Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
bijlagedie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
Rechtbank Amsterdam
Op 7 november 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van ontucht met zijn minderjarig stiefkind. De tenlastelegging omvatte het knijpen in de borsten en billen van het slachtoffer, evenals het verzoek aan het slachtoffer om zijn geslachtsdeel vast te pakken. De officier van justitie, mr. A. Kerkhoff, heeft integrale vrijspraak gevorderd, stellende dat er geen ondersteunend bewijs was voor de verklaring van het slachtoffer. De verdediging, vertegenwoordigd door mr. B.C. Swier, heeft eveneens vrijspraak bepleit en betoogd dat de verklaring van het slachtoffer niet betrouwbaar was, gezien de tegenstrijdigheden en de context van een conflict tussen de verdachte en de moeder van het slachtoffer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaring van het slachtoffer niet voldoende werd ondersteund door ander bewijs, waardoor niet werd voldaan aan het wettelijk bewijsminimum. De rechtbank heeft daarom de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. Tevens is de benadeelde partij, het slachtoffer, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, aangezien de verdachte werd vrijgesproken. De kosten zijn voor beide partijen.