Uitspraak
1.Inleiding
2.De procedure
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
art experiencevan [gedaagde] . Op de mondelinge behandeling heeft Anytime hierover verklaard dat [naam 3] belde en vertelde dat hij “bezig was voor een vriend die een museum ging beginnen.” [bedrijf] heeft zich vervolgens vanaf de eerste contacten tussen Anytime en [gedaagde] bewogen. Anytime heeft op de mondelinge behandeling verklaard dat zij eerst een inschatting van de te besteden uren heeft gegeven en dat [naam 3] heeft gezegd dat met [gedaagde] te gaan overleggen. Nadat zij van [naam 3] hoorde dat het akkoord was, heeft Anytime de offerte uitgebracht en daarna zijn de werkzaamheden begonnen. Dat de offerte op naam van [bedrijf] is gesteld, leidt niet tot de conclusie dat [bedrijf] namens zichzelf handelde. Voor [bedrijf] en [gedaagde] was duidelijk dat de offerte naar [gedaagde] zou worden gestuurd en dat is ook gebeurd.