Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De beoordeling
bij het sluiten van de overeenkomstaan haar informatieplichten heeft voldaan en of al dan niet een bepaalde sanctie (in de vorm van een vermindering van de hoofdsom) moet worden opgelegd.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 6 maart 2025 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen CAPACCS INVEST II B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij, vertegenwoordigd door ACCS Incasso, vorderde een uitspraak op basis van een overeenkomst die zou zijn gesloten tussen de gedaagde als consument en een handelaar, After 10 B.V., voor de aankoop van goederen via een webwinkel in 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisende partij niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de handelaar heeft voldaan aan de informatieplichten die voortvloeien uit het consumentenrecht. De rechtbank merkte op dat de overgelegde schermafdrukken van het bestelproces niet representatief waren voor het moment van de overeenkomst, omdat deze informatie uit 2023 bevatte, terwijl de overeenkomst in 2022 was gesloten. Hierdoor was het niet mogelijk om te toetsen of de informatieplichten waren nageleefd. De rechtbank concludeerde dat de eisende partij niet aan haar stelplicht had voldaan, wat leidde tot de afwijzing van de vordering. Tevens werd de eisende partij veroordeeld in de proceskosten, die op nihil zijn begroot, omdat de gedaagde partij niet was verschenen. De uitspraak benadrukt het belang van het correct en volledig verstrekken van informatie in consumentenzaken, vooral door partijen die regelmatig procederen.