Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Ivan dit vonnis en geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Bewezenverklaring
6.Bewijs
7.Strafbaarheid van de feiten
8.Strafbaarheid van verdachte
9.Motivering van de straffen
Raadconstateert meerdere risicofactoren voor de kans op herhaling. De risicofactoren worden vooral gezien binnen de domeinen school, vrijetijdsbesteding, relatie, houding, agressie en vaardigheden. Ook zijn er zorgen over een deel van zijn sociale contacten en de houding van verdachte ten opzichte van de onderhavige feiten. Bij verdachte is sprake van ADHD. Hij is gestopt met zijn medicatie hiervoor en dat heeft een negatief effect op zijn gedrag. Geadviseerd wordt wegens het hoge recidiverisico om een deels voorwaardelijke werkstraf op te leggen met toezicht vanuit de jeugdreclassering. Het voorwaardelijke deel moet een stok achter de deur zijn. Gezien de aard en ernst van de feiten is een jeugddetentie overwogen, maar verdachte is al in bewaring gesteld en hij is
first offender. Het is vooral van belang dat hij de juiste hulp krijgt om herhaling te voorkomen. Jeugddetentie is gezien zijn cognitief functioneren en beïnvloedbaarheid niet wenselijk. De Raad wil voorkomen dat verdachte binnen de JJI een crimineel netwerk zal opbouwen en daardoor juist op het slechte pad zal belanden. In het kader van de Toezicht en Begeleiding moet de begeleiding door de coach van Come On en de behandeling van De Waag worden voortgezet waarbij ook aandacht is voor een gezinsinterventie. Ook moeten als bijzondere voorwaarden worden opgenomen dat verdachte zijn voorgeschreven medicatie zal gebruiken volgens de voorschriften, dat verdachte meewerkt aan het hebben van dagbesteding en dat hij meewerkt aan de invulling van een positieve vrijetijdsbesteding. Ter zitting is aanvullend geadviseerd om als voorwaarden op te nemen dat verdachte zal meewerken aan begeleid wonen en aan hulpverlening indien dit door de jeugdreclassering noodzakelijk wordt geacht. Verdachte is gebaat bij een kleinschalige en niet forensische woonvoorziening.
jeugdreclasseringheeft zich aangesloten bij het advies van de Raad. Verdachte heeft veel zorg en aandacht nodig. De dagbesteding moet zich richten op het hebben van beschut werk. Hij is goed in contact met de jeugdreclassering en met zijn coach, en komt de afspraken altijd na. Gebleken is dat verdachte een verstoord dag- en nachtritme heeft. Hij is weinig gemotiveerd en heeft nauwelijks succeservaringen. Positief is dat hij niet gerecidiveerd is. Een begeleid wonen plek met veel kaders zou goed voor hem zijn. Belangrijk daarbij is dat het geen forensische plek is. Wat betreft de verplichting van medicatie is de jeugdreclassering van mening dat het niet nemen van de medicatie verdachte problemen oplevert. Met een neuroloog en De Waag zijn er afspraken gemaakt over zijn medicatiegebruik en onlangs is er nieuwe medicatie voorgeschreven. Hoewel het traject bij De Waag positief is afgerond, wordt de voorwaarde voor behandeling toch geadviseerd . Tot slot heeft de jeugdreclassering opgemerkt dat het opleggen van een contactverbod met de medeverdachten nog steeds wenselijk is.
coachheeft naar voren gebracht dat hij verdachte voor al zijn afspraken ophaalt om ervoor te zorgen dat hij ook daadwerkelijk aankomt. Zijn behandeling bij De Waag heeft hij positief afgerond.
10.Benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
[slachtoffer] ,wettelijk vertegenwoordigd door [persoon 4], vordert € 115,00 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente.
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
105 (vijfentachtig) dagen.
60 (zestig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten wegens niet nakoming van de na te noemen voorwaarden.
2 (twee) jarenonder de voorwaarden dat de veroordeelde:
¸geboren op [geboortedag 5] 2007 en [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag 6] 2007.
de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclasseringtot het houden van toezicht op de naleving van voormelde voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
50 (vijftig) uren.
25 (vijfentwintig) dagen.