Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
zienvan de hond, dat was ook zichtbaar en merkbaar voor [gedaagde] , hij gaf haar vervolgens de instructie om stil te blijven staan en de hond niet aan te kijken, maar [eiser] volgde deze instructies niet op. Zij keek de hond wel aan, raakte toen al verlamd van angst, bleef niet stilstaan maar liep naar achter, riep meermaals “haal hem bij mij weg” en weerde de hond af met de rugtas die zij bij zich had. Volgens eigen zeggen bij de politie verloor zij door de angst het gevoel in haar benen en viel zij daardoor op de grond (zie 2.2, 2.4 en 2.5). [eiser] heeft niet toegelicht dat in dit geval het ‘het afweren van de hond met de rugtas’ iets anders was dan het (volgens [gedaagde] ) ‘gooien van de rugtas naar de hond’ en zij heeft, tot slot, niet weersproken dat zij in het verleden is gebeten door een herdershond en daaruit angst voor honden heeft ontwikkeld.
- € 314,00 aan griffierecht
- € 1.228,00 aan salaris advocaat (twee punten × tarief II, € 614)
- € 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)