Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the District Court of Legnica - III Criminal Department,Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
the Regional Court of Lubin(Polen) van 23 maart 2015, referentie: II K 88/15.
the Regional Court of Lubin(II K 88/15) veroordeeld tot een voorwaardelijke vrijheidsstraf van 1 jaar en 4 maanden. De opgeëiste persoon is niet in persoon verschenen bij het proces dat tot die beslissing heeft geleid. Het vonnis is - kort gezegd - gewezen zonder dat zich één van de in artikel 12, sub a tot en met c, OLW genoemde omstandigheden heeft voorgedaan en evenmin is een garantie als bedoeld in artikel 12, sub d, OLW verstrekt.
the Regional Court of Lubinvan 9 maart 2017 (II Ko 126/17) de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke vrijheidsstraf van 1 jaar en 4 maanden bevolen.
- vonnis van
- vonnis van
- vonnis van
triggerendefeit) die ten grondslag ligt/liggen aan de beslissing tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf ook onderworpen dient/dienen te worden aan de toets van artikel 12 OLW.
without participation of the parties”. Hieruit leidt de rechtbank af dat de procedures achter gesloten deuren hebben plaatsgevonden, waarbij partijen niet aanwezig kónden zijn en waarvoor de opgeëiste persoon dus ook geen oproep heeft ontvangen. Vervolgens zijn de beslissingen, met de instructie over de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen, verzonden naar het verblijfs- en correspondentieadres dat de opgeëiste persoon tijdens het voorbereidend onderzoek in deze zaken had opgegeven. De stukken zijn daar door zijn moeder in ontvangst genomen. Er is geen hoger beroep ingesteld.
4.Strafbaarheid: feiten waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
5.Slotsom
6.Toepasselijke wetsbepalingen
7.Beslissing
[opgeëiste persoon] ,aan
the District Court of Legnica - III Criminal Department(Polen) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.