Op 15 februari 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak van een ter beschikking gestelde man, geboren in 1983, die sinds 2005 onder toezicht staat. De officier van justitie heeft een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, gebaseerd op adviezen van deskundigen die de complexe problematiek van de betrokkene hebben beoordeeld. De rechtbank heeft de vordering toegewezen, waarbij de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen als belangrijkste overwegingen zijn genoemd. De betrokkene lijdt aan schizofrenie, heeft een licht verstandelijke beperking en vertoont verward gedrag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene blijvend afhankelijk is van externe structuur en begeleiding, en dat zijn recidiverisico hoog blijft zonder adequate behandeling en toezicht. De deskundigen hebben geadviseerd om de maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging te verlengen, en de rechtbank heeft deze adviezen gevolgd. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de officier van justitie, de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en deskundigen, en is openbaar uitgesproken.