In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, heeft eiseres een kort geding aangespannen tegen gedaagden, naar aanleiding van problemen met een tweedehands auto (Jaguar E-Pace) die zij in 2021 had aangeschaft. Eiseres vorderde onder meer een schadevergoeding en ontbinding van de koopovereenkomst, omdat zij stelde dat de auto non-conform was. De procedure begon met dagvaardingen op 18 juni 2024, gevolgd door een mondelinge behandeling op 19 augustus 2024. Tijdens de behandeling werd duidelijk dat de auto meerdere keren naar de garage was geweest voor reparaties, maar eiseres was van mening dat de problemen niet adequaat waren opgelost. De kantonrechter oordeelde dat eiseres onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de auto niet voldeed aan de overeenkomst. De rechter wees de vorderingen van eiseres af, onder verwijzing naar de wettelijke bepalingen omtrent non-conformiteit en de omstandigheden van de zaak. Eiseres werd veroordeeld in de proceskosten van gedaagden, die afzonderlijk werden begroot. Het vonnis werd uitgesproken op 16 september 2024.