ECLI:NL:RBAMS:2024:5106

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
13 augustus 2024
Publicatiedatum
15 augustus 2024
Zaaknummer
13/164379-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Europees strafrecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor overlevering op basis van Europees aanhoudingsbevel met betrekking tot verkrachting

Op 13 augustus 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door het Amtsgericht Osnabrück in Duitsland. De zaak betreft de overlevering van een verdachte, geboren in 1987, die in Nederland gedetineerd is. De rechtbank heeft de behandeling van het EAB op verschillende zittingen besproken, waarbij de verdachte en zijn raadsvrouw niet altijd aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de Nederlandse nationaliteit heeft en dat er voldoende waarborgen zijn voor de tenuitvoerlegging van een eventuele straf in Nederland.

De officier van justitie heeft op 17 mei 2024 een vordering ingediend tot behandeling van het EAB, dat is uitgevaardigd op 16 mei 2024. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak verlengd en de gevangenhouding bevolen. De raadsvrouw heeft betoogd dat de terugkeergarantie niet voldoende is, maar de rechtbank oordeelt dat de garantie wel degelijk voldoet aan de eisen van het Kaderbesluit. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering en heeft deze toegestaan.

De rechtbank heeft de relevante artikelen van de Overleveringswet (OLW) toegepast en vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van artikel 2 OLW. De beslissing om de overlevering toe te staan is openbaar uitgesproken, en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/164379-24
Datum uitspraak: 13 augustus 2024
UITSPRAAK
op de vordering van 17 mei 2024 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 16 mei 2024 door het
Amtsgericht Osnabrück, Duitsland (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedag] 1987,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[BRP adres] ,
gedetineerd in [detentieplaats] ,
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 11 juli 2024, in aanwezigheid van mr. S.J. Wirken, officier van justitie. De opgeëiste persoon en zijn raadsvrouw, mr. S.W. Kuijpers, advocaat in Hoofddorp zijn niet verschenen, omdat de zaak op voorhand is aangehouden omdat er nog geen duidelijkheid is over een mogelijke overdracht van de strafvervolging aan Nederland.
De behandeling van het EAB is voortgezet op de zitting van 31 juli 2024, in aanwezigheid van mr. K. van der Schaft, officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.W. Kuijpers, advocaat in Hoofddorp.
De rechtbank heeft de termijn waarbinnen zij op grond van de Overleveringswet (OLW) uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen verlengd. [2]
Tevens heeft de rechtbank voor sluiting van het onderzoek ter zitting de gevangenhouding bevolen.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

Ter zitting heeft de opgeëiste persoon verklaard dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat hij de Nederlandse nationaliteit heeft.

3.Grondslag en inhoud van het EAB

Het EAB vermeldt een arrestatiebevel ten behoeve van voorarrest, uitgevaardigd door het
Amtsgericht Osnabrückop 16 mei 2024 (246 Gs 142/24).
De uitvaardigende justitiële autoriteit verzoekt de overlevering vanwege het vermoeden dat de opgeëiste persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een naar Duits recht strafbaar feit. Dit feit is omschreven in het EAB. [3]

4.Strafbaarheid; feit vermeld op bijlage 1 bij de OLW

De uitvaardigende justitiële autoriteit wijst het strafbare feit aan als een zogenoemd lijstfeit, dat in Nederland in de lijst van bijlage 1 bij de OLW staan vermeld. Het feit valt op deze lijst onder nummer 27, te weten:
verkrachting.
Uit het EAB volgt dat op dit feit naar het recht van Duitsland een vrijheidsstraf met een maximum van ten minste drie jaren is gesteld.
Dit betekent dat een onderzoek naar de dubbele strafbaarheid van het feit waarvoor de overlevering wordt verzocht, achterwege moet blijven.

5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW

De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de terugkeergarantie niet genoegzaam is. In de gegeven terugkeergarantie staat namelijk dat deze alleen geldt wanneer de opgeëiste persoon tot een gevangenisstraf (“prison sentence”) is veroordeeld. Dit is niet conform het Kaderbesluit, omdat een terugkeergarantie ook dient te gelden voor een vrijheidsbenemende maatregel waartoe de opgeëiste persoon mogelijk veroordeeld kan worden. De overlevering moet reeds daarom worden geweigerd.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de terugkeergarantie wel genoegzaam is, gelet op de verwijzing naar het Kaderbesluit in de terugkeergarantie.
De rechtbank overweegt als volgt.
De opgeëiste persoon heeft de Nederlandse nationaliteit. De rechtbank stelt vast dat de opgeëiste persoon daarnaast zodanige banden heeft met Nederland, dat de tenuitvoerlegging van een eventueel na overlevering opgelegde straf, uit het oogpunt van sociale re-integratie beter in Nederland kan plaatsvinden dan in de uitvaardigende lidstaat. Zijn overlevering kan daarom worden toegestaan, wanneer is gewaarborgd dat de opgeëiste persoon, in geval van veroordeling in de uitvaardigende lidstaat tot een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf na overlevering, deze straf in Nederland mag ondergaan.
De
Public Prosecutorte Osnabrück heeft op 24 juli 2024 de volgende garantie gegeven:
Extradition of the Dutch national [verdachte] , born on [geboortedag] 1987
(…)
I hereby assure you that should the prosecuted person receive a non-appealable and non-suspended prison sentence after he has been extradited from the Netherlands, he shall be transferred to the Netherlands so that the prison sentence can be served there pursuant to the COUNCIL FRAMEWORK DECISION 2008/909/JHA of 27 November 2008 on the application of the principle of mutual recognition of judgements in criminal matters imposing custodial sentences or measures involving deprivation of liberty on the purpose or their enforcement in the European Union.
In de terugkeergarantie staat aldus de toezegging aan de opgeëiste persoon dat hij wordt teruggeleverd, conform het genoemde Kaderbesluit. Dit Kaderbesluit ziet op zowel de overname van vrijheidsstraffen als van tot vrijheidsbeneming strekkende maatregelen. Op grond hiervan is de rechtbank dan ook van oordeel dat uit de tekst van vorengenoemde terugkeergarantie voldoende blijkt dat deze ook geldt voor vrijheidsbenemende maatregelen en zodoende genoegzaam is. Naar het oordeel van de rechtbank is de hiervoor vermelde garantie dus voldoende. Het verweer wordt verworpen.

6.Slotsom

De rechtbank stelt vast dat het EAB voldoet aan de eisen van artikel 2 OLW. Verder staan geen weigeringsgronden aan de overlevering in de weg en is geen sprake van een geval waarin aan het EAB geen gevolg mag worden gegeven. Om die reden staat de rechtbank de overlevering toe.

7.Toepasselijke wetsartikelen

De artikelen 2, 5, 6 en 7 OLW.

8.Beslissing

STAAT TOEde overlevering van
[verdachte]aan het
Amtsgericht Osnabrück(Duitsland) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. R.A. Sipkens, voorzitter,
mrs. B.M. Vroom-Cramer en A. Pahladsingh, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C.W. van der Hoek, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 13 augustus 2024.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.
2.Zie artikel 22, eerste en derde lid, OLW.
3.Zie onderdeel e) van het EAB.