Uitspraak
1.[eiser] ,
[eiseres],
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 16 mei 2024, hebben de huurders, aangeduid als [eisers], een kort geding aangespannen tegen hun verhuurder, [gedaagde]. De huurders hebben vorderingen ingediend omdat zij herhaaldelijk geconfronteerd zijn met een geblokkeerde toegangsdeur tot hun woning en afgesloten energie- en watervoorzieningen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de verhuurder verplicht is om het gehuurde en de energievoorzieningen aan de huurders ter beschikking te stellen. Tevens is de verhuurder veroordeeld om de kosten voor het openbreken van het geblokkeerde slot te vergoeden. De maandelijkse huur is voorlopig vastgesteld op € 910,00, met een voorschot van € 300,00 voor nutsvoorzieningen.
De procedure begon met een dagvaarding op 19 april 2024, gevolgd door een mondelinge behandeling op 8 mei 2024. Tijdens deze zitting zijn de huurders vertegenwoordigd door hun gemachtigde, mr. K.E. van Lotringen, en mr. A.R. Pagano Mirani heeft het woord gevoerd. De verhuurder, vertegenwoordigd door mr. R.H. Bouwman, was aanwezig, maar de gedaagde zelf was niet ter zitting. De huurders hebben hun eis gewijzigd en na verder debat is vonnis gevraagd.
De rechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een huurovereenkomst, ondanks het ontbreken van een schriftelijke overeenkomst. De huurders hebben sinds hun intrek in de woning een huurprijs van € 850,00 per maand betaald, met bijkomende kosten. De verhuurder heeft echter meerdere huurprijsverhogingen aangekondigd, wat door de huurders is betwist. De rechter heeft geoordeeld dat de huurverhoging naar € 1.300,00 per maand niet gerechtvaardigd is en heeft de huur voorlopig vastgesteld op € 910,00. De rechter heeft ook de vorderingen van de huurders toegewezen, waaronder het verplicht stellen van de verhuurder om een rekeningnummer bekend te maken voor huurbetalingen en toegang te verlenen tot de brievenbus en meterkast.