Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
Ik ben akkoord met de volgende correctie/verduidelijking. Indien ik binnen een jaar een financieringsakkoord afsluit met een partij die CBRE heeft benaderd, betaal ik de volle courtage aan CBRE.
ALGEMEEN
HONORARIUM EN KOSTEN” in de overeenkomst heeft [gedaagde] met de hand de volgende opmerking geschreven: “
NB bij verkoop binnen 6 weken betaal ik geen courtage.”
Artikel 6: Duur en beëindiging van de Opdracht
Planning & Process” onder meer het volgende:
3.Het geschil
Indien CBRE de markt op is gegaan en de opdrachtgever sluit met huisbankier ABN Amro Bank of de opdrachtgever annuleert dan hebben wij recht op € 50.000,- van de Bemiddelingsvergoeding”. CBRE heeft toegelicht dat [gedaagde] de overeenkomst feitelijk heeft geannuleerd door de verkoop van het Woonhart. Volgens CBRE viel er door die verkoop niets meer te herfinancieren en kon zij ook niet meer voldoen aan de overeenkomst.
4.De beoordeling
Wij[CBRE, toevoeging rechtbank]
streven ernaar de Financiering uiterlijk 1 juni 2023 te realiseren.” (zie hiervoor 2.10). Uit die zin heeft [gedaagde] niet mogen opmaken dat indien de herfinanciering van het Woonhart niet voor 1 juni 2023 of 1 juli 2023 gerealiseerd zou zijn, de overeenkomst dan van rechtswege zou eindigen. Dat volgt niet uit voornoemde zin of de rest van de overeenkomst.
- 25 mei 2023: Transaction Launch
- 6 juni 2023: Indicative offer
- 15 juni 2023: Binding offer
- 25 juni 2023: Transaction Launch
- 30 juni 2023: Closing.
€ 178,00(plus de verhoging zoals in de beslissing vermeld)