ECLI:NL:RBAMS:2024:800

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 februari 2024
Publicatiedatum
15 februari 2024
Zaaknummer
13-701300-17
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de termijn van de tbs met dwangverpleging voor de duur van één jaar

Op 1 februari 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen Ahmed Diriye, die ter beschikking is gesteld voor verpleging. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, afgewezen. In plaats daarvan is besloten om de termijn met één jaar te verlengen. Dit besluit is genomen na een zorgvuldige afweging van de klinische situatie van Diriye, die lijdt aan een chronische en therapieresistente vorm van schizofrenie, en zijn afhankelijkheid van medicatie en elektroconvulsietherapie (ECT). De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel Diriye progressie vertoont, de ingrijpendheid van de medicatie en ECT een verlenging van de termijn met twee jaar niet rechtvaardigt. De rechtbank heeft de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen als belangrijke overwegingen meegenomen in haar beslissing. De rechtbank heeft ook aangegeven dat de volgende beoordeling na één jaar zal plaatsvinden, omdat verwacht wordt dat Diriye over een jaar nog niet volledig uitbehandeld zal zijn. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13-701300-17
Beslissing op de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam van 29 december 2023 in de zaak tegen:

Ahmed DIRIYE,

geboren te [geboorteplaats] ( [land van herkomst] ) op [geboortedag] 1989,
thans verpleegd in [kliniek 1] in [plaats] ,
die bij vonnis van deze rechtbank van 2 februari 2018 ter beschikking werd gesteld, teneinde van overheidswege te worden verpleegd, welke terbeschikkingstelling laatstelijk bij beslissing van deze rechtbank van 7 maart 2023 voor de tijd van twee jaar werd verlengd. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft deze beslissing bij beslissing van 3 augustus 2023 bevestigd met aanvulling en verbetering van gronden.

De inhoud van de vordering

De vordering van de officier van justitie strekt tot het verlengen van de termijn van genoemde terbeschikkingstelling met twee jaar.

De procesgang

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken in de zaak met bovenvermeld parketnummer, waaronder:
- het op 7 december 2023 op grond van artikel 6:6:12, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering uitgebrachte advies, strekkende tot verlenging van deze terbeschikkingstelling met twee jaar, alsmede de daarbij overgelegde wettelijke aantekeningen.
De rechtbank heeft op 1 februari 2024 de officier van justitie mr. J. Ang, de terbeschikkinggestelde en diens raadsvrouw mr. B.J. de Groot, advocaat te Haarlem, alsmede de deskundige [deskundige] , verbonden aan [kliniek 2] , op de openbare terechtzitting gehoord. Hiervan is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De beoordeling

Aan genoemd advies van 7 december 2023 wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
Kernproblematiek
Betrokkene is een 34-jarige man van Somalische afkomst, gediagnosticeerd met een
chronische en vrijwel therapieresistente vorm van schizofrenie met daarnaast een
cannabisafhankelijkheid.
Behandelverloop en risicotaxatie
De combinatie Clozapine en elektroconvulsietherapie (ECT)-behandeling, momenteel 1x per 3 weken, is zeer effectief gebleken. Het doel van de behandeling, te weten de psychose dermate in remissie brengen dat het risico op agressie tot hanteerbare proportie wordt teruggebracht, is inmiddels gerealiseerd. Zijn psychoses voeren in mindere mate regie over zijn gedrag en de paranoïdie is verbleekt. Betrokkene is beter begeleidbaar, zijn frustratietolerantie is verbeterd, de vijandigheid afgenomen, en er vinden geen agressie incidenten meer plaats.
Gezien het positieve klinisch beloop onder 1x per 3 weken ECT, is besloten om de
frequentie te verlagen naar 1x per 4 weken, wat in maart 2023 is doorgevoerd.
Tevens is hiermee de intensiteit van zorg wat afgeschaald; betrokkene verblijft vanaf
16 juni 2023 op afdeling [afdeling] , waar hij meer vrijheden geniet. Hier is, binnen een sterk gestructureerd en supportief milieu, gestart met het op gereguleerde wijze toetsen of hij zich staande kan houden op het moment dat de structuur, begeleiding en beveiliging langzaam afgeschaald wordt richting het niveau van een reguliere FPC-afdeling.
Echter, ondanks de positieve effecten, blijkt het risico op destabilisatie groot, zowel in zorg als uit zorg; bij stresserende omstandigheden laat betrokkene een terugtrekkende houding zien, waarin hij zich afsluit in contact. Verder zien we in de periode na genoemde afschaling van de ECT-frequentie een toename van psychotische symptomen en laat hij zich moeizamer begeleiden.
Wegens het snel destabiliseren van het klinisch beeld na een uitgestelde ECT, is de frequentie van de ECT weer teruggezet naar 1x per 3 weken, waarna het beeld opklaarde. Het is dan ook gebleken dat het innemen van een adequate dosering Clozapine en het voortzetten van de ECT de belangrijkste factoren voor patiënt zijn om enigszins stabiel te kunnen functioneren en recidive in agressie te voorkomen.
Het recidiverisico wordt zelfs in zorg als hoog beoordeeld, gezien het feit dat er nog steeds sprake is van psychotische symptomen, betrokkene kwetsbaar blijft voor ontregeling, het ontbreken van ziektebesef en -inzicht, en een geschiedenis van recidive van problematiek en delicten, ook in (gedwongen) zorg. De huidige medicatie, Clozapine, is tot dusver onvoldoende effectief, zelfs bij therapeutische serumspiegels ver boven de bovengrens in combinatie met ECT en Haloperidol. Daarnaast heeft betrokkene geen ziekte-inzicht, een zeer gering ziektebesef en is dwangbehandeling (medicatie en ECT) nog steeds noodzakelijk om therapietrouw te bewerkstelligen.
Zonder de huidige structuur, toezicht en zorg, is de kans op medicatieontrouw en
ernstige psychotische decompensatie zeer groot, en zal de delictgevaarlijkheid
toenemen. In het geval van betrokkene zullen toekomstige psychoses doorgaans
paranoïde gekleurd zijn. Hij ervaart daardoor gevoelens van vernedering die leiden tot verhoogde risico’s op fysieke agressie naar personen. Zijn afhankelijkheid van
extern risicomanagement is dan ook permanent.
Het valt niet te verwachten dat betrokkene op eigen initiatief en eigen kracht zijn problemen adequaat het hoofd zal kunnen bieden. Hij bezit daartoe onvoldoende ziektebesef en ziekte-inzicht. Binnen de huidige context - mits er voldoende structuur, toezicht en veiligheid wordt geboden, betrokkene medicatietrouw blijft, en de ECT voortgezet wordt - kunnen mogelijke terugvallen in een ernstige psychotische toestand en delicten worden voorkomen, of ten minste tijdig worden gesignaleerd, zodat er tijdig kan worden ingegrepen.
Koers en advies
In de komende periode zal er blijvend worden ingezet op activering en motivatie
van betrokkene om structureel deel te nemen aan zijn behandeling. De focus zal liggen op het stabiliseren van het psychotische toestandsbeeld, onder andere door in nauwe samenwerking met Inforsa de ECT voort te zetten, de farmacologische behandeling te continueren met frequente spiegelcontroles, gebruik te maken van een signaleringsplan en betrokkene te laten verblijven in een hoog supportief sociotherapeutisch milieu. Tevens zal er (doorlopend) middels psycho-educatie, gericht op psychose en verslaving, gewerkt worden aan het verkrijgen van inzicht en acceptatie van zijn problematiek en het vergroten van de coping-mogelijkheden.
Op de langere termijn wordt gestreefd naar het verkennen van de draagkracht van betrokkene; gezien de voorgeschiedenis zal dit een geleidelijk proces zijn, waarin met de nodige voorzichtigheid stappen zullen worden ondernomen. Als betrokkene stabiel blijft functioneren bij deze uitbreidingen, zal een verlofaanvraag tot begeleid verlof worden overwogen, zodat zijn draagkracht ook buiten de klinische omgeving getoetst kan worden. Er zijn twijfels over zijn wilsbekwaamheid met betrekking tot het nemen van beslissingen over zijn behandeling. Een mogelijke optie is om betrokkene onder curatele te stellen, wat momenteel wordt onderzocht. Daarnaast wordt er ingezet op het versterken van beschermende factoren, zoals het verder opbouwen van een prosociaal netwerk. Ook zal worden onderzocht welke mogelijkheden er zijn voor afschaling extern wanneer betrokkene daar klaar voor is.
Gezien de mate van het klinische recidiverisico en de benodigde mate van beveiliging, begeleiding en behandeling biedt slechts de maatregel van de tbs met dwangverpleging voldoende mogelijkheden tot toezicht, structuur en (dwang)behandeling. Daarom adviseert de kliniek om de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen.
De deskundige heeft dit advies op de openbare terechtzitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij haar vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaar.
De raadsvrouw heeft verzocht, onder verwijzing naar de beslissing van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 3 augustus 2023, de termijn te verlengen met één jaar.
De rechtbank is – gelet op het advies, het verhandelde ter zitting en de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht – van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd.
De rechtbank acht het wenselijk dat de volgende rechterlijke beoordeling zal plaatsvinden na één jaar. De rechtbank overweegt dat de terbeschikkinggestelde progressie laat zien, maar dat de verwachting is dat hij over één jaar nog niet zal zijn uitbehandeld.
Uitgangspunt van de rechtbank is dat, wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling meer tijd in beslag zal nemen dan een jaar, de terbeschikkingstelling - behoudens bijzondere omstandigheden - dient te worden verlengd met een termijn van twee jaar.
De rechtbank ziet echter een bijzondere omstandigheid in het gegeven dat het innemen van een adequate dosering Clozapine en het voortzetten van de ECT de belangrijkste factoren voor de terbeschikkinggestelde zijn om enigszins stabiel te kunnen functioneren en recidive in agressie te voorkomen. Gezien de ingrijpendheid van de (maximale dosis) medicatie en de ECT, ziet de rechtbank aanleiding om de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen en over een jaar te bespreken wat de stand van zaken is.

Beslissing

De rechtbank wijst de vordering van de officier van justitie toe met dien verstande dat de termijn van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging van [de terbeschikkinggestelde] met één jaar wordt verlengd.
Deze beslissing is gegeven door
mr. W.M.C. van den Berg, voorzitter,
mrs. I. Mannen en J.I.M. Kuin, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van Randeraat, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 1 februari 2024.
De jongste rechter is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
.