ECLI:NL:RBAMS:2024:8810
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing goedkeuring afwijkend beding in huurovereenkomst tussen verhuurster en huurster
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 september 2024 een beschikking gegeven in een verzoek om goedkeuring van afwijkende bedingen in een huurovereenkomst tussen UNIBAIL RODAMCO WESTFIELD S.E. (verhuurster) en ASB FOODS B.V. (huurster). De verzoeksters hebben op 12 april 2024 een verzoek ingediend op basis van artikel 7:291 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij zij goedkeuring vroegen voor bepalingen in hun huurovereenkomst die afwijken van de wettelijke regeling. De mondelinge behandeling vond plaats op 26 augustus 2024, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten.
De huurovereenkomst is aangegaan voor een vaste periode van tien jaar, van 1 januari 2024 tot 31 december 2033, zonder mogelijkheid van verlenging. De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de afwijkende bedingen de rechten van de huurster wezenlijk aantasten. De kantonrechter oordeelde dat de maatschappelijke positie van de huurster in vergelijking met die van de verhuurster zodanig is dat de huurster de bescherming van de wettelijke bepalingen niet kan missen. De verzoeksters hebben niet overtuigend aangetoond dat de afwijkingen gerechtvaardigd zijn, en de kantonrechter heeft het verzoek om goedkeuring van de afwijkende bedingen afgewezen. De kosten van de procedure komen voor rekening van de verhuurster, en er is geen kostenveroordeling uitgesproken.