Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek op de zitting
2.Beschuldiging
3.Ontvankelijkheid van de officier van justitie
4.Beslissing
niet-ontvankelijkin de vervolging van verdachte in de zaak met parketnummer 13/689056-19 (compas).
Rechtbank Amsterdam
Op 18 december 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die ervan beschuldigd werd in de periode van 23 juli 2018 tot en met 8 augustus 2018 in Amsterdam, in vereniging, een persoon te hebben opgelicht. De officier van justitie, mr. S. Sondermeijer, had de zaak aanhangig gemaakt onder het parketnummer 13/689056-19, dat oorspronkelijk was geregistreerd onder het compas-systeem. Vanwege een overstap naar het GPS-systeem is de zaak omgezet naar een nieuw parketnummer, 13/325035-22. De rechtbank heeft vastgesteld dat de officier van justitie niet ontvankelijk is in de vervolging van de verdachte, omdat de zaak met het oorspronkelijke parketnummer al eerder was behandeld en voor onbepaalde tijd was aangehouden. Dit betekent dat de verdachte niet twee keer voor hetzelfde feit kan worden vervolgd, wat in strijd zou zijn met het recht. De rechtbank heeft daarom de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte in deze zaak.