In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 17 april 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Eiser, woonachtig in Amsterdam, had een beroepschrift ingediend tegen een uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam. Dit beroepschrift werd echter ingediend terwijl eiser onder een contactbeperking viel, opgelegd door het gerechtsbestuur. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep niet op de juiste wijze was ingesteld, aangezien eiser tijdens de contactbeperking in strijd met de opgelegde regels digitaal beroep had ingesteld. Hierdoor was het beroep niet-ontvankelijk. Eiser had eerder bezwaar gemaakt tegen de contactbeperking, maar de rechtbank oordeelde dat zij niet bevoegd was om hierover te oordelen. De rechtbank heeft de mogelijkheid voor eiser om zijn bezwaren voor te leggen aan de Nationale Ombudsman of de civiele rechter benadrukt. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om eiser een schadevergoeding of proceskostenvergoeding toe te kennen. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.