ECLI:NL:RBAMS:2024:3472
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaren tegen naheffingsaanslagen parkeerbelasting ongegrond verklaard; onvoldoende gemotiveerd beroepschrift
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 13 juni 2024 uitspraak gedaan in een beroepschrift van eiseres, die bezwaar had aangetekend tegen twee naheffingsaanslagen parkeerbelasting. De rechtbank ontving het beroepschrift op 19 januari 2024, gericht tegen twee uitspraken op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, beide gedateerd op 19 december 2023. Eiseres had in haar beroepschrift geen gronden vermeld en verzocht om een termijn van acht weken voor het indienen van de gronden. De griffier heeft eiseres op 30 januari 2024 verzocht om de gronden binnen vier weken in te dienen, maar eiseres vroeg om uitstel, wat op 1 maart 2024 werd afgewezen omdat de opgegeven reden geen uitzonderlijke omstandigheid vormde. Eiseres heeft vervolgens op 15 mei 2024 een laatste termijn van één week gekregen om de gronden in te dienen, maar heeft dit niet gedaan. De rechtbank heeft geoordeeld dat de loutere verwijzing naar algemene beginselen van behoorlijk bestuur en het ontbreken van een gemotiveerd standpunt over de proceskostenvergoeding onvoldoende zijn om het beroepschrift te onderbouwen. Hierdoor heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard, zonder inhoudelijke beoordeling. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.