"Op 11 april 2024 heeft de politie de woning op het adres aan [adres 3] doorzocht. Uit politie-informatie en politieobservatie blijkt dat de woning als uitvalsbasis wordt gebruikt voor de handel in verdovende middelen. Uit observaties van politie is gebleken dat twee personen, die later in de woning zijn aangetroffen, in de nabijheid van de woning hun klanten voorzagen van verdovende middelen. Bij de aanhouding van een van de verdachten is eveneens drugs aangetroffen.
In de woning is het volgende aangetroffen:
• 3 losse wikkels met wit poeder (in een koffer);
• 4 wikkels met wit poeder (in een koffer);
• 495 euro (in dezelfde koffer);
• 4x gripzakje met MDMA;
• 1x zakje met wit poeder;
• 1x zakje met kristalvormig poeder;
• 1x zakje met verschillende soorten poeder;
• 2x boterhamzakje met roze pillen en brokken daarvan;
• 1 x grotere zak met roze poeder;
• 1 x gripzakje met groenachtig poeder;
• Veel lege gripzakjes sommige blauw en andere groen van kleur met Pablo Escobar opdruk;
• Precisie weegschaaltje;
• 2 zeven met restanten van roze poeder en verschil/ende versnijdingsmiddelen;
• zakje met verschillende soorten poeder en een zakje met 5 roze pillen;
• 2 volle wikkels in een Mentos potje en een gripzakje met grijs kristal in een Mentos potje;
• 2 gripzakjes met grijs kristal, zakje met een groot brok kristal en een gripzakje met kristalpoeder in een etui;
• groene gripzakjes;
• 28 doorzichtige gripzakjes met roze poeder.
Een deel van de goederen zijn door politie getest als zijnde cocaïne (4,4 gram), MDMA (91,95 gram) en 2C-B (84 tabletten). Deze drugs staan op lijst I van de Opiumwet.
Op het adres staan geen personen ingeschreven, maar uit de politierapportage blijkt dat mevrouw [gedaagde 1] in verband met een verbouwing in haar woning gelegen aan [adres 1] , door de verhuurder tijdelijk op dit adres is ondergebracht. Uit politieonderzoek blijkt ook dat de woning feitelijk wordt bewoond. Tijdens de doorzoeking zijn drie personen in de woning aangetroffen.
Voornemen besluit tot sluiting woning
Op grond van artikel 13b Opiumwet en het beleid voor het sluiten van woningen en panden heeft de burgemeester de bevoegdheid om bij dit soort overtredingen een woning voor de duur van drie maanden te sluiten. Met een sluiting wil zij de openbare ordeverstoring rondom de woning herstellen en het signaal afgeven dat criminele activiteiten vanuit de woning met gevaar voor de omgeving niet worden getolereerd. Voor meer informatie verwijs ik u naar het sluitingenbeleid op www.amsterdam.nl/sluitingen.
Verzoek om uw zienswijze
Gelet op het bovenstaande is de burgemeester voornemens om de woning aan [adres 3] voor de duur van drie maanden te sluiten. Voordat de burgemeester een definitief besluit neemt, stellen wij u als vertegenwoordiger van de pandeigenaar in de gelegenheid om een reactie te geven op het voornemen om de woning te sluiten. Kunt u ook antwoord geven op de vraag of er al zicht is op wanneer de tijdelijke bewoner, [gedaagde 1] , kan terugkeren naar haar eigen woning?
(…)”