ECLI:NL:RBAMS:2024:4502

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
11 april 2024
Publicatiedatum
23 juli 2024
Zaaknummer
748411 / FA RK 24 2017
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 11 april 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank behandelde het verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van verplichte zorg aan een betrokkene, geboren in 1983, die lijdt aan een psychische stoornis in de vorm van schizofrenie. De advocaat van de betrokkene, mr. C.J. Nierop, voerde aan dat er onvoldoende bewijs was voor levensgevaar en dat de zorgmachtiging niet voldoende onderbouwd was. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 april 2024 was de betrokkene niet aanwezig, maar zijn advocaat was gemachtigd om namens hem op te treden.

De rechtbank oordeelde dat de betrokkene ernstig nadeel ondervond door zijn psychische stoornis, wat leidde tot levensgevaar en agressief gedrag. De rechtbank concludeerde dat verplichte zorg noodzakelijk was, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor een periode van 12 maanden, met specifieke maatregelen zoals het toedienen van medicatie, medische controles, en beperkingen in de bewegingsvrijheid. De rechtbank oordeelde dat de verplichte zorg evenredig en effectief was, en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M.J.M. Marseille en is op 12 april 2024 schriftelijk uitgewerkt.

Uitspraak

beschikking
667748 / FA RK 19.3587
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/748411 FA RK 24-20217
kenmerk: ZM/IND/130666
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 11 april 2024van de rechtbank Amsterdam naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene]
,
geboren [geboortedatum] 1983 in [geboorteplaats] ,
wonende [adres 1] ,
verblijvende te [adres 2] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. C.J. Nierop.

1.Procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 26 maart 2024.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 11 april 2024, in het gebouw van de rechtbank Amsterdam, Parnassusweg 280.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- bovengenoemde advocaat;
- case-manager, [naam] .
Omdat de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig acht, is hij niet ter zitting verschenen
.
De advocaat deelt mee dat betrokkene niet komt omdat hij niet bij de mondelinge behandeling aanwezig wil zijn. De advocaat heeft wel contact met betrokkene gehad en voelt zich gemachtigd om namens hem een standpunt in te nemen. De rechtbank zal de behandeling daarom buiten aanwezigheid van betrokkene voortzetten.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofrenie.
2.2.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in
:
• levensgevaar;
• ernstig lichamelijk letsel;
• ernstige psychische schade;
• ernstige immateriële schade;
• maatschappelijke teloorgang;
• de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept.
2.3.
De advocaat heeft een beroep gedaan op wilsbekwaam verzet, zonder te specificeren tegen welke vorm van zorg zich dit richt. De advocaat voert aan dat in de zorgmachtiging onvoldoende concreet onderbouwd is dat er sprake is van levensgevaar dan wel dat er een aanzienlijk risico voor anderen is. Naar het oordeel van de rechtbank is in de medische verklaring door de psychiater voldoende uiteengezet dat betrokkene in het verleden meermaals agressief is geweest naar anderen ten tijde van een psychose en dat betrokkene tijdens een psychose erg geladen en prikkelbaar zijn, wat kan resulteren in verbale en fysieke agressie naar anderen en tot levensgevaar en/of lichamelijke schade bij anderen. De rechtbank zal het beroep op wilsbekwaam verzet dan ook niet honoreren.
2.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen of de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Anders dan de advocaat is de rechtbank van oordeel dat er op dit moment onvoldoende vertrouwen is in de consistentie van de bereidheid van betrokkene tot behandeling en het nemen van medicatie. Betrokkene is ambivalent ten opzichte van medicatie. Medicatie wil hij in tabletvorm en niet meer in depotvorm, terwijl het depot een goed effect heeft. De case-manager heeft tijdens de zitting hierover toegelicht dat het feit dat betrokkene geen actief verzet pleegt niet betekent dat hij meewerkt aan zijn behandeling.
2.6.
Om die reden is verplichte zorg nodig. Van de in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg, die zijn gebaseerd op het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk:
  • toedienen van medicatie voor de duur van 12 maanden;
  • het verrichten van medische controles voor de duur van 12 maanden
  • beperken van de bewegingsvrijheid voor de duur van 12 maanden, telkens voor maximaal 3 maanden per toepassing;
  • insluiten voor de duur van 12 maanden, telkens voor maximaal 3 dagen per toepassing;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene voor de duur van 12 maanden, telkens voor maximaal 3 dagen per toepassing;
  • onderzoek aan kleding of lichaam voor de duur van 12 maanden;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen voor de duur van 12 maanden;
  • controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen voor de duur van 12 maanden;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen voor de duur van 12 maanden;
  • opnemen in een accommodatie voor de duur van 12 maanden, telkens voor maximaal 3 maanden per toepassing.
2.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.8.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.9.
Hetgeen verder namens betrokkene als verweer is aangevoerd doet aan het voorgaande niet af.
2.10.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de (verzochte) duur van 12 maanden.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene] , geboren [geboortedatum] 1983 in [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de in rechtsoverweging 2.6 genoemde maatregelen kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 11 april 2025;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 11 april 2024 mondeling gegeven door mr. M.J.M. Marseille, rechter, en in het openbaar uitgesproken, bijgestaan door M.E. Langewisch, als griffier en op 12 april 2024 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.