ECLI:NL:RBAMS:2025:2443

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 april 2025
Publicatiedatum
15 april 2025
Zaaknummer
13/283589-24 (EAB I)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor overlevering op basis van Europees aanhoudingsbevel door de Rechtbank Amsterdam

Op 15 april 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door de regionale rechtbank in Gdańsk, Polen, op 23 augustus 2024. De zaak betreft de overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in Polen in 1978, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland verblijft en gedetineerd is in een penitentiaire inrichting. De behandeling van het EAB vond plaats op 27 februari 2025, waarbij de officier van justitie, mr. A. Keulers, aanwezig was. De opgeëiste persoon werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. M.P.M. Balemans, en een tolk in de Poolse taal. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak op basis van de Overleveringswet met 30 dagen verlengd en de gevangenhouding bevolen. Op 13 maart 2025 werd een tussenuitspraak gedaan, waarbij het onderzoek werd heropend en geschorst om gelijktijdig met een andere zaak te kunnen worden behandeld. De zitting werd op 1 april 2025 hervat, maar de opgeëiste persoon was niet aanwezig en had schriftelijk afstand gedaan van zijn recht om aanwezig te zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wettelijke termijn voor beslissing op het overleveringsverzoek was verstreken, maar dat dit de verplichting om te beslissen niet opheft. De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon bevestigd en geoordeeld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet. Er zijn geen weigeringsgronden voor de overlevering en de rechtbank heeft de overlevering toegestaan.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/283589-24 (EAB I)
Datum uitspraak: 15 april 2025
UITSPRAAK
op de vordering van 2 januari 2025 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 23 augustus 2024 door
the Regional Court in Gdańsk, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon] ,
geboren in [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 1978,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
gedetineerd in de [P.I.] ,
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 27 februari 2025, in aanwezigheid van mr. A. Keulers, officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en is bijgestaan door zijn raadsman, mr. M.P.M. Balemans, advocaat te Amsterdam, en door een tolk in de Poolse taal.
De rechtbank heeft de termijn waarbinnen zij op grond van de Overleveringswet (OLW) uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen verlengd. [2]
Tevens heeft de rechtbank voor sluiting van het onderzoek ter zitting de gevangenhouding bevolen.
De rechtbank heeft op 13 maart 2025 een tussenuitspraak [3] gewezen waarbij het onderzoek is heropend en voor onbepaalde tijd is geschorst om deze zaak gelijktijdig af te kunnen doen met de zaak met parketnummer 13/022993-25 (EAB II).
De behandeling van het EAB is – na toestemming van de officier van justitie en de verdediging – in gewijzigde samenstelling hervat op de zitting van 1 april 2025, in aanwezigheid van mr. M. al Mansouri, officier van justitie. De opgeëiste persoon is niet verschenen, maar heeft middels een schriftelijke verklaring afstand gedaan van zijn recht om bij de zitting aanwezig te zijn. Zijn gemachtigd raadsman, mr. M.P.M. Balemans, advocaat te Amsterdam, is verschenen en heeft namens hem het woord gevoerd.
De rechtbank stelt vast dat in deze zaak de wettelijke termijn waarbinnen de rechtbank op basis van de OLW op het overleveringsverzoek moet beslissen, is verstreken. [4] Dit ontslaat de rechtbank niet van haar verplichting om op het overleveringsverzoek te beslissen. Het betekent echter wel dat geen wettelijke grondslag meer bestaat voor gevangenhouding. [5]

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon onderzocht en vastgesteld dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat de opgeëiste persoon de Poolse nationaliteit heeft.

3.Tussenuitspraak 13 maart 2025

De rechtbank stelt vast dat bij de tussenuitspraak van deze rechtbank van 13 maart 2025 reeds is geoordeeld over de grondslag en inhoud van het EAB, de weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW, de strafbaarheid van de feiten en, in het kader van artikel 11 OLW, over het recht op een eerlijk proces voor een onafhankelijk gerecht. Hetgeen de rechtbank in deze tussenuitspraak heeft overwogen kan als hier herhaald en ingelast worden beschouwd.

4.Slotsom

De rechtbank stelt vast dat het EAB voldoet aan de eisen van artikel 2 OLW. Verder staan geen weigeringsgronden aan de overlevering in de weg en is geen sprake van een geval waarin aan het EAB geen gevolg mag worden gegeven. Om die reden staat de rechtbank de overlevering toe.

5.Toepasselijke wetsbepalingen

De artikelen 47 Wetboek van Strafrecht, 10a Opiumwet, 8 en 176 Wegenverkeerswet 1994 en 2, 5 en 7 OLW.

6.Beslissing

STAAT TOEde overlevering van
[opgeëiste persoon]aan
the Regional Court in Gdańsk(Polen) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. C. Klomp, voorzitter,
mrs. M.C.M. Hamer en H.H.J. Zevenhuijzen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C.W. van der Hoek, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 15 april 2025.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.
2.Zie artikel 22, eerste en derde lid, OLW.
4.Zie artikel 22 OLW.
5.De termijn van vrijheidsbeneming (en mogelijkheden tot verlenging daarvan) moeten in samenhang worden bezien met de wettelijke beslistermijn.