Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
4.Vrijspraak
5.Tenuitvoerlegging voorwaardelijke veroordeling
6.Beslissing
[...]
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 11 december 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van medeplegen dan wel medeplichtigheid aan een poging tot gekwalificeerde doodslag. De tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond op 6 mei 2022 in Amsterdam, waarbij de verdachte zou hebben samengewerkt met anderen om een gewelddadige daad te plegen tegen twee slachtoffers. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van achttien maanden, stellende dat de verdachte de eigenaar en gebruiker was van een in beslag genomen telefoon die cruciale informatie bevatte over het incident. De verdediging betwistte echter dat de verdachte de gebruiker van de telefoon was en stelde dat het dossier onvoldoende bewijs bood om deze conclusie te trekken. De rechtbank heeft het dossier zorgvuldig bestudeerd en vastgesteld dat er sterke aanwijzingen zijn voor de betrokkenheid van de verdachte, maar dat er ook te veel ruimte overblijft voor alternatieve scenario's. De rechtbank kon niet vaststellen dat de verdachte daadwerkelijk de gebruiker van de telefoon was op het moment van het delict. Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Daarnaast werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke veroordeling niet-ontvankelijk verklaard, aangezien de verdachte was vrijgesproken van de huidige aanklacht.