5.9.In het arrest TNT Express Nederland - Axaheeft het HvJ EU het volgende overwogen.
“49 Uit het voorgaande blijkt weliswaar dat artikel 71 van verordening nr. 44/2001 voor onderwerpen die zijn geregeld in bijzondere verdragen, toepassing van deze verdragen voorschrijft, doch dit neemt niet weg dat deze toepassing geen afbreuk mag doen aan de beginselen die aan de justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken binnen de Unie ten grondslag liggen, zoals de in de punten 6, 11, 12, 15, 16 en 17 van de considerans van verordening nr. 44/2001 genoemde beginselen van vrij verkeer van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, van voorzienbaarheid van de bevoegde rechterlijke instanties en, bijgevolg, van rechtszekerheid voor de justitiabelen, van een goede rechtsbedeling, van het zo veel mogelijk beperken van parallel lopende procedures en van wederzijds vertrouwen in de rechtsbedeling binnen de Unie.
51 Artikel 71 van verordening nr. 44/2001 mag niet een strekking hebben die in strijd is met de beginselen die ten grondslag liggen aan de wettelijke regeling waartoe dit artikel behoort. Derhalve kan dit artikel niet aldus worden uitgelegd dat een bijzonder verdrag, zoals het CMR, binnen een door deze verordening bestreken gebied, zoals dat van het vervoer van goederen over de weg, tot minder gunstige resultaten kan leiden voor de bewerkstelliging van de goede werking van de interne markt, dan de bepalingen van voornoemde verordening.
(…)
55 Op grond van voornoemd beginsel van wederzijds vertrouwen, heeft het Hof gepreciseerd dat het gerecht van de aangezochte staat in geen geval beter dan het gerecht van de staat van herkomst in staat is zich uit te spreken over de bevoegdheid van laatstgenoemd gerecht. Derhalve staat verordening nr. 44/2001, buiten enkele beperkte uitzonderingen, niet toe dat de bevoegdheid van een gerecht van een lidstaat door een gerecht van een andere lidstaat wordt getoetst (arrest Allianz en Generali Assicurazioni Generali, reeds aangehaald, punt 29 en aldaar aangehaalde rechtspraak). Bijgevolg mag artikel 31, lid 3, CMR slechts worden toegepast binnen de Unie indien op grond hiervan de doelstellingen van het vrije verkeer van beslissingen in burgerlijke en handelszaken alsmede dat van het wederzijds vertrouwen in de rechtsbedeling binnen de Unie kunnen worden bereikt onder ten minste even gunstige voorwaarden als die welke voortvloeien uit de toepassing van verordening nr. 44/2001.”
In het arrest Nipponkoa Insurance - Inter-Zuid Transportheeft het HvJ EU het volgende overwogen
“34 Met zijn eerste vraag wenst te verwijzende rechter in wezen te vernemen of artikel 71 van verordening nr. 44/2001aldus moet worden uitgelegd dat het zich ertegen verzet dat een verdrag wordt uitgelegd op een manier die afbreuk doet aan de doelstellingen en beginselen die aan deze verordening ten grondslag liggen.
35 Opgemerkt dient te worden dat het Hof in zijn rechtspraak reeds heeft geantwoord op deze vraag.
36 Het Hof heeft namelijk geoordeeld dat het weliswaar vaststaat dat artikel 71 van deze verordening voor onderwerpen die zijn geregeld in bijzondere verdragen, zoals het CMR, toepassing van deze verdragen voorschrijft, doch dat dit niet wegneemt dat deze toepassing geen afbreuk mag doen aan de beginselen die aan de justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken binnen de Europese Unie ten grondslag liggen, zoals de in de punten 6, 11, 12, 15 tot en met 17 van de considerans van deze verordening genoemde beginselen van vrij verkeer van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, van voorzienbaarheid van de bevoegde rechterlijke instanties en, bijgevolg, van rechtszekerheid voor de justitiabelen, van een goede rechtsbedeling, van het zo veel mogelijk beperken van parallel lopende procedures en van wederzijds vertrouwen in de rechtsbedeling binnen de Unie (zie reeds aangehaald arrest TNT Express Nederland, punt 49).
37 Artikel 71 van verordening nr. 44/2001 mag geen strekking hebben die in strijd is met de beginselen die ten grondslag liggen aan de wettelijke regeling waartoe dit artikel behoort. Derhalve kan dit artikel niet aldus worden uitgelegd dat een bijzonder verdrag, zoals het CMR, binnen een door deze verordening bestreken gebied, zoals dat van het vervoer van goederen over de weg, tot minder gunstige resultaten kan leiden voor de bewerkstelliging van de goede werking van de interne markt, dan de bepalingen van voornoemde verordening (reeds aangehaald arrest TNT Express Nederland, punt 51).
38 Bijgevolg mogen de relevante bepalingen van het CMR slechts worden toegepast binnen de Unie indien op grond daarvan de doelstellingen van het vrije verkeer van beslissingen in burgerlijke en handelszaken alsmede van het wederzijds vertrouwen in de rechtsbedeling binnen de Unie kunnen worden bereikt onder ten minste even gunstige voorwaarden als die welke voortvloeien uit de toepassing van verordening nr. 44/2001 (zie in die zin reeds aangehaald arrest TNT Express Nederland, punt 55).
39 Bijgevolg dient op de eerste vraag te worden geantwoord dat artikel 71 van verordening nr. 44/2001 aldus moet worden uitgelegd dat het zich ertegen verzet dat een verdrag wordt uitgelegd op een manier die de eerbiediging van de doelstellingen en beginselen die aan deze verordening ten grondslag liggen, niet waarborgt onder ten minste even gunstige voorwaarden als die waarin deze verordening voorziet.”