Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Amtsgericht Osnabrück, Duitsland (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Amtsgericht Osnabrückop 10 juni 2024 met parketnummer 246 Gs 166/24.
4.Strafbaarheid
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
prosecutorbij
Staatsanwaltschaft Osnabrückheeft op 10 september 2024 ten behoeve van de opgeëiste persoon de volgende garantie gegeven:
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
7.Lopende vervolging in Nederland voor hetzelfde feit
ne bis in idem, zodat de overlevering moet worden geweigerd. Het feit waarvoor de opgeëiste persoon in Nederland wordt vervolgd (explosievenbezit in Nederland) ziet namelijk op hetzelfde feitencomplex als waarvoor de overlevering wordt verzocht (betrokkenheid bij plofkraken in Duitsland), nu volgens het EAB de voor de explosies noodzakelijke pakketten met medeweten van de opgeëiste persoon in de kelderbox zijn opgeslagen en de explosieven bij een doorzoeking in Nederland zijn aangetroffen naar aanleiding van een Europees Onderzoeksbevel dat afkomstig is van Duitsland.
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsartikelen
10.Beslissing
Amtsgericht Osnabrück, Duitsland, voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.