Op 19 september 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de rechtbank voor strafzaken in Barcelona, Spanje. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Marokko, die momenteel gedetineerd is in Nederland. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie tot behandeling van het EAB goedgekeurd, na een zitting op 5 september 2024 waarbij de opgeëiste persoon aanwezig was, bijgestaan door zijn raadsman en een tolk. De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon de juiste persoonsgegevens heeft opgegeven en dat er geen weigeringsgronden zijn die de overlevering in de weg staan.
De rechtbank heeft de inhoud van het EAB en de bijbehorende documenten beoordeeld, waaronder een onherroepelijk vonnis van de rechtbank in Barcelona. De opgeëiste persoon is veroordeeld tot een vrijheidsstraf van twintig maanden en tien dagen, waarvan nog 171 dagen resteren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht, ook onder Nederlands recht strafbaar zijn, en dat er geen objectieve gegevens zijn die erop wijzen dat de Spaanse autoriteiten onvoldoende bescherming bieden tegen geweld in de gevangenis.
Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten de overlevering toe te staan, omdat aan alle wettelijke eisen is voldaan en er geen belemmeringen zijn voor de uitvoering van het EAB. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze beslissing, conform de Overleveringswet.