Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.[eiser 1] ,
2.
[eiser 2],
1.De procedure
2.De feiten
‘het werk is niet volledig en deels op onjuiste wijze voltooid’en heeft vervolgens tien onderdelen of werkzaamheden genoemd die niet in orde zijn.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 21 augustus 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eisers] en Aannemersbedrijf Amsterdam B.V. [eisers] heeft Aannemersbedrijf Amsterdam aangeklaagd wegens tekortkomingen in de nakoming van de aannemingsovereenkomst voor de verbouwing van zijn woning. De overeenkomst was oorspronkelijk voor een bedrag van € 180.000, inclusief btw, maar Aannemersbedrijf Amsterdam heeft later extra kosten in rekening gebracht, wat leidde tot een totaalbedrag van € 219.190,34 dat [eisers] heeft betaald. [eisers] vorderde een verklaring voor recht dat Aannemersbedrijf Amsterdam toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst en eiste een schadevergoeding van € 134.033,95 voor herstelkosten en geleden schade.
De rechtbank oordeelde dat Aannemersbedrijf Amsterdam inderdaad tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst, omdat niet alle overeengekomen werkzaamheden zijn uitgevoerd. De rechtbank wees de vordering van [eisers] tot schadevergoeding toe, maar verwierp de vordering tot vergoeding van herstelkosten, omdat deze niet op het proces-verbaal van oplevering stonden vermeld. De rechtbank oordeelde ook dat er geen sprake was van misbruik van omstandigheden, omdat niet was aangetoond dat Aannemersbedrijf Amsterdam op de hoogte was van de kwetsbare financiële situatie van [eisers].
In reconventie vorderde Aannemersbedrijf Amsterdam betaling van openstaande facturen, maar deze vordering werd afgewezen. De rechtbank veroordeelde Aannemersbedrijf Amsterdam tot betaling van de proceskosten en de wettelijke rente. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden van aannemers in overeenkomsten met consumenten en de bescherming die consumenten genieten tegen onredelijke contractvoorwaarden.