Uitspraak
Györ Regional Court, Hongarije (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Judgment No. B.451/2022/16 of the Györ District Court, Judgment No.
43.Bf.61/2023/25 of the Györ Regional Court, final effect: 15 November 2023;
Punishment order No. Bpk.1055/2021/3 of the Györ District Court, final effect: 23 November 2021 (ordered).
judgment) en 6 maanden (
punishment order), door de opgeëiste persoon te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat.
judgmenten
punishment order.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
judgment NO. 43.Bf61/2023/25 of the Györ Regional Courtterwijl de verdachte niet in persoon is verschenen bij het proces dat tot die beslissing heeft geleid, en dat - kort gezegd - is gewezen zonder dat zich één van de in artikel 12, sub a tot en met c, OLW genoemde omstandigheden heeft voorgedaan.
No. 3.Bf.61/2023/25. De rechtbank gaat uit van een kennelijke verschrijving bij het opstellen van de tekst van het EAB en leest dit verbeterd als
No. 43.Bf.61/2023/25.
punishment orderschriftelijk is genomen en in persoon is uitgereikt aan de opgeëiste persoon.
punishment orderis er onvoldoende informatie voorhanden om te kunnen beoordelen of de weigeringsgrond van artikel 12 OLW van toepassing is.
Györ District Courtaan
punishment order(hierna: strafbeschikking) No. Bpk 10155/2021/3 heeft opgelegd zonder dat daar een zitting aan vooraf is gegaan. Bij deze strafbeschikking is aan de opgeëiste persoon een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden opgelegd. Een afschrift van de strafbeschikking is aan de opgeëiste persoon in persoon betekend. Uit de beschikbare informatie blijkt niet of de opgeëiste persoon bezwaar of beroep kon instellen tegen deze strafbeschikking.
1. Heeft de opgeëiste persoon de mogelijkheid gehad om te verzoeken om een behandeling ter zitting of om bezwaar of beroep aan te tekenen tegen de strafbeschikking met referentienummer No. Bpk.1055/2021/3?
2. Zo ja, is hij bij de betekening van de strafbeschikking of op enig ander moment gewezen op deze mogelijkheid van bezwaar, beroep, en/of verzoek om een behandeling ter zitting, alsmede op de wijze waarop en de termijn waarbinnen dit dient te geschieden?
3. Zou er in het geval van een (tijdig) bezwaar of beroep alsnog een zitting hebben plaatsgevonden waarop de opgeëiste persoon gehoord kon worden?
5.Strafbaarheid
6.Beslissing
12 januari 2025;