ECLI:NL:RBAMS:2024:6525
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen vastgestelde WOZ-waarde van een historische bovenwoning in Amsterdam
In deze zaak hebben eisers, eigenaren van een historische bovenwoning in Amsterdam, beroep ingesteld tegen de vastgestelde WOZ-waarde door de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam. De WOZ-waarde is vastgesteld op € 598.000,- met als waardepeildatum 1 januari 2022. Eisers zijn van mening dat deze waarde te hoog is en hebben bezwaar gemaakt tegen de beslissing van de heffingsambtenaar. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 17 oktober 2024, waarbij eisers en de heffingsambtenaar, vertegenwoordigd door een taxateur, aanwezig waren.
De rechtbank heeft overwogen dat de heffingsambtenaar voldoende rekening heeft gehouden met de verschillen tussen de woning van eisers en de vergelijkingsobjecten. De rechtbank concludeert dat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. De rechtbank heeft daarbij gekeken naar de vergelijkbaarheid van de woningen, de staat van onderhoud en de ligging nabij trambanen. De rechtbank oordeelt dat de heffingsambtenaar de waarde op een juiste manier heeft bepaald en dat het beroep van eisers ongegrond is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 24 oktober 2024.