ECLI:NL:RBAMS:2025:342

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 januari 2025
Publicatiedatum
20 januari 2025
Zaaknummer
C/13/743546 / HA ZA 23-1114
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Proceskostenveroordeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Civielrechtelijke geschil tussen IT-distributeur en leverancier over ontbinding van distributieovereenkomst en terugbetaling van vooruitbetaalde diensten in het licht van sancties tegen Rusland

In deze civiele zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 15 januari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen de op Cyprus gevestigde IT-distributeur TECHISLE TRADING LTD (voorheen ISOLIN TRADE AND INVEST LTD) en de leveranciers NETAPP IRELAND LIMITED en NETAPP B.V. De eiseres, TECHISLE TRADING LTD, vorderde onder andere een verklaring voor recht dat zij de relevante orders rechtsgeldig had ontbonden wegens het niet verlenen van vooruitbetaalde diensten door NETAPP. De achtergrond van de zaak betreft een distributieovereenkomst die in juli 2019 werd gesloten, waarbij TECHISLE werd aangewezen als distributeur van NETAPP-producten en -diensten voor de Russische Federatie. Na de Russische invasie in Oekraïne besloot NETAPP Nederland de dienstverlening aan Russische eindgebruikers op te schorten, wat leidde tot de vordering van TECHISLE tot terugbetaling van een bedrag van USD 6.022.938,96. De rechtbank oordeelde dat de vorderingen van TECHISLE niet toewijsbaar waren op grond van de Europese sancties die zijn ingesteld tegen Rusland, zoals neergelegd in Verordening 833/2014. De rechtbank concludeerde dat TECHISLE, door te handelen voor rekening van Russische eindgebruikers, niet in aanmerking kwam voor de gevorderde terugbetaling. De rechtbank wees de vorderingen van TECHISLE af en veroordeelde haar in de proceskosten, die tot dat moment op EUR 21.768,00 waren begroot.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/743546 / HA ZA 23-1114
Vonnis van 15 januari 2025
in de zaak van
de vennootschap naar buitenlands recht
TECHISLE TRADING LTD(voorheen ISOLIN TRADE AND INVEST LTD
),
gevestigd te Limassol, Cyprus,
eiseres,
advocaat mr. J.F. Vlek te Amsterdam,
tegen
1. de vennootschap naar buitenlands recht
NETAPP IRELAND LIMITED,
gevestigd te Cork, Ierland,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NETAPP B.V.,
gevestigd te Schiphol-Rijk,
gedaagden,
advocaat mr. Chr.F. Kroes te Amsterdam.
Partijen worden hierna Isolin, NetApp Ierland en NetApp Nederland genoemd. NetApp Ierland en NetApp Nederland worden hierna gezamenlijk NetApp genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 1 augustus 2023, met producties;
  • het herstelexploot van 9 november 2023;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • het tussenvonnis van 6 maart 2024;
  • de conclusie van repliek, met producties;
  • de conclusie van dupliek, met producties;
  • de rolbeslissing van 3 juli 2024;
  • het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 21 november 2024 en de daarin vermelde stukken.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Isolin is een op Cyprus gevestigde IT en software distributeur. NetApp is een internationaal opererend bedrijf dat zich specialiseert in data-opslag en databeheersystemen. NetApp levert zowel hardware als software voor opslag, beheer, bescherming en behoud van data. In juli 2019 is Isolin een
NetApp Distributor Agreementmet NetApp Nederland aangegaan (hierna: de distributieovereenkomst), op basis waarvan Isolin is aangewezen als geautoriseerde distributeur van NetApp IT-producten en -diensten voor de Russische Federatie. De distributieovereenkomst luidt, voor zover hier van belang:
D. APPLICABLE LAW
The Agreement is governed by the Laws of the Netherlands.
All disputes between the parties in connection with the existence, construction and performance of the Agreement, or any dispute connected to the business relations of the parties which the parties are unable to amicably resolve themselves, shall exclusively settled by the competent court of Amsterdam.
2.2.
Isolin heeft vanaf juli 2019 bij NetApp software, hardware en IT-ondersteuning ingekocht ter distributie aan
resellersdie op hun beurt deze goederen en diensten doorverkochten aan vele Russische klanten (
end users). Dat ging op basis van door NetApp afgegeven
quotationsper eindgebruiker en, na akkoord daarop, een
Purchase Ordervan Isolin aan NetApp met daarin een lijst van relevante producten en diensten die door NetApp zullen worden geleverd (hierna: de orders).
2.3.
Bij brief van 21 april 2022 heeft Isolin, voor zover hier van belang, aan NetApp Nederland geschreven:
Please be informed that we have received a claim from our partner Croc Inc. regarding the unavailability of technical support and software licenses under order (…).
The suspension of NetApp obligations without specifying the reasons and without reference to any legal grounds of such suspension, without claims for any breaches committed by the Distributor, Resellers or End users, as well as non-designation of the term of such suspension puts all participants of these relationships in a situation of legal uncertainty, as well as causes reputational and financial losses for all participants.
Taking into consideration the existing agreement between NetApp and the Distributor, we request you to restore access to support and software licenses. If NetApp considers the above to be impossible, please inform us about the duration of suspension under the contract, as well as about the ways of refund for unavailable NetApp support and software licenses. As per our calculation, amount of refund for the remaining period is (…).
2.4.
Bij e-mailbericht van 12 juli 2022 heeft NetApp Ierland, voor zover hier van belang, onder het kopje
Assignment of Agreements from NetApp B.V. to NetApp Ireland Limitedaan Isolin geschreven:
Effective August 27, 2022 (the “Effective Date”), NetApp will begin conducting business through its new International Headquarters, NetApp Ireland Limited. NetApp Ireland Limited will service international contracts previously serviced by NetApp B.V. As a result, and with respect to any agreements for the procurement of NetApp products and services, the resale of NetApp product and services and/or participation in any NetApp partner programs, and to which NetApp B.V. is a signatory (“Assigned Agreements”), upon the Effective Date, NetApp B.V. will assign all contractual rights and obligations it has under the Assigned Agreements to NetApp Ireland Limited. Those activities under the Assigned Agreements previously performed by NetApp B.V. will now be performed by NetApp Ireland Limited. Your rights and obligations under the Assigned Agreements will not change, and you will continue to receive the same quality of service from NetApp.

3.Het geschil

3.1.
Isolin vordert, na wijziging van eis, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover rechtens mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
( a) voor recht verklaart dat Isolin de in deze zaak relevante orders rechtsgeldig heeft ontbonden wegens het niet verlenen van de vooruitbetaalde diensten door NetApp;
( b) NetApp veroordeelt tot betaling aan Isolin van een bedrag groot USD 6.022.938,96, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 30 mei 2023; en
( c) NetApp veroordeelt in de kosten van het geding alsmede in de gebruikelijke nakosten (zowel zonder als met betekening), te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de zevende dag na betekening van het vonnis aan NetApp tot aan de dag der algehele voldoening.
3.2.
Isolin legt hieraan, samengevat, het volgende ten grondslag. Isolin was vanaf medio 2019 distributeur van NetApp Nederland in de Russische Federatie. In die hoedanigheid heeft zij NetApp-producten en -diensten bij Russische eindgebruikers aan de man gebracht. Om deze eindgebruikers te verzekeren van de diensten van NetApp Nederland heeft Isolin grote bedragen aan NetApp Nederland vooruitbetaald. Naar aanleiding van de Russische invasie in Oekraïne heeft NetApp Nederland besloten de dienstverlening aan Russische eindgebruikers met ingang van 1 maart 2022 op te schorten. NetApp Nederland is hiermee tekortgeschoten in de nakoming van haar uit de distributieovereenkomst en de daarop gebaseerde orders voortvloeiende verbintenissen. Isolin heeft daarom de distributieovereenkomst en de orders bij brief van 16 mei 2023 partieel ontbonden, namelijk met ingang van 1 maart 2022. NetApp Nederland en – gelet op het e-mailbericht van 12 juli 2022 – ook NetApp Ierland moeten het niet gebruikte deel van het vooruitbetaalde bedrag aan Isolin terugbetalen (USD 6.022.938,96). Niet alleen ten titel van ongedaanmaking maar ook ten titel van schadevergoeding wegens ongerechtvaardigde verrijking.
3.3.
NetApp concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Isolin, met veroordeling van Isolin in de proceskosten (de gebruikelijke nakosten daaronder begrepen) en de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten vanaf veertien dagen na de datum van het vonnis. NetApp voert hiertoe, samengevat, het volgende aan. Isolin heeft allereerst zonder grond NetApp Ierland gedagvaard. Er heeft geen contractsoverneming plaatsgevonden. Isolin heeft verder noch de distributieovereenkomst noch de daarop gebaseerde orders rechtsgeldig ontbonden. Indien en voor zover de distributieovereenkomst en de orders wel rechtsgeldig zijn ontbonden, staan zowel de Europese als de Amerikaanse sancties tegen de Russische Federatie aan toewijzing van de vorderingen van Isolin in de weg. Een eventuele veroordeling tot betaling moet niet uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.
3.4.
Op de stellingen over en weer wordt hierna, in het kader van de beoordeling, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Isolin, gevestigd op Cyprus, heeft twee partijen gedagvaard: NetApp Nederland, gevestigd in Nederland, en NetApp Ierland, gevestigd in Ierland. Dit roept de vraag op of de Nederlandse rechter in deze zaak rechtsmacht heeft. De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend. Voor NetApp Nederland volgt dit al uit de forumkeuze in artikel D van de distributieovereenkomst. De rechtbank verwijst in dit verband naar artikel 25 Brussel I bis-Verordening en, voor zover nodig, artikel 9 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Voor NetApp Ierland geldt dat zij is verschenen zonder vóór alle weren ten gronde aan te voeren dat de Nederlandse rechter geen rechtsmacht heeft. Ook is geen sprake van een ander gerecht dat krachtens artikel 24 Brussel I bis-Verordening bij uitsluiting bevoegd is. De rechtbank verwijst in dit verband naar artikel 26 lid 1 Brussel I bis-Verordening en, voor zover nodig, artikel 11 Rv.
4.2.
De betrokkenheid van diverse rechtsstelsels roept vervolgens de vraag op welk recht in deze zaak van toepassing is. Naar het oordeel van de rechtbank is dit het Nederlandse recht. Voor NetApp Nederland is redengevend de expliciete keuze voor Nederlands recht in artikel D van de distributieovereenkomst. Voor NetApp Ierland is dat de impliciete keuze voor Nederlands recht van Isolin en NetApp Ierland in hun processtukken.
4.3.
Partijen hebben uitvoerig gedebatteerd over de gevolgen van het e-mailbericht van 12 juli 2022 voor de positie van NetApp Ierland in dit geding. Ook hebben partijen over en weer stellingen ingenomen over de rechtsgeldigheid van de ontbinding en de gevolgen daarvan, (mede) gelet op de Europese en Amerikaanse sanctiemaatregelen voor het (voort)bestaan van de distributieovereenkomst en de daarop gebaseerde orders en voor de daaruit voortvloeiende verbintenissen van NetApp Nederland en mogelijk ook NetApp Ierland. Deze stellingen over en weer kunnen verder onbesproken blijven, want zelfs indien wordt aangenomen dat (i) Isolin de distributieovereenkomst en de daarop gebaseerde orders rechtsgeldig partieel heeft ontbonden met de daaraan volgens het Burgerlijk Wetboek (BW) te verbinden gevolgen en (ii) Isolin ook NetApp Ierland op deze gevolgen kan en mag aanspreken, kunnen de vorderingen van Isolin niet worden toegewezen. Redengevend zijn, zoals hierna wordt toegelicht, de Europese sancties tegen de Russische Federatie.
4.4.
Deze sancties zijn neergelegd in Verordening (EU) Nr. 833/2014 van de Raad van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (Verordening 833/2014), welke verordening sindsdien meermaals is gewijzigd.
4.5.
Zoals alle Europese verordeningen heeft Verordening 833/2014 een algemene strekking, is zij verbindend in al haar onderdelen en is zij rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat (artikel 288 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie).
4.6.
Hier staat centraal artikel 11 van Verordening 833/2014 (hierna: artikel 11). Deze bepaling luidt, voor zover hier van belang:
1. Vorderingen in verband met contracten of andere transacties aan de uitvoering waarvan, direct of indirect, geheel of gedeeltelijk, afbreuk is gedaan door de maatregelen die uit hoofde van onderhavige verordening zijn ingesteld, met inbegrip van vorderingen tot schadeloosstelling of soortgelijke vorderingen, zoals een vordering tot schuldvergelijking of een garantievordering, met name een vordering tot verlenging of uitbetaling van een obligatie, garantie of contragarantie, met name een financiële garantie of contragarantie, ongeacht de vorm hiervan, worden niet toegewezen indien deze vorderingen worden ingesteld door:
a. a) in de bijlagen bij deze verordening genoemde rechtspersonen, entiteiten of lichamen of buiten de Unie gevestigde rechtspersonen, entiteiten of lichamen waarvan de eigendomsrechten voor meer dan 50% direct of indirect in handen zijn van deze rechtspersonen, entiteiten of lichamen;
b) elke andere Russische persoon, Russische entiteit of Russisch lichaam;
c) een persoon, entiteit of lichaam, handelend voor rekening of ten behoeve van een van de in punt a) of punt b) van dit lid bedoelde personen, entiteiten of lichamen.
2. In elke procedure waartoe een vordering aanleiding geeft, moet het bewijs dat de vordering niet op grond van lid 1 hoort te worden afgewezen, door de eiser worden geleverd.
4.7.
Artikel 11 is als sanctiebepaling gericht op degenen die verantwoordelijk zijn voor het beleid dat, of de acties die, de Europese Unie wil beïnvloeden. De sancties moeten op hen het grootst mogelijke effect hebben. Onbedoelde gevolgen voor personen die niet tot de doelgroep behoren, dienen daarbij zoveel mogelijk te worden vermeden. Sanctiemaatregelen moeten worden uitgelegd overeenkomstig dit doel.
4.8.
Artikel 11 betreft dus, voor zover hier van belang, vorderingen die door bepaalde, daarin genoemde (rechts)personen zijn ingesteld en die verband houden met contracten aan de uitvoering waarvan afbreuk is gedaan door de sanctiemaatregelen. Op grond van lid 2 rust in een procedure op de eiser – in dit geval Isolin – de (stelplicht en de) bewijslast dat zijn vordering niet op grond van lid 1 hoort te worden afgewezen. De vordering van de eiser die onder het bereik van artikel 11 valt, is niet toewijsbaar.
4.9.
Tegen deze achtergrond wordt het volgende overwogen.
4.10.
De rechtbank volgt Isolin niet in haar standpunt dat haar vorderingen, die strekken tot terugbetaling van vooruitbetaalde bedragen, geen vorderingen zijn als bedoeld in artikel 11. Het standpunt dat ongedaanmakings- (en waardevergoedings)verbintenissen niet onder artikel 11 vallen, strookt niet met de algemeen geformuleerde omschrijving van het begrip vordering in artikel 11 lid 1 en de niet-limitatieve (in de tekst staat: “met inbegrip van”, “zoals” en “met name”) opsomming daarin van een aantal voorbeelden van soortgelijke vorderingen (vgl. HvJEU 17 januari 2019, ECLI:EU:C:2019:36 (SH/TG), randnummer 74).
Verder heeft Isolin niet, althans niet voldoende, weersproken dat de overeengekomen dienstverlening van NetApp zag op door Verordening 833/2014 gesanctioneerde goederen en technologieën, en dat op zijn minst een deel daarvan niet onder enige uitzonderingsgrond viel. Daarmee staat voldoende vast dat de vorderingen van Isolin verband houden met contracten aan de uitvoering waarvan, direct of indirect, geheel of gedeeltelijk, afbreuk is gedaan door de sanctiemaatregelen. De door Isolin ter sprake gebrachte mogelijkheid tot het aanvragen van een ontheffing doet hieraan niet af. Vaststaat dat geen van beide partijen een ontheffing heeft aangevraagd. Maar aangenomen al dat ontheffing een reële mogelijkheid zou zijn geweest, valt de door Isolin ingestelde vordering nog steeds onder artikel 11. Zonder de sanctiemaatregelen was een ontheffing immers niet nodig geweest en ook in zoverre gaat het dus om uitvoering van het contract waaraan gedeeltelijk afbreuk is gedaan door de sanctiemaatregelen.
4.11.
In het kader van ‘de persoon van de eiser’ spitst het geschil zich toe op de vraag of Isolin een persoon, entiteit of lichaam als bedoeld in punt c) is: een persoon, entiteit of lichaam handelend voor rekening of ten behoeve van een van de in punt a) of punt b) van artikel 11 lid 1 bedoelde personen, entiteiten of lichamen. De Europese wetgever heeft op dit punt geen definitie of criterium geformuleerd, maar bepaald dat alle relevante omstandigheden van het geval in de beoordeling moeten worden betrokken. Dit blijkt uit
de volgende passage uit de
Commission Opinion of 17.10.2019 on Article 5(1) of Council Regulation (EU) No 833/2014:
In the absence of a definition and/or criteria that can be used to assess whether an entity acted on behalf or at the direction of a targeted entity, the NCA (National Competent Authority;
rechtbank) should take into account all the relevant circumstances in order to establish the situation at hand. These can include, for example, the precise ownership/control structure, including links between natural persons; the nature and purpose of the transaction, coupled with the stated business of the entity that is owned or controlled; previous instances of acting on behalf or at the direction of the targeted entity; disclosure made by third parties and/or factual evidence indicating that directions were given by the targeted entity.
4.12.
De rechtbank gaat er, gelet op het doel van Verordening 833/2014, vanuit dat handelen voor rekening of ten behoeve van een in punt a) of punt b) van artikel 11 lid 1 bedoelde persoon, entiteit of lichaam aan de orde is als aannemelijk is dat de bij toewijzing van de vordering te verkrijgen baten aan een dergelijke persoon, entiteit of lichaam ten goede komen. Zie in dezelfde lijn rechtbank Amsterdam (vzr) 9 juni 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:3141 (Boskalis/Saren en CACIB).
4.13.
Niet in geschil is dat de
end users(eindgebruikers) en
resellers(wederverkopers) die via Isolin NetApp-producten en -diensten hebben ingekocht Russische personen, entiteiten of lichamen zijn in de zin van artikel 11 lid 1 sub b. Op grond van de volgende omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, acht de rechtbank aannemelijk dat de baten die Isolin verkrijgt bij toewijzing van haar vordering, ten gunste zullen komen van deze
end usersen
resellers.
4.14.
Artikel 2.2 (Direct Purchase Terms) van de bij de distributieovereenkomst behorende Channel Partner Terms luidt:
All Purchase Orders are subject to acceptance by NetApp. Partner [Isolin, rb] will only submit Order Documentation for Products or Services once the End User has submitted a corresponding purchase order to Partner.
De orders van Isolin aan NetApp kwamen dus slechts tot stand nadat Russische
end usersdaartoe een
corresponding binding purchase orderhadden ingediend bij Isolin. Hieruit volgt dat de orders aan NetApp en de overeenkomsten tussen Isolin en de Russische
end usersin direct verband met elkaar stonden. Isolin heeft weliswaar bij de mondelinge behandeling het standpunt ingenomen dat zij van de
end usersen
resellersniet vooruitbetaald heeft gekregen, maar dat standpunt heeft zij niet van een deugdelijke toelichting of bewijsstukken voorzien. Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, is het in het licht van de (hiervoor in artikel 2.2 beschreven) rechtsverhouding tussen Isolin en die partijen niet aannemelijk dat Isolin de bestellingen van de
end usersen
resellerszou ‘voorfinancieren’. Dat de Russische
end usersen
resellersvia Isolin hebben (vooruit)betaald voor de producten en diensten van NetApp kan ook worden afgeleid uit de brief van 21 april 2022 van Isolin aan NetApp Nederland. Daarin meldt Isolin aan NetApp Nederland dat zij een claim van Croc Inc. heeft ontvangen in verband met het niet leveren van IT-diensten door NetApp en geeft zij te kennen dat de opschorting van die diensten door NetApp tot financiële verliezen voor haarzelf,
resellersen
end usersleidt. Gelet hierop is het aannemelijk dat deze partijen op hun beurt minst genomen terugbetaling van Isolin hebben gevorderd of dat nog zullen doen.
Dit betekent dat het ook aannemelijk is dat Isolin, bij toewijzing van de vordering, (vrijwillig dan wel gedwongen) tot terugbetaling aan de Russische
end usersof
resellerszal overgaan althans de baten van haar vordering tot terugbetaling ten gunste van deze Russische partijen zullen komen. De rechtbank kwalificeert Isolin daarmee als een persoon, entiteit of lichaam handelend voor rekening of ten behoeve van een van de in punt a) of punt b) van artikel 11 lid 1 bedoelde personen, entiteiten of lichamen.
4.15.
De slotsom is dat Isolin er niet in is geslaagd haar stelling dat haar vordering niet op grond van artikel 11 lid 1 Verordening 833/2014 hoort te worden afgewezen, voldoende feitelijk te onderbouwen. Haar vordering is dus niet toewijsbaar (zie 4.8).
4.16.
Bij deze uitkomst heeft Isolin geen zelfstandig belang bij de gevorderde verklaring voor recht. Deze dient immers slechts als opmaat naar een op ontbinding van de distributieovereenkomst en de orders gebaseerde terugbetalingsverplichting van NetApp die, zoals uit het voorgaande volgt, hoe dan ook niet tot een veroordeling kan leiden.
4.17.
Isolin heeft zich voor het eerst ter zitting nog beroepen op ongerechtvaardigde verrijking van NetApp. Aangenomen al dat dit beroep zich laat verenigen met de eisen van een goede procesorde stuit het af op het voorgaande. Verordening 833/2014 spreekt van vorderingen tot schadeloosstelling of soortgelijke vorderingen en artikel 6:212 lid 1 BW verbindt aan ongerechtvaardigde verrijking een schadevergoedingsverplichting.
4.18.
Ook het verzoek van Isolin aan de rechtbank om NetApp op de voet van
artikel 22 Rv te bevelen alle documentatie over te leggen die betrekking heeft op de beweerde (mislukte) contractsoverneming tussen NetApp Bv en NetApp Ireland Ltd in 2022 behoeft geen behandeling. Bij deze uitkomst van de zaak heeft Isolin bij dat verzoek geen belang.
4.19.
Isolin zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten, aan de zijde van NetApp tot dit vonnis begroot op EUR 8.519,00 aan griffierecht, EUR 13.071,00 aan salaris advocaat (drie punten, tarief VIII) en EUR 178,00 aan nakosten, te vermeerderen met de verhoging en de wettelijke rente zoals in de beslissing is bepaald. De drie genoemde bedragen leiden tot een totaalbedrag van EUR 21.768,00.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
wijst het gevorderde af;
5.2.
veroordeelt Isolin in de kosten van het geding, tot dit vonnis aan de zijde van NetApp begroot op EUR 21.768,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na vandaag;
5.3.
veroordeelt Isolin, voor het geval zij niet tijdig aan deze veroordeling voldoet in de extra nakosten van EUR 92,00 plus de kosten van betekening, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na betekening.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.W. Bockwinkel, mr. J. Huber en mr. G.C. de Heer, rechters, bijgestaan door mr. A.A.J. Wissink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op
15 januari 2025.