ECLI:NL:RBAMS:2025:2958
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van schadevergoeding voor kosten van rechtsbijstand in strafzaak met ernstige verdenking van ambtelijke corruptie
Op 24 april 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een verzoek om schadevergoeding voor kosten van rechtsbijstand. De verzoeker, geboren in 1968 en vertegenwoordigd door advocaat mr. M. van Stratum, had een verzoek ingediend op grond van artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) voor een vergoeding van € 5.566,- wegens kosten van een raadsman. De officier van justitie had besloten de verzoeker niet verder te vervolgen, wat onherroepelijk was geworden. De rechtbank overwoog dat, hoewel de verzoeker verdacht werd van ernstige strafbare feiten, het Openbaar Ministerie ervoor had gekozen de zaak niet te vervolgen. Dit leidde tot de conclusie dat er gronden van billijkheid aanwezig waren voor het verzochte. De rechtbank oordeelde dat de verzoeker recht had op een volledige vergoeding van de kosten van de advocaat, inclusief de uren die zijn geschreven voordat het dossier was verstrekt. De rechtbank kende uiteindelijk een totale vergoeding van € 6.246,- toe aan de verzoeker, ten laste van de Staat. Deze beslissing werd openbaar uitgesproken door mr. C.W. Bianchi, in aanwezigheid van griffier J.B.P. Terwindt.