Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
Review addendum mark-up Albron. Tel. met [naam 2] . Emails.”. [eiser] heeft haar stelling dat deze kosten voor het opstellen van de VSO tussen [eiser] en Albron in het belang van HHH zijn gemaakt namelijk niet onderbouwd. Albron had toen de franchiseovereenkomsten van HHH al opgezegd, waardoor de franchiseovereenkomsten van HHH niet meer aangepast hoefden te worden.
nogeen andere factuur van mr. Janssens ziet, maar [eiser] heeft in het geheel niet onderbouwd over welke factuur dit dan zou gaan en deze factuur ook niet in het geding gebracht. [eiser] heeft ook niet onderbouwd dat de besprekingen die [eiser] en mr. Janssens zonder HHH met Albron hebben gevoerd in het belang van HHH zijn geweest. Ook heeft [eiser] haar stelling dat HHH van deze besprekingen op de hoogte was niet toegelicht en onderbouwd. De rechtbank gaat er daarom van uit dat factuur II alleen voor [eiser] was bestemd en dat HHH hiervan niet de helft aan [eiser] hoeft te betalen.