ECLI:NL:RBAMS:2024:6186

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
10 oktober 2024
Publicatiedatum
11 oktober 2024
Zaaknummer
KG ZA 24-758
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van het lidmaatschap van Kampeervereniging Muiderberg en recht op toegang tot recreatiepark

In deze zaak vorderen eisers, [eiser 1] en [eiser 2], bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad dat het besluit van het bestuur van Kampeervereniging Muiderberg om hun lidmaatschap te schorsen, wordt geschorst. De eisers stellen dat het schorsingsbesluit niet in overeenstemming is met het huishoudelijk reglement, omdat een briefadres volgens hen als geldig domicilie kan worden beschouwd. De Kampeervereniging heeft hen de toegang tot het recreatiepark ontzegd en hun woning afgesloten van elektriciteit en water, wat hen in een benarde situatie plaatst, vooral gezien de ernstige lekkage in hun recreatiewoning.

Tijdens de mondelinge behandeling op 26 september 2024 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat Kampeervereniging Muiderberg voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij moet toezien op het voorkomen van permanente bewoning op het recreatiepark. Echter, de rechter oordeelt dat de eisers niet permanent op het park wonen en dat het bestuur onduidelijkheid heeft gecreëerd over de acceptatie van een briefadres als bewijs van domicilie. De rechter heeft de vordering van de eisers toegewezen, waarbij het bestuur wordt opgedragen zich te onthouden van maatregelen die het lidmaatschapsrecht van de eisers verhinderen.

De voorzieningenrechter heeft ook de proceskosten aan de zijde van de eisers toegewezen en de dwangsom gematigd. Dit vonnis is uitgesproken op 10 oktober 2024 door mr. E.A. Messer, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/756229 / KG ZA 24-758 EAM/MV
Vonnis in kort geding van 10 oktober 2024
in de zaak van

1.[eiser 1] ,

2.
[eiser 2],
woonplaats gekozen hebbende te [woonplaats] ,
eisers bij dagvaarding van 11 september 2024,
advocaat mr. M.A.M. Euverman te Amsterdam,
tegen
de vereniging
KAMPEERVERENIGING "MUIDERBERG",
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
gemachtigden mr. T Broeders en mr. V. Agema te Kampen.
Partijen zullen hierna [eiser 1] en [eiser 2] en Kampeervereniging Muiderberg worden genoemd.

1.De procedure

Tijdens de mondelinge behandeling van dit kort geding op 26 september 2024 hebben [eiser 1] en [eiser 2] de dagvaarding toegelicht. Kampeervereniging Muiderberg heeft verweer gevoerd.
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Bij de mondelinge behandeling waren – voor zover van belang – aanwezig:
[eiser 1] en [eiser 2] met mr. Euverman;
aan de zijde van Kampeervereniging Muiderberg: [naam 1] (penningmeester) en [naam 2] met mr. Broeders en mr. Agema.
Op de mondelinge behandeling is [naam 3] , voormalig voorzitter van Kampeervereniging Muiderberg, als informant gehoord.
Na verder debat is vonnis bepaald op 10 oktober 2024.

2.De feiten

2.1.
Kampeervereniging Muiderberg exploiteert een park met recreatiewoningen. [eiser 1] en [eiser 2] zijn lid van Kampeervereniging Muiderberg.
2.2.
Kampeervereniging Muiderberg beschikt over statuten en over een huishoudelijk reglement. In artikel 1 van dit reglement staat:

Gewone leden overleggen bij het verkrijgen van het “recht op uitsluitend gebruik”een recent uittreksel bevolkingsregister en/of op verzoek van het bestuur een afschrift van een huur of koopcontract waaruit blijkt dat zij domicilie in Nederland hebben.Gedurende het lidmaatschap met het “recht op uitsluitend gebruik” kan het bestuur bij twijfel een uittreksel bevolkingsregister en/of een afschrift van een huur of koopcontract, waaruit blijkt dat zij een domicilie in Nederland hebben, eisen. Het lid zal dit binnen twee weken verschaffen. (…)
2.3.
Bij brief van 25 april 2024 heeft Kampeervereniging Muiderberg aan [eiser 1] en [eiser 2] medegedeeld dat hun gegevens in de administratie van de vereniging niet volledig zijn onder meer omdat van [eiser 1] en [eiser 2] alleen een briefadres bekend is. In de brief van 25 april 2024 staat verder:

Op grond van artikel 1 van ons huishoudelijk reglement is een lidmaatschap alleen mogelijk voor mensen met een geldige domicilie (woonadres) in Nederland. Wij ontvangen graag uiterlijk 9 mei 2024 van een u een recent uittreksel bevolkingsregister van de gemeente Almere waarop ook hetwoonadresvermeld staat.
2.4.
Bij e-mail van 3 mei 2024 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eiser 1] en [eiser 2] aan Kampeervereniging Muiderberg – kort gezegd – bericht dat een briefadres een ‘domicilie’ is en dat dit reeds in 2023 door het toenmalige bestuur is geaccepteerd. Ook staat in de e-mail dat [eiser 1] en [eiser 2] niet permanent op het recreatiepark wonen.
2.5.
Bij brief van 10 mei 2024 heeft Kampeervereniging Muiderberg aan [eiser 1] en [eiser 2] medegedeeld dat zij nog steeds niet hebben voldaan aan de eis een geldig woonadres te overleggen en dat een briefadres geen ‘domicilie’ is. Ook is [eiser 1] en [eiser 2] verzocht een kopie van het huur- of koopcontract te overleggen van het huis waar zij thans wonen.
2.6.
Bij e-mail van 17 mei 2024 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eiser 1] en [eiser 2] gereageerd op de brief van 10 mei 2024
2.7.
Bij e-mail van 20 juni 2024 heeft de advocaat van [eiser 1] en [eiser 2] aan Kampeervereniging Muiderberg onder meer medegedeeld dat een briefadres wel volstaat en dat het voorgaande bestuur de opgave van een briefadres als domicilie heeft aanvaard.
2.8.
Bij brief van 5 juli 2024 heeft Kampeervereniging Muiderberg aan [eiser 1] en [eiser 2] bericht dat hun lidmaatschap met ingang van 10 juli 2024 wordt geschorst omdat zij niet voldoen aan artikel 1 van het huishoudelijk reglement. [eiser 1] en [eiser 2] is de toegang tot het recreatiepark geweigerd en hun woning is afgesloten van elektriciteit en water. Ook staat in de brief dat het bestuur maatregelen zal nemen om tijdens de algemene ledenvergadering van 19 oktober 2024 aan de leden voor te leggen om [eiser 1] en [eiser 2] te ontzetten uit hun lidmaatschap.

3.Het geschil

3.1.
[eiser 1] en [eiser 2] vorderen bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. het besluit van het bestuur van Kampeervereniging Muiderberg om het lidmaatschap van [eiser 1] en [eiser 2] te schorsen met onmiddellijke ingang te schorsen en Kampeervereniging Muiderberg te gebieden zich binnen twee dagen na betekening van dit vonnis te onthouden van maatregelen die het ongestoord en rustig uitoefenen van het lidmaatschapsrecht door [eiser 1] en [eiser 2] verhinderen, op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag;
II. Kampeervereniging Muiderberg te veroordelen in de proces- en nakosten.
3.2.
[eiser 1] en [eiser 2] stellen hiertoe – samengevat weergegeven – dat het schorsingsbesluit niet in overeenstemming is met het huishoudelijk reglement omdat een briefadres een geldig domicilie is. Verwezen wordt naar artikel 2.39 lid 3 van de Wet Basisregistratie personen. Dit is door het voormalig bestuur erkend. [eiser 1] en [eiser 2] hebben een spoedeisend belang bij toewijzing van hun vordering omdat sprake is van een ernstige lekkage in hun recreatiewoning. Om die lekkage te verhelpen is elektriciteit vereist.
3.3.
Kampeervereniging Muiderberg heeft – samengevat weergegeven – het verweer gevoerd dat zij niet-recreatieve bewoning (ofwel permanente bewoning) moet voorkomen. Sinds jaar en dag vraagt zij daarom aan haar leden om aan te tonen dat zij een vaste woonplaats elders in Nederland hebben. Dit wordt bedoeld met ‘domicilie’ in artikel 1 van het huishoudelijk reglement en dit was [eiser 1] en [eiser 2] genoegzaam bekend bij de start van hun lidmaatschap, onder meer omdat zij hierop uitdrukkelijk zijn gewezen in het kennismakingsgesprek. Artikel 2.39 lid 3 van de Wet Basisregistratie personen is niet van belang. Dat iemand die geen woonadres heeft een briefadres kan kiezen, betekent nog niet dat Kampeervereniging Muiderberg gehouden zou zijn een briefadres als ‘domicilie’ te accepteren. Het gaat erom dat leden
feitelijkover een andere woning moeten beschikken. Verder wordt bestreden dat het voorgaande bestuur het briefadres van [eiser 1] en [eiser 2] heeft geaccepteerd. Mocht dat overigens zo zijn dan zou het huidige bestuur daarvan mogen terugkomen.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Kampeervereniging Muiderberg heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij er op grond van het geldende bestemmingsplan/omgevingsplan op moet toezien dat haar leden niet permanent op het recreatiepark wonen. Om hierop te kunnen toezien staat in artikel 1 van het huishoudelijk reglement – kort gezegd – dat leden moeten aantonen dat zij elders ‘domicilie’ hebben. Dit kan – aldus dit artikel – worden aangetoond aan de hand van een uittreksel uit het bevolkingsregister of aan de hand van een kopie van een koop- of huurcontract.
4.2.
Partijen twisten in dit geval over de vraag of met een officieel briefadres eveneens kan worden aangetoond dat men elders ‘domicilie’ heeft.
4.3.
Aan Kampeervereniging Muiderberg kan worden toegegeven dat de tekst van artikel 1 die mogelijkheid niet biedt. Ook is de definitie van ‘domicilie’
woonplaats en staat wel vast dat [eiser 1] en [eiser 2] niet
wonenop hun briefadres.
4.4.
Daar staat echter het volgende tegenover. De
strekkingvan artikel 1 is het tegengaan van permanente bewoning. Kampeervereniging Muiderberg heeft niet aangetoond of aannemelijk gemaakt dat [eiser 1] en [eiser 2] permanent in hun recreatiewoning wonen. Integendeel, vaststaat dat zij nog over een andere recreatiewoning in Nederland beschikken waar zij regelmatig verblijven. Bovendien hebben [eiser 1] en [eiser 2] onweersproken aangevoerd dat zij elk jaar geruime tijd in het buitenland doorbrengen. Van permanente bewoning is in hun geval dus geen sprake. Daarmee is voldaan aan de strekking van artikel 1 van het huishoudelijk reglement.
4.5.
Daar komt bij dat het vorig bestuur op zijn minst genomen onduidelijkheid heeft laten ontstaan over de vraag of voor [eiser 1] en [eiser 2] het hebben van een briefadres elders voldoende was om aan te tonen dat zij niet permanent op het recreatiepark wonen. Op de mondelinge behandeling van dit kort geding heeft de voormalig voorzitter van het bestuur ( [naam 3] ) verklaard dat [eiser 1] en [eiser 2] indertijd hebben uitgelegd hoe hun situatie was (te weten verkoop van hun woning in Almere en het hebben van een briefadres elders) en dat dit akkoord werd bevonden, in die zin dat zij hiermee voldoende hadden aangetoond dat zij niet permanent op het recreatiepark woonden. Hierdoor is aanvankelijk bij [eiser 1] en [eiser 2] het vertrouwen gewekt dat het wel goed zat.
4.6.
Verder is op de mondelinge behandeling van dit kort geding ter sprake gekomen dat er leden zijn van Kampeervereniging Muiderberg die wel permanent op het recreatiepark wonen, maar in het bevolkingsregister staan ingeschreven bij een familielid. Zij voldoen dan strikt genomen aan de eisen die artikel 1 stelt, maar zij voldoen niet aan de strekking van dat artikel. [eiser 1] en [eiser 2] hebben verklaard niet voor deze oplossing te hebben gekozen omdat het registreren op een adres terwijl de betrokkene daar niet woont niet is toegestaan. Zij hebben naar eigen zeggen gekozen voor het aanvragen van een briefadres omdat dit volgens de gemeente Lelystad wèl is toegestaan. Dit is naar het oordeel van de voorzieningenrechter een te rechtvaardigen keuze.
4.7.
Tot slot is van belang dat Kampeervereniging Muiderberg nimmer heeft gereageerd op de brieven en e-mails van de rechtsbijstandsverzekeraar en de advocaat van [eiser 1] en [eiser 2] , terwijl zij hun wel de toegang tot het park heeft ontzegd en water en elektriciteit heeft afgesloten. In de belangenafweging weegt dit in het nadeel van Kampeervereniging Muiderberg.
4.8.
De slotsom is dat op grond van de onder 4.4 tot en met 4.7 besproken omstandigheden de belangenafweging uitvalt in het voordeel van [eiser 1] en [eiser 2] . De vordering zal dan ook worden toegewezen. [eiser 1] en [eiser 2] hebben hierbij een spoedeisend belang. Dit volgt uit de aard van de zaak (zij moeten toegang kunnen hebben tot hun eigendommen). Verder is niet weersproken dat zij dringende reparaties moeten uitvoeren. Kampeervereniging Muiderberg wordt meegegeven hun huishoudelijk reglement te verduidelijken, bijvoorbeeld door hierin expliciet op te nemen dat een briefadres niet kan dienen als bewijs voor niet-permanente bewoning, maar dat leden wel op andere manieren dan thans genoemd in artikel 1 kunnen aantonen dat zij niet permanent in hun recreatiewoning verblijven.
4.9.
De gevorderde dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd als volgt.
4.10.
Kampeervereniging Muiderberg zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser 1] en [eiser 2] worden tot heden begroot op:
- dagvaarding € 138,82
- griffierecht € 320,00
- salaris advocaat €
1.107,00
Totaal € 1.565,82

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
schorst het besluit van het bestuur van Kampeervereniging Muiderberg om het lidmaatschap van [eiser 1] en [eiser 2] te schorsen met onmiddellijke ingang en gebiedt Kampeervereniging Muiderberg zich binnen twee werkdagen na betekening van dit vonnis te onthouden van maatregelen die het ongestoord en rustig uitoefenen van het lidmaatschapsrecht door [eiser 1] en [eiser 2] verhinderen, op straffe van een dwangsom van € 100,- per dag, met een maximum van € 10.000,-,
5.2.
veroordeelt Kampeervereniging Muiderberg in de proceskosten, aan de zijde van [eiser 1] en [eiser 2] tot op heden begroot op € 1.565,82,
5.3.
veroordeelt Kampeervereniging Muiderberg in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 178,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 92,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van dit vonnis,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A. Messer, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. M. Veraart, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 10 oktober 2024. [1]

Voetnoten

1.type: MV