Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 9 februari 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 31 maart 2023 te Amsterdam opzettelijk brand heeft gesticht. De verdachte, geboren in 1993 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, stak in zijn kamer bij een instelling een rol wc-papier in brand met een aansteker. De rechtbank heeft vastgesteld dat de brand gevaar voor goederen veroorzaakte, maar niet voor levensgevaar of zwaar lichamelijk letsel. De officier van justitie vorderde een veroordeling, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte geen opzet had om gevaar te stichten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte lijdende was aan een psychotische stoornis, waardoor hij niet strafbaar was. De rechtbank heeft de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging en een terbeschikkingstelling (TBS) met dwangverpleging opgelegd, gezien de ernst van het feit en het risico op recidive. De rechtbank volgde de adviezen van deskundigen die de psychische toestand van de verdachte hebben beoordeeld en concludeerden dat hij langdurige behandeling nodig heeft.