ECLI:NL:RBAMS:2024:4483

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 juli 2024
Publicatiedatum
23 juli 2024
Zaaknummer
13-153695-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Europees strafrecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking Europees Aanhoudingsbevel en niet-ontvankelijkheid officier van justitie

Op 23 juli 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees Aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door het Amtsgericht Duisburg, Duitsland, op 25 april 2024. De zaak werd behandeld in het kader van de Overleveringswet (OLW). De officier van justitie, mr. A.L. Wagenaar, had op 21 mei 2024 een vordering ingediend tot het in behandeling nemen van het EAB. Tijdens de zitting op 9 juli 2024 was de opgeëiste persoon aanwezig, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.T.M. Eijsbouts, en raadsman, mr. T. Nieuwburg. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak met 30 dagen verlengd en de behandeling van de zaak op 23 juli 2024 heropend en gesloten.

Tijdens de zitting op 23 juli 2024 werd duidelijk dat de uitvaardigende justitiële autoriteit op 9 juli 2024 per e-mail had meegedeeld dat het EAB was ingetrokken. De officier van justitie heeft daarop gevorderd dat zij niet-ontvankelijk werd verklaard in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB. De rechtbank heeft deze vordering gehonoreerd en verklaard dat de officier van justitie niet-ontvankelijk is, omdat het EAB inmiddels was ingetrokken. Tevens werd vastgesteld dat het geschorste bevel tot overleveringsdetentie was beëindigd. De uitspraak werd gedaan door mr. M. van Mourik, voorzitter, en mrs. E. Bicer en C.M. Delstra, rechters, in aanwezigheid van griffier mr. E.A. Harland. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, conform artikel 29, tweede lid, OLW.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13-153695-24
Datum uitspraak: 23 juli 2024
UITSPRAAK
op de vordering van 21 mei 2024 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 25 april 2024 door het
Amtsgericht(Kantongerecht) Duisburg, Duitsland (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedag] 2003,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[BRP-adres] ,
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De behandeling van het EAB heeft eerst plaatsgevonden op de zitting van 9 juli 2024, in aanwezigheid van mr. A.L. Wagenaar, officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en is bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.T.M. Eijsbouts en zijn raadsman, mr. T. Nieuwburg, advocaten in Amsterdam.
De rechtbank heeft de termijn waarbinnen zij op grond van de Overleveringswet (OLW) uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen verlengd. [2]
De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
De rechtbank heeft op de zitting van 23 juli 2024 de behandeling van de zaak – met toestemming van partijen enkelvoudig – heropend en gesloten. De rechtbank heeft vervolgens direct uitspraak gedaan.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

Ter zitting heeft de opgeëiste persoon verklaard dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat hij de Nederlandse nationaliteit heeft.

3.Ontvankelijkheid officier van justitie

De uitvaardigende justitiële autoriteit heeft per e-mail van 9 juli 2024 meegedeeld dat het EAB is ingetrokken. De officier van justitie heeft daarom gevorderd dat zij niet-ontvankelijk wordt verklaard.
De rechtbank is met de officier van justitie van oordeel dat zij niet kan worden ontvangen in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB, omdat het EAB inmiddels is ingetrokken.

4.Beslissing

Verklaartde officier van justitie niet-ontvankelijk in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB;
Stelt vastdat het – geschorste – bevel overleveringsdetentie is beëindigd.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. M. van Mourik, voorzitter,
mrs. E. Bicer en C.M. Delstra, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. E.A. Harland, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 23 juli 2023.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.
2.Zie artikel 22, eerste en derde lid, OLW.