 101250 e.v. en NFI-rapport (7212 X 24), p. 101253 e.v.:
16.NFI-rapport (7211 X 24), p. 101241 e.v.:
17.NFI-rapport (7206 X 24), p. 101244 e.v.:
18.NFI-rapport (7207 X 24), p. 101247 e.v. en NFI-rapport (7204 X 24), p. 101250 e.v.:
19.NFI-rapport (7204 X 24), p. 101250 e.v.:
20.NFI-rapport (7212 X 24), p. 101253 e.v.:
21.Te weten: Cobra-120 (G.01.01.009), Kamagra-100 gold (G.01.01.014), Diazepam CF 10 mg (G.01.01.010), Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.011), Temazepam CF 20 mg (G.01.01.012), Methylfenidaat HCI IA Pharma 10 mg (G.01.01.013), Kamagra-100 (G.01.01.006.001), Kamagra-100 Gold (G.01.01.006.002), Cobra-120 (G.01.01.006.005), Kamagra Oral Jelly (G.01.01.006.007), Lovegra (G.01.01.006.009), Cenforce-200 (G.01.01.006.010), Diazepam CF 10 mg (G.01.01.006.003), Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.006.004), Super Kamagra (G.01.01.006.006), Sildalist (G.01.01.006.008) en Cialis 20 mg (G.01.01.006.011).
22.Te weten: Diazepam CF 10 mg (G.01.01.010), Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.011), Temazepam CF 20 mg (G.01.01.012), Methylfenidaat HCI IA Pharma 10 mg (G.01.01.013), Diazepam CF 10 mg (G.01.01.006.003) en Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.006.004)
23.Te weten: Cobra-120 (G.01.01.009), Kamagra-100 gold (G.01.01.014), Kamagra-100 (G.01.01.006.001), Kamagra-100 Gold (G.01.01.006.002), Cobra-120 (G.01.01.006.005), Kamagra Oral Jelly (G.01.01.006.007), Lovegra (G.01.01.006.009), Cenforce-200 (G.01.01.006.010), Super Kamagra (G.01.01.006.006), Sildalist (G.01.01.006.008) en Cialis 20 mg (G.01.01.006.011)
24.Te weten:Diazepam CF 10 mg (G.01.01.010), Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.011), Temazepam CF 20 mg (G.01.01.012), Diazepam CF 10 mg (G.01.01.006.003) en Oxazepam CF 50 mg (G.01.01.006.004). Zie: geschriften, zijnde een brief van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: Inspectie) van 4 juli 2024, onderwerp productbeoordeling 24-125, p. 100633 e.v. en een brief van de Inspectie van 13 september 2024, onderwerp productbeoordeling 24-168, p. 101617 e.v.
25.Geschriften, zijnde een brief van de Inspectie van 26 juni 2024, onderwerp bevoegdheidsbeoordeling 24-125, p. 100622 e.v., een brief van de Inspectie van 25 juni 2024, onderwerp bevoegdheids-beoordeling 24-125, p. 100638 e.v., een brief van de Inspectie van 16 september 2024, onderwerp bevoegdheidsbeoordeling 24-168, p. 100632 e.v. en een brief van de Inspectie van 16 september 2024, onderwerp bevoegdheidsbeoordeling 24-168, p. 100635 e.v.
26.PV bevindingen relatie [verdachte] en stashplek [oude woonadres verdachte] (2406241203. AMB), p. 100529 e.v.
27.PV bevindingen OVC over drugshandel (2404091700.AMB), p. 100342 e.v.
28.PV bijzonderheden inbeslaggenomen telefoons [oude woonadres verdachte] (2408270900.AMB), p. 100969 e.v.
29.Aanvullend PV van bevindingen telefoons G.01.01.002, G.02.02.002 en G.02.03.001 (2411211500.AMB), p. 102646 e.v. en aanvullend PV van bevindingen G.01.01.002 ( [alias] ) (2412170915.AMB), p. ongenummerd.
30.PV bijzonderheden inbeslaggenomen telefoons [oude woonadres verdachte] (2408270900.AMB), p. 100969 e.v.
31.RC-verhoor [naam 5] d.d. 11 juni 2025.
32.RC-verhoor [getuige] d.d. 11 juni 2025.
33.PV bijzonderheden IBN telefoon E.03.01.002 ( [verdachte] [achternaam broers] ) (2411131430.AMB), p. 101745 e.v.
34.PV overzicht financiële situatie A. [achternaam broers] (2406071610.AMB), p. 100498 e.v.
35.PV financieel onderzoek naar goederen van A. [achternaam broers] (2409241540.AMB), p. 101638 e.v.
36.Verklaring [verdachte] ter zitting van 24 juni 2025.