Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
178,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft het echtpaar [eisers] een kort geding aangespannen tegen de coöperatie COÖPERATIEVE RABOBANK U.A. met als doel de verwijdering van hun BKR-registratie. De eisers, die in een turbulente financiële situatie verkeerden, hebben in het verleden een zakelijke lening afgesloten bij de bank, maar door betalingsproblemen en een ongeval is hun situatie verslechterd. De bank heeft de kredietovereenkomst opgezegd en de registratie in het Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI) is daarop aangepast. Het echtpaar heeft recent een woning verkocht en een nieuwe woning gekocht, maar de BKR-registratie staat hen in de weg bij het verkrijgen van een nieuwe lening. Tijdens de zitting op 9 april 2025 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de registratie in het CKI nog steeds een juist beeld geeft van de financiële situatie van het echtpaar, ondanks hun verbeterde omstandigheden. De vordering tot verwijdering van de registratie is afgewezen, en het echtpaar is veroordeeld in de proceskosten van de bank. De voorzieningenrechter heeft benadrukt dat het systeem van kredietregistratie niet kan wijken voor persoonlijke omstandigheden van de eisers, en dat de registratie bedoeld is om zowel consumenten als kredietaanbieders te beschermen.