ECLI:NL:RBAMS:2025:2418
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herroeping van een beschikking van de kantonrechter
In deze zaak heeft verzoekster op 18 oktober 2024 een verzoekschrift ingediend tot herroeping van een beschikking van de kantonrechter van 19 juli 2024. De VvE heeft hiertegen verweer gevoerd. Tijdens de mondelinge behandeling op 18 maart 2025 heeft verzoekster aanvullende producties ingediend. De kern van het verzoek is dat de beschikking berust op bedrog door de VvE en dat er stukken zijn achtergehouden die van beslissende aard zijn. De VvE heeft zich verweerd door te stellen dat verzoekster het bedrog al tijdens de procedure had kunnen ontdekken en dat zij daarom niet ontvankelijk is in haar verzoek. De kantonrechter heeft vastgesteld dat verzoekster de email waar zij zich op beroept, op 3 juli 2024 heeft ontvangen, ruim voor de beschikking van 19 juli 2024. Hierdoor komt verzoekster geen beroep toe op de gronden van herroeping zoals genoemd in artikel 382 Rv. De kantonrechter heeft de verzoeken van verzoekster afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van € 610,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving. De kostenveroordeling is uitvoerbaar bij voorraad.