In deze strafzaak heeft de rechtbank Amsterdam op 21 november 2024 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die zich over een periode van zeven jaar schuldig heeft gemaakt aan het witwassen van sieraden, geldbedragen, een horloge en auto’s, met een totale waarde van meer dan € 1,5 miljoen. De verdachte heeft samen met een medeverdachte deze goederen witgewassen. Daarnaast heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van een pistool en munitie. De verdachte heeft geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden en heeft niet gereageerd op oproepingen voor verhoor en de inhoudelijke behandeling van zijn strafzaak.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de ten laste gelegde goederen voorhanden heeft gehad en dat er een witwasvermoeden bestaat. De verdachte heeft geen verklaring gegeven over de herkomst van de goederen, wat de rechtbank heeft doen concluderen dat de goederen van misdrijf afkomstig zijn. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het medeplegen van gewoontewitwassen en het voorhanden hebben van een wapen en munitie. De rechtbank heeft de verdachte een gevangenisstraf van 32 maanden opgelegd, waarbij de ernst van de feiten en de lange pleegperiode zwaar hebben meegewogen in de beslissing.
De rechtbank heeft ook de verbeurdverklaring van het horloge en de auto’s bevolen, aangezien deze voorwerpen in beslag zijn genomen en niet zijn teruggegeven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank Amsterdam, waarbij de rechters de ernst van de feiten en de impact op de samenleving in hun overwegingen hebben meegenomen.