ECLI:NL:RBAMS:2025:3031

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
24 april 2025
Publicatiedatum
9 mei 2025
Zaaknummer
11460087 \ EA VERZ 24-1291
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om vervangende machtiging op grond van artikel 5:121 BW door VvE tegen [verweerder] B.V. voor toegang tot balkon en vervanging dilatatievoegen

In deze zaak heeft de VvE op 20 december 2024 een verzoekschrift ingediend voor een vervangende machtiging op grond van artikel 5:121 BW. De VvE vordert toegang tot het balkon van [verweerder] B.V. om dilatatievoegen te vervangen, omdat [verweerder] weigert toegang te verlenen. Tijdens de mondelinge behandeling op 17 april 2025 is de VvE vertegenwoordigd door haar bestuur en gemachtigde, terwijl [verweerder] niet is verschenen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verweerder] niet heeft meegewerkt aan de vervanging van de voegen, ondanks meerdere verzoeken van de VvE. De VvE heeft ook verzocht om de planten van het balkon te laten verwijderen, onder verbeurte van een dwangsom van € 500,-. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de VvE recht heeft op een vervangende machtiging, omdat [verweerder] zonder redelijke grond weigert mee te werken. De rechter heeft de VvE toestemming verleend om het balkon te betreden en de dilatatievoegen te repareren, en heeft [verweerder] veroordeeld tot tijdelijke ontruiming van de woning voor de duur van de werkzaamheden. Tevens is [verweerder] veroordeeld tot betaling van de proceskosten van € 740,50, vermeerderd met wettelijke rente. De beschikking is gegeven door mr. M.W. van der Veen op 24 april 2025.

Uitspraak

RECHTBANKAMSTERDAM
Civiel recht
Kantonrechter
Zaaknummer / rekestnummer: 11460087 \ EA VERZ 24-1291
Beschikking van 24 april 2025
in de zaak van
VVE [verzoeker],
gevestigd te [vestigingsplaats 1] ,
verzoekende partij,
hierna te noemen: de VvE,
gemachtigde: mr. L.M. van Gemert-Bosveld,
tegen
[verweerder] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats 2] ,
verwerende partij,
hierna te noemen: [verweerder] ,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
De VvE heeft op 20 december 2024 een verzoekschrift met producties ingediend.
1.2.
[verweerder] heeft geen verweerschrift ingediend. Zij is door de griffier per gewone post voor de mondelinge behandeling opgeroepen.
1.3.
De heer [naam 1] heeft namens [verweerder] voorafgaand aan de mondelinge behandeling per e-mail aangegeven dat hij de planten zal verwijderen van het balkon en dat hij bereid is om afspraken te maken over het verlenen van toegang tot het balkon om daar de werkzaamheden te verrichten. [naam 1] heeft daarbij verzocht om intrekking/aanhouding van het verzoek. De VvE heeft vervolgens verzocht om de mondelinge behandeling alsnog plaats te laten vinden.
1.4.
Het verzoek is behandeld ter zitting van 17 april 2025, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt. De VvE is vertegenwoordigd door de heer [naam 2] (beheerder), de heer [naam 3] (bestuurder) en de heer [naam 4] (penningmeester) en bijgestaan door de gemachtigde. Namens [verweerder] is niemand verschenen.
1.5.
De beschikking is bepaald op vandaag.

2.De kern

2.1.
[verweerder] is eigenaar van het appartementsrecht (een woning) aan de [adres] en is lid van de VvE. [naam 1] is enig aandeelhouder en bestuurder van [verweerder] en woont in de woning. De VvE heeft op 11 april 2023 besloten dat alle eigenaren de dilatatievoegen moeten laten vervangen. [verweerder] heeft niet meegewerkt aan de vervanging. [verweerder] weigert toegang te verlenen tot het balkon van de woning om de werkzaamheden uit te voeren.
2.2.
De VvE vordert in deze procedure een vervangende machtiging op grond van artikel 5:121 Burgerlijk Wetboek (BW) en toestemming om het balkon via de woning van [verweerder] te betreden. Ook vordert de VvE dat [verweerder] haar planten van het balkon verwijdert, alles onder verbeurte van een dwangsom van € 500,-. Tot slot vordert de VvE dat [verweerder] de kosten van deze procedure betaalt, vermeerderd met rente. De kantonrechter zal het verzoek toewijzen.

3.De beoordeling

De dilatatievoegen moeten vervangen worden
3.1.
Bij notariële akte van 5 december 2014 (hierna: de splitsingsakte) is het appartementengebouw “ [verzoeker] ” aan de [locatie] gesplitst in negen appartementsrechten. Daarbij is ook de VvE opgericht.
3.2.
Uit de notulen van de ledenvergadering van 11 april 2023 punt 7.e blijkt dat de VvE heeft besloten dat de dilatatievoegen vervangen moeten worden. Ook blijkt uit de notulen dat het bestuur van de VvE de eigenaren heeft verzocht om te zorgen voor toegang tot het balkon als deze aan de beurt is. Dit is niet door [verweerder] betwist.
3.3.
In artikel 28 van de splitsingsakte is, onder meer, het volgende opgenomen:

2. Iedere eigenaar en gebruiker dient er voor zorg te dragen dat de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken die zich in zijn privé gedeelte bevinden te allen tijde goed bereikbaar zijn.
3. Indien voor het verrichten van een handeling met betrekking tot een ander privé gedeelte of met betrekking tot de gemeenschappelijke gedeelten of de gemeenschappelijke zaken, de toegang tot of het gebruik van een privé gedeelte naar het oordeel van het bestuur noodzakelijk is, is iedere desbetreffende eigenaar en gebruiker verplicht hiertoe zijn toestemming en medewerking te verlenen. (…).”
Daaruit blijkt dat [verweerder] – die eigenaar is van een van de appartementsrechten – als gevolg van het besluit van de VvE in beginsel haar medewerking zal moeten verlenen aan het vervangen van de voegen.
De kantonrechter zal een vervangende machtiging verlenen
3.4.
De VvE vordert op grond van artikel 5:121 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) een vervangende machtiging ten aanzien van de vereiste medewerking en toestemming om op het balkon van [verweerder] de dilatatievoegen te repareren/vervagen, de afvoer te reinigen en een deskundige de oorzaak van de schade aan de onderliggende woningen te laten onderzoeken. De kantonrechter zal de gevorderde vervangende machtiging verlenen. Daarvoor is het volgende redengevend.
3.5.
De VvE stelt dat [verweerder] weigert om mee te werken aan het vervangen van de voegen, ondanks meerdere pogingen om haar daartoe te bewegen. De VvE heeft daarnaast ter zitting toegelicht dat zij [verweerder] meerdere malen per e-mail en per WhatsApp heeft verzocht om mee te werken aan het verrichten van een onderzoek door een onafhankelijke derde. [verweerder] heeft daarop niet gereageerd.
3.6.
[naam 1] heeft in de e-mail die hij voorafgaand aan de zitting aan de rechtbank heeft gestuurd erkend dat hij tot dat moment niet heeft meegewerkt aan de vervanging van de voegen. [naam 1] geeft in de e-mail aan dat hij nu wel bereid is om mee te werken. Aangezien [verweerder] gedurende lange tijd heeft geweigerd om haar medewerking te verlenen en onvoldoende zeker is dat [naam 1] daadwerkelijk zal gaan meewerken, kan de VvE alleen via een vervangende machtiging de woning van [verweerder] binnentreden om de werkzaamheden alsnog uit te laten voeren.
3.7.
De weigering van [verweerder] moet getoetst worden aan de redelijkheid en billijkheid die de verhouding tussen de appartementseigenaren en de VvE beheerst. De vervangende machtiging kan worden verleend als kan worden vastgesteld dat de medewerking of toestemming door de betrokken appartementseigenaar – in dit geval [verweerder] – zonder redelijke grond wordt geweigerd. Voor de vraag of daarvan sprake is zijn alle relevante omstandigheden van het geval van belang. [1]
3.8.
De belangen van de VvE zijn helder en zwaarwegend. Zij wenst uitvoering te geven aan het besluit dat tijdens de vergadering van 11 april 2023 is genomen. Het is niet duidelijk geworden op welke grond(en) [verweerder] steeds weigerde om de vereiste medewerking en toestemming te verlenen, zodat de belangen van de VvE bij het op korte termijn kunnen (laten) vervangen van de voegen de doorslag geven. Daarbij heeft [naam 1] in zijn e-mail aangegeven dat hij bereid is om mee te werken aan vervanging van de voegen, maar hij heeft geen concrete afspraken daarover gemaakt met de VvE. De gevorderde vervangende machtiging zal dan ook worden toegewezen teneinde te bereiken dat de werkzaamheden voortvarend en binnen een redelijke termijn kunnen worden afgerond.
De woning moet tijdelijk ontruimd worden
3.9.
De VvE heeft tevens verzocht om toestemming om al dan niet met behulp van de sterke arm van politie en justitie het balkon, via de woning van [verweerder] , te betreden op de dagen dat er werkzaamheden zullen worden verricht. Daarnaast heeft de VvE verzocht om te bepalen dat [verweerder] , ten behoeve van de werkzaamheden, de planten van haar balkon moet verwijderen.
3.10.
Naar de kantonrechter uit het verzoekschrift begrijpt strekt deze vordering tot gedeeltelijke en tijdelijke ontruiming ten behoeve van het (laten) verrichten van de werkzaamheden op de voet van artikel 558 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en moet het petitum zo worden gelezen. De vordering is aldus toewijsbaar.
3.11.
De gevorderde dwangsom voor de vereiste medewerking en de ontruiming van het gehuurde wordt afgewezen. De VvE heeft gesteld dat, gelet op de loze beloftes van [verweerder] , een financiële prikkel nodig is als stok achter de deur. Met deze beschikking beschikt de VvE echter over een titel om de woning zelf, via de weg van de reële executie, gedwongen te laten ontruimen, zodat zij de werkzaamheden kan laten verrichten. De VvE heeft niet, althans onvoldoende, onderbouwd waarom zij daarnaast nog belang heeft bij een financiële prikkel voor [verweerder] om tot ontruiming over te gaan
3.12.
De vordering ter zake van (eventuele) kosten voor het verwijderen van de planten, is niet toewijsbaar. Het betreft hier kosten die pas na de uitspraak ontstaan en waarvan de omvang en de verschuldigdheid nog niet vast staan.
[verweerder] moet de proceskosten betalen
3.13.
[verweerder] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van de VvE worden begroot op:
- griffierecht
130,00
- salaris
543,00
- nakosten
67,50
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
740,50
3.14.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
verleent een vervangende machtiging in de zin van artikel 5:121 lid 1 BW aan de VvE ten aanzien van de vereiste medewerking en toestemming die de VvE van [verweerder] behoeft, teneinde op het balkon waarvan [verweerder] het recht op uitsluitend gebruik heeft de dilatatievoeg te repareren/vervangen, de afvoer te reinigen en een deskundige de oorzaak van de schade aan de onderliggende woningen te laten onderzoeken,
4.2.
veroordeelt [verweerder] tot tijdelijke ontruiming op de voet van artikel 558 Rv van de woning aan de [adres] , welke ontruiming wordt beperkt tot de ruimte(s) in de woning van [verweerder] die betreden moeten worden om de werkzaamheden te laten verrichten en voor de duur van de noodzakelijke werkzaamheden, desnoods te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder met hulp van de sterke arm van politie en justitie,
4.3.
veroordeelt [verweerder] in de proceskosten, aan de zijde van de VvE begroot op
€ 740,50, te vermeerderen met de kosten van betekening, te betalen binnen 14 dagen na betekening van deze beschikking,
4.4.
veroordeelt [verweerder] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na betekening van deze beschikking zijn betaald,
4.5.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
4.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.W. van der Veen, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier op 24 april 2025.
64183

Voetnoten

1.Hof Den Bosch 18 augustus 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:3713, punt 3.5.3.