Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer vordering tul: 16.162555.21
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
4.Bewezenverklaring
5.Strafbaarheid van het feit
6.Strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straf en maatregel
[naam 4]vordert € 1.250,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente.
[naam 3]vordert € 6.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente.
[naam 1]vordert € 4.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente.
[naam 2]vordert € 6.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente.
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
20 maanden.
6 (zes) maanden, van deze gevangenisstraf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
[naam 4]toe tot een bedrag van
€ 1.250,-(twaalfhonderd en vijftig euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening.
€ 2.500,-(tweeduizend en vijfhonderd euro) te betalen, behalve voor zover dit bedrag al door of namens een ander of anderen is betaald, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van maximaal 35 dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
[naam 3]toe tot een bedrag van
€ 2.500,-(tweeduizend en vijfhonderd euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening.
[naam 1]toe tot een bedrag van
€ 2.500,-(tweeduizend en vijfhonderd euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening.
[naam 2]toe tot een bedrag van
€ 2.500,-(tweeduizend en vijfhonderd euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening.
gevangenisstraf van 6 (zes) maanden.