ECLI:NL:RBAMS:2024:7075
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een aanvraag voor een urgentieverklaring op basis van huisvestingsproblemen
In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 20 november 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag om een urgentieverklaring beoordeeld. Eiser, die in Amsterdam woont, had zijn aanvraag ingediend na de afwijzing door het college op 27 juni 2023, omdat hij niet voldeed aan de voorwaarden voor een urgentieverklaring. De rechtbank stelt vast dat eiser zijn gezin uit Marokko heeft laten overkomen zonder te zorgen voor passende woonruimte, wat leidt tot een verwijtbaar huisvestingsprobleem. De rechtbank oordeelt dat het college terecht de aanvraag heeft afgewezen op basis van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 (Hvv). Eiser had aangevoerd dat hij niet wist dat zijn gezin naar Nederland zou komen, maar de rechtbank oordeelt dat de verantwoordelijkheid voor de huisvesting bij eiser ligt. Bovendien wordt het beroep op de hardheidsclausule afgewezen, omdat eiser niet kan aantonen dat er sprake is van een acute levensbedreigende situatie. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is, wat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.