Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Beschuldiging
bijlagedie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Waardering van het bewijs
hierna ook: [verdachte] ). [3] Naar aanleiding van een melding van een medewerker van [bedrijf 2] dat de container vermoedelijk sigaretten en geen dadels zouden bevatten, [4] heeft de FIOD onderzoek gedaan naar de container. Door het observatieteam is op 14 november 2018 gezien dat een vrachtwagen met de container eerst, zoals gebruikelijk voor de zendingen aan [bedrijf 1] , [5] naar een loods aan [straat 1] in Helmond, gehuurd door [bedrijf 1] , [6] rijdt en vervolgens doorrijdt naar een loods aan [straat 2] in Helmond, eveneens gehuurd door [bedrijf 1] , [7] en dat daar wordt gelost. Ook is gezien dat [verdachte] achter de vrachtwagen aanrijdt en aanwezig is bij het lossen van deze container in de loods. [8]
hierna: [medeverdachte]) bij aanwezig. Hij heeft gezien dat er na het lossen van de eerste container dozen aanwezig waren in de loods, die hij herkent als de dozen op de pallets. Makelaar [getuige 3] heeft tegen hem gezegd dat dit waterpijptabak betrof. [14] [getuige 3] heeft zelf ook bij de FIOD verklaard dat hij in de avond na het lossen van de container op 17 juli 2018 heeft gezien dat er een bruine doos open stond en dat hij daarin groene dozen zag. Aan de groene doos zag hij dat de inhoud waterpijptabak moest zijn. Hij had eerder waterpijptabak gezien en herkende dit. Er stond ook "flavour" op die groene doos. Voorafgaand aan het tekenen van de huurovereenkomst had [getuige 3] daarover contact met [medeverdachte] . De compagnon van [medeverdachte] zou de huurovereenkomst tekenen. [15]
1-two apple
Appel 21 x 12 = 252
Appel 342 (28 x 2 + 1) => 4
4.Bewezenverklaring
5.Strafbaarheid van de feiten
6.Strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregel
8.Beslag
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
medeplegen van opzettelijk het in artikel 5, eerste lid, onder B van de Wet op de accijns opgenomen verbod overtreden
medeplegen van binnengebrachte goederen in strijd met artikel 139, eerste of tweede lid van het Douanewetboek van de Unie niet bij de inspecteur aanbrengen, begaan met het oogmerk de rechten bij invoer die ter zake van de goederen zijn verschuldigd, te ontduiken
[verdachte], daarvoor strafbaar.
taakstrafvan
240 (tweehonderdveertig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 120 (honderdtwintig) dagen, met bevel dat de tijd die door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht, bij de uitvoering van deze straf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 (twee) uren per dag.
gevangenisstrafvan
6 (zes) maanden).
niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
proeftijdvan
2 (twee) jarenvast.
onttrokken aan het verkeer:
teruggaveaan
[verdachte]van: