ECLI:NL:RBAMS:2025:3961

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
10 juni 2025
Publicatiedatum
12 juni 2025
Zaaknummer
11537838 EA VERZ 25-157
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een werknemer wegens disfunctioneren en de toekenning van een billijke vergoeding

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 10 juni 2025 een beschikking gegeven over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een werknemer, hier aangeduid als [verweerder], met de besloten vennootschap IBM Nederland B.V. De werknemer was sinds 1 april 2022 in dienst en had een functie als Account Executive Data & AI. IBM heeft op 12 februari 2025 een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, onderbouwd met claims van disfunctioneren van de werknemer. De rechtbank heeft vastgesteld dat er twee verbetertrajecten (PIP's) zijn doorlopen, waarbij de werknemer niet aan de gestelde targets voldeed. De kantonrechter oordeelde dat IBM niet voldoende had aangetoond dat de werknemer de kans had gekregen om zijn functioneren te verbeteren, en dat de verbetertrajecten niet op de juiste wijze waren uitgevoerd. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 augustus 2025, met toekenning van een transitievergoeding van € 13.416,52 en een billijke vergoeding van € 10.000,- aan de werknemer. De rechtbank oordeelde dat IBM ernstig verwijtbaar had gehandeld door de verbetertrajecten niet goed te evalueren en de werknemer in januari 2025 uit zijn functie te zetten, wat als een demotie werd beschouwd. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt, tenzij IBM het verzoek intrekt.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 11537838 EA VERZ 25-157
beschikking van: 10 juni 2025
481

beschikking van de kantonrechter

I n z a k e

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid IBM Nederland B.V.

gevestigd te Amsterdam
verzoekster
nader te noemen: IBM
gemachtigde: mr. B.S. Hagemann
t e g e n

[verweerder]

wonende te [woonplaats]
verweerder
nader te noemen: [verweerder]
gemachtigde: mr. Y. Habib

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

IBM heeft op 12 februari 2025 een verzoek ingediend met producties dat strekt tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
[verweerder] heeft een verweerschrift met producties ingediend.
IBM en [verweerder] hebben voorafgaand aan de zitting nadere stukken in het geding gebracht.
Het verzoek is mondeling behandeld op 20 mei 2025. IBM is verschenen bij [naam 1] , [naam 2] (verder [naam 2] ) en [naam 3] , vergezeld door de gemachtigde. [verweerder] is in persoon verschenen, vergezeld door de gemachtigde. Ook verschenen is de heer [naam 4] (verder [naam 4] ), tegen wie door IBM ook een ontbindingsverzoek is ingesteld, dat tegelijkertijd mondeling is behandeld. Partijen hebben ter zitting hun standpunten toegelicht, IBM aan de hand van een pleitnota. Na verder debat is beschikking gevraagd en is een datum voor beschikking bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten

1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staat het volgende vast.
1.1.
[verweerder] , geboren op [geboortedatum] 1981, is sinds 1 april 2022 in dienst van IBM en is laatstelijk werkzaam in de functie van Account Executive Data & AI. Dit is een Band 8 functie. Het bruto salaris op basis van een werkweek van 40 uren bedraagt € 7.158,93 per maand inclusief vakantietoeslag en 14e betaling, exclusief bonus.
1.2.
Aan zes van de tien werknemers werkzaam op de afdeling van [verweerder] (waaraan [naam 2] leiding gaf) heeft IBM een verbetertraject opgelegd, gedurende de periode van eind januari 2024 tot eind augustus 2024.
1.3.
In de visie van IBM hebben vier werknemers dit traject met succes doorlopen en twee niet. Die laatste zijn [verweerder] en [naam 4] .
1.4.
Het verbetertraject, genaamd Performance Improvement Plan (verder PIP), luidt ten aanzien van [verweerder] als volgt:
“Hi [verweerder] , Hierbij zoals besproken de PIP doelstellingen: Next quarter pipeline For ACV & Transactional. Have next quarter pipeline match the following metrics: Next Ouarter 4 x target in Qualified stage Next Quarter+1 2x target in Qualified stage Next Quarter+2 1,5 x target in Qualified stage Territory Plan Own and execute against your territory plan. Use your territory plan as a living plan In the execution with your extended team. 01 generation For ACV & Transactional. Have a major role in generating 50% of the opportunities in your pipeline. Play a primary role in generating 01 through organizing 01 activities, with the main focus on teaming in those with business partners. Tl Achievement Reach at least 65% of your Target Incentive by the end of Q3 2024. Skills Register at least 20 hours of Think4o hours learning per Quarter. Externally focused Connect with customers/partners stakeholders to maintain a robust
outside-in perspective. Be a trusted advisor to our partners and clients by focusing on proving value. During the
sales cycles and also during delivery. Visit 4 BP’S per week Spend 16 hours per week on joint business
development al BP’s Show pipeline and revenue growth through BP’s Have at least bi-weekly IBM+BP
CVDM’s on pipeline for partners you selected in your territory Spend at least 50% of your time externally and
participate in communities relevant for your industry. System Hygiene ISC up to date mcl. tech Sales tagging
ISC is updated at least once a week Next steps updated dd/mm Accurate amount & Stage We gaan ze regelmatig evalueren en de tussenresultaten hier vastleggen. Succes!”
1.5.
Het PIP voor [naam 4] luidt woordelijk hetzelfde, behoudens de aanhef (“Hi [naam 4] ”).
1.6.
Op 13 september 2024 heeft IBM aan [verweerder] een schriftelijke evaluatie doen toekomen.
1.7.
In september 2024 is ten aanzien van [verweerder] (en [naam 4] ) een tweede PIP- traject gestart voor de duur van vier maanden, tot 24 december 2024. De doelstelling was het behalen van 70 % van het jaartarget per het einde van het kwartaal 2024 en het registreren van tenminste 20 uur van de “Think 40 Hours”.
1.8.
De tekst van PIP 2 luidt als volgt, en is identiek voor [verweerder] en [naam 4] :
“Goals:
Identified Areas of Improvement:
Ownership / [leadership
-Take ownership of sales cycles where you have en active role. e. g. by planning regular meetings around with the
extended team, share next steps & actions points, and first and foremost lead the sales cycle in front of the client
Territory Plan
-Own and execute against your territory plan. Use your territory plan as a living plan in the execution with your extended
team.
Key Milestones:
Next quarter pipeline
-For ACV & Transactional. Have next quarter pipeline match the following metrics:
-Next Quarter 4 x target in Qualified stage
-Next Quarter+1 - 2 x target in Qualified stage
-Next Quarter+2 - 15 x target in Qualified stage
01 generation
-For ACV & Transactional. Have a major role in generating 50% of the opportunities in your pipeline.
-Play a primary role in generating 01 through organizing 01 activities, with the main focus on teaming in those with
business partners.
Externally focused
-Connect with customers/partners stakeholders to maintain a robust outside-in perspective. Be a trusted advisor to our
partners and clients by focusing on proving value. During the sales cycles and also during delivery.
-Visit 4 BP’s per week
-Spend16 hours per week on joint business development at BP’s
-Show pipeline and revenue growth through BP’s
-Have at least bi-weekly IBM÷BP CVDM’s on pipeline for partners you selected in your territory
-Spend at least 50% of your time externally and participate in communities relevant for your industry.
System Hygiene
-ISC up to date incl. tech Sales tagging ISC is updated at least once a week
-Next steps updated ‘dd/mm Accurate amount & Stage
Required outcomes:
TI Achievement
-Reach at least 70% of your full year Target Incentive by the end of Q4 2024”
1.9.
[verweerder] en [naam 4] hebben targetbrieven ontvangen van IBM. De daarin genoemde quota verschillen van elkaar.
1.10.
Aan het einde van PIP 2 had [verweerder] 46 % van het beoogde target gerealiseerd.
1.11.
Gelet op dit (volgens IBM onvoldoende) resultaat heeft IBM besloten tot beëindiging van het dienstverband. Zij heeft [verweerder] een vaststellingsovereenkomst aangeboden, maar die heeft [verweerder] niet geaccepteerd.
1.12.
IBM heeft besloten [verweerder] niet meer in te zetten als Brand Partner Specialist. Ingaande januari 2025 zijn [verweerder] geen klantenset en sales plan meer toegewezen en is hij, met behoud van salaris, geplaatst in de generieke functie General Other Sales.
1.13.
Op 27 januari 2025 heeft de beoordeling over 2024 plaatsgevonden. Op twee terreinen (business outcomes en skills) heeft [verweerder] de score van Growth Opportunity gekregen.
1.14.
In een procedure tussen IBM en haar Centrale Ondernemingsraad heeft de kantonrechter te Amsterdam bij beschikking van 8 september 2023 (VERZ 23-289) het volgende overwogen:
“Het van bovenaf opleggen van een specifiek percentage medewerkers dat als “low performer” moet worden aangemerkt en een PIP moet volgen wringt, zoals de COR terecht heeft opgemerkt, met het Nederlandse arbeidsrecht. Daarvoor is immers disfunctioneren van een werknemer vereist. Waar van disfunctioneren geen sprake is, kan een PIP niet worden opgelegd. Ten overvloede merkt de kantonrechter daarbij op dat een PIP die enkel is gevolgd vanwege een van bovenaf PIP-target in rechte geen stand zal houden.”

Verzoeken

2. IBM verzoekt de kantonrechter bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de arbeidsovereenkomst met [verweerder] ex artikel 7:671b lid 1, onderdeel a Burgerlijk Wetboek (BW) te ontbinden, met toekenning van de transitievergoeding (met een rekensalaris van € 12.064,95 bruto per maand), met veroordeling van [verweerder] in de kosten van het geding.
3. Aan dit verzoek legt IBM ten grondslag dat sprake is van een redelijke grond als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 jo lid 1 BW. Volgens IBM is sprake van ongeschiktheid van [verweerder] voor zijn functie.
4. Ter onderbouwing daarvan stelt IBM - kort gezegd - dat zij voldaan heeft aan alle vereisten, die dit disfunctioneren aantonen: er is sprake van achterblijvend functioneren, de werknemer is daarvan in kennis gesteld, heeft de gelegenheid gehad om zijn functioneren te verbeteren, en hij heeft ondersteuning, begeleiding en hulp gekregen passend bij de aard, inhoud en niveau van zijn functie. Er hebben twee verbetertrajecten plaatsgevonden, waarbij aan het einde moest worden vastgesteld dat [verweerder] niet verder was gekomen dan op 46 % van het beoogde target. Opgemerkt moet worden dat [naam 2] veel tijd en energie heeft gestoken in het functioneren van [verweerder] , ook al voorafgaande aan de beide PIP-trajecten, door veelvuldig met hem te gaan zitten om problemen te bespreken. Iedere twee weken heeft er overleg tussen [naam 2] en [verweerder] plaatsgevonden. Bovendien heeft [naam 2] [verweerder] ook nog eens extra begeleid door separaat met hem te overleggen over het zogenaamde extended team en hem daarbij maximale hulp en coaching aan te bieden. Van belang hierbij is dat een werkgever een zekere mate van beoordelingsvrijheid heeft bij beantwoording van de vraag of een werknemer geschikt is voor de bedongen arbeid.
5. De doelstellingen waren weliswaar voor alle betrokken werknemers gelijk maar de quota verschillen per werknemer. Anders gezegd, de lat is mogelijk wel gelijk, maar er wordt per werknemer anders gemeten.
6. IBM meent dat er maar één conclusie kan zijn en dat is dat er sprake is van een voldragen d-grond en dat de arbeidsovereenkomst op die grond moet worden ontbonden, met toekenning aan [verweerder] van de transitievergoeding.
7. Herplaatsing behoort niet tot de mogelijkheden. Binnen de software-salesorganisatie binnen IBM - waartoe [verweerder] behoort - zijn er geen vacatures. Er is slechts één vacature technische salesfunctie, maar die is vanwege de vereiste technische kennis niet passend of passend te maken voor [verweerder] .

Verweer en nevenverzoeken

8. [verweerder] voert als verweer dat - samengevat - zijn beoordelingen over 2022 en 2023 positief waren. Alleen voor 2023 kreeg hij een aandachtspunt mee. Bij de afdeling van IBM waar [verweerder] werkte, was er verder sprake van vele wisselingen in managers, dat leidde tot organisatorische instabiliteit. Voorts is de functie van [verweerder] ingrijpend gewijzigd, als gevolg waarvan hij niet meer vergeleken kan worden met band 8 of band 9. [verweerder] dient in deze gewijzigde functie te worden aangemerkt als een startende beroepsbeoefenaar.
9. Het PIP-traject moet wat [verweerder] betreft geheel buiten beoordeling blijven. Het is nooit (vooraf) met [verweerder] besproken en hem is niet medegedeeld dat hij disfunctioneerde; hij kreeg het net als minstens 5 collega’s in het werkportaal AskHR. Deze PIP’s waren identiek en dus generiek, van boven opgelegd met targets, en geenszins individueel, zoals wel van IBM mag worden verlangd. Verwezen wordt naar de uitspraak van de kantonrechter Amsterdam van 2023 (IBM/COR IBM).
10. Ook tijdens het zogenaamde verbetertraject heeft er geen enkel evaluatiemoment plaatsgevonden, noch is [verweerder] medegedeeld dat hem nog een laatste kans zou worden geboden door middel van een tweede PIP. Sterker nog, er heeft in het geheel geen persoonlijke bespreking met [verweerder] plaatsgevonden over een tweede PIP-traject. Ook de tweede PIP heeft hij weer aangetroffen in zijn werkportaal. Deze is overigens inhoudelijk nagenoeg identiek aan de eerste PIP. [verweerder] merkt op dat hij het veelzeggend vindt dat IBM geen enkel gespreksverslag heeft overgelegd, waaruit zou blijken dat met [verweerder] inhoudelijk is gesproken over zijn vermeende disfunctioneren, laat staan over het starten of voortzetten van een verbetertraject. Daarmee heeft IBM in elk geval gehandeld met haar eigen toezegging in de eerste PIP:
“We gaan ze regelmatig evalueren en de tussenresultaten hier vastleggen. Succes!”
11. Weliswaar hebben er met enige regelmaat 1 op 1 gesprekken met [naam 2] plaats gevonden, maar deze stonden niet in het teken van een verbetertraject.
11. Een reële kans op verbetering heeft [verweerder] niet gehad, terwijl niet uit het oog mag worden verloren dat de targets met 200 % omhoog waren gegaan, en dat [verweerder] forse bonussen en een loonsverhoging heeft ontvangen. Dat past niet bij disfunctioneren. Van een voldragen d-grond is geen sprake.
11. Voor zover de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, verzoekt [verweerder] om toekenning van de transitievergoeding op grond van artikel 7:673 BW en een billijke vergoeding op grond van artikel 7:671 b lid 9 sub c BW.
11. [verweerder] stelt daartoe dat het maandbedrag ter zake de transitievergoeding dat IBM ter zitting heeft genoemd juist is.
11. [verweerder] maakt voorts aanspraak op een billijke vergoeding van € 217.169,10 bruto. Hij meent dat IBM ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Ten eerste door in strijd met de uitspraak van 2023 enkel te werken met een target gericht PIP, dat niet individueel is vastgesteld. Ten tweede door de verbetertrajecten niet (vooraf) te bespreken, niet te evalueren en geen reële mogelijkheid van verbetering te bieden. Ten derde door [verweerder] de facto uit zijn functie te zetten en hem onder te brengen bij de afdeling General Other Sales. [verweerder] meent dat de billijke vergoeding een zekere omvang moet hebben, omdat anders het risico bestaat dat een relatief lage vergoeding voor lief wordt genomen, en in feite een vrijbrief kan worden om relatief onbestraft ernstig verwijtbaar te handelen en zo ontbinding van de arbeidsovereenkomst te realiseren.

Beoordeling

16. De kantonrechter stelt voorop dat uit artikel 7:671b lid 1 jo 7:669 lid 1 BW volgt dat de arbeidsovereenkomst alleen kan worden ontbonden indien daar een redelijke grond voor is als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub c tot en met i BW en herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn niet mogelijk is of niet in de rede ligt.
16. Naar het oordeel van de kantonrechter leveren de door IBM naar voren gebrachte feiten en omstandigheden een redelijke grond voor ontbinding op, als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 BW. Daartoe wordt overwogen dat IBM in voldoende mate aannemelijk heeft gemaakt dat [verweerder] in 2024 onder de maat heeft gepresteerd. Los van alles dat [verweerder] heeft aangevoerd ter zake de wijze waarop de verbetertrajecten zijn ingezet (geen overleg bij de start, geen evaluatie of verbetermogelijkheden en enkel ingezet op targets van hogerhand) is vast komen te staan dat [verweerder] per ultimo 2024 slechts 46 % van zijn jaartarget heeft gehaald. Dat is simpelweg te weinig. De kantonrechter volgt [verweerder] niet in zijn redenering dat hij, gelet op wijzigingen in zijn functie, als een startende beroepsbeoefenaar moet worden beschouwd. Daar zijn zijn verantwoordelijkheden en zijn beloning niet naar.
16. De kantonrechter is verder van oordeel dat herplaatsing van [verweerder] binnen een redelijke termijn niet in de rede ligt. Daarbij is van belang dat IBM onweersproken heeft gesteld dat er geen passende (sales) vacatures zijn.
16. De conclusie is dat de kantonrechter het verzoek van IBM zal toewijzen en dat de arbeidsovereenkomst met toepassing van artikel 7:671b lid 9, onderdeel a, BW zal worden ontbonden op de verzochte d-grond met ingang van 1 augustus 2025. Dat is de datum waarop de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging zou zijn geëindigd, verminderd met de duur van deze procedure, met een minimum van een maand.
16. Nu de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, zal de transitievergoeding op basis van artikel 7:673 BW worden toegekend. Ter zake de hoogte van de transitievergoeding geldt dat partijen het eens zijn over het maandbedrag waarmee gerekend moet worden, te weten € 12.064,95 bruto.
16. Rekening houdend met het maandsalaris van € 12.064,95 bruto bedraagt de transitievergoeding € 13.416,52 bruto.
16. De kantonrechter kan op verzoek van de werknemer een billijke vergoeding toekennen, indien de werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Dienaangaande overweegt de kantonrechter als volgt.
16. [verweerder] heeft aangevoerd dat het PIP in strijd is met het Nederlandse arbeidsrecht, omdat het niet individueel is bepaald en bovendien enkel targets betreft. De kantonrechter volgt [verweerder] hierin niet. Aan hem kan worden toegegeven dat de PIP’s voor [verweerder] , [verweerder] en een aantal collega’s (vrijwel) gelijkluidend waren, maar dat geldt niet voor de daaronder liggende quota. Die zijn individueel bepaald. Voorts heeft IBM aangetoond dat er in de PIP’s ook elementen zijn opgenomen die niet direct target gerelateerd zijn. Dat geldt voor de onderdelen Externally focused, System hygiene en Skills. Op dit punt is er derhalve geen sprake van ernstige verwijtbaarheid aan de zijde van IBM.
16. De kantonrechter is van oordeel dat van IBM mag worden verwacht dat zij de PIP’s in een gesprek met de werknemer aankondigt en bespreekt, dat zij de vorderingen regelmatig tussentijds samen met de werknemer evalueert en dat zij deze evaluaties (toetsbaar) vastlegt. Aan dat alles heeft IBM niet voldaan en dat is ook nog eens in strijd met haar eigen toezegging in de eerste PIP, waarin staat dat een evaluatie regelmatig zal plaatsvinden en de tussenevaluaties zullen worden vastgelegd. Aan het bovenstaande kan niet afdoen dat er wel gesprekken tussen [naam 2] en [verweerder] hebben plaatsgevonden, nu partijen het er niet over eens zijn wat er in die gesprekken is besproken. Evenmin kan daaraan afdoen de eenzijdig schriftelijke evaluatie van IBM d.d. 13 september 2024 (zie onder 1.6). De kantonrechter acht dit nalaten van IBM ernstig verwijtbaar.
16. De kantonrechter acht het ook ernstig verwijtbaar dat IBM [verweerder] in januari 2025 uit zijn functie heeft gezet, waarmee er in feite sprake was van een demotie. IBM heeft onvoldoende duidelijk kunnen maken dat deze maatregel nodig was en dat van haar niet kon worden gevergd [verweerder] nog langer in zijn eigen functie werkzaam te laten zijn.
16. Aan [verweerder] zal dan ook een billijke vergoeding worden toegekend.
16. Over de hoogte van de toe te kennen billijke vergoeding overweegt de kantonrechter het volgende. Uit de wetsgeschiedenis volgt dat de hoogte van de billijke vergoeding – naar haar aard – in relatie moet staan tot het ernstig verwijtbare handelen of nalaten van de werkgever, en niet tot de gevolgen van de ontbinding voor de werknemer. De hoogte van de billijke vergoeding moet daarom worden bepaald op een wijze die en op het niveau dat aansluit bij de uitzonderlijke omstandigheden van het geval, waarbij criteria als loon en lengte van het dienstverband geen rol hoeven te spelen. Er kan wel rekening worden gehouden met de financiële situatie van de werkgever.
16. Uitgaande van het voorgaande zal de kantonrechter de billijke vergoeding vaststellen op een bedrag van € 10.000,- bruto. Daarbij neemt de kantonrechter in aanmerking dat, hoewel beslist is dat [verweerder] tekort is geschoten in zijn functioneren, IBM ernstige steken heeft laten vallen in de wijze waarop zij de verbetertrajecten heeft laten plaatsvinden, zoals hierboven overwogen. Van een grote onderneming als IBM mag anders worden verwacht. Hetzelfde geldt voor de de facto demotie, die [verweerder] zich heeft moeten laten welgevallen.
16. Nu aan de ontbinding een billijke vergoeding wordt verbonden, zal IBM gelet op artikel 7:686a lid 6 BW in de gelegenheid worden gesteld om het verzoek in te trekken binnen de hierna genoemde termijn.
16. De proceskosten worden gecompenseerd in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt, behoudens voor het geval IBM het verzoek intrekt, in welk geval zij met de proceskosten zal worden belast.

BESLISSING

De kantonrechter:
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 augustus 2025;
kent aan [verweerder] de transitievergoeding toe ten laste van IBM ter hoogte van € 13.416,52 bruto;
kent aan [verweerder] een billijke vergoeding toe ten laste van IBM ter hoogte van € 10.000,- bruto;
veroordeelt IBM tot betaling van deze vergoedingen, onder verstrekking van een deugdelijke bruto-netto specificatie;
bepaalt dat het onder I t/m IV gestelde rechtskracht ontbeert, indien het verzoek door IBM uiterlijk op 20 juni 2025 wordt ingetrokken;
bepaalt dat partijen ieder de eigen proceskosten dragen, behoudens in het geval IBM het verzoek zal intrekken, in welk geval IBM wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure, aan de zijde van [verweerder] tot op heden begroot op € 545,- aan salaris van de gemachtigde en de nakosten van 67,50, voor zover verschuldigd, inclusief btw;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. T.M.A. van Löben Sels, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 10 juni 2025 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter