Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[naam 1] ,
1.De procedure
2.De feiten
[naam 4] , [naam 3] en [naam 1] zijn indirect aandeelhouder van RGA.
, per heden gedeeltelijk is opgeheven.Er dient een bedrag ter hoogte van € 100.000,00 te worden vrijgegeven waarover de rekeninghouder weer vrij kan beschikken.Het conservatoir beslag op het overige saldo van € 18.997,80 dient te worden gehandhaafd.”
3.Het geschil
primairhet door SHA c.s. onder ABN AMRO Bank N.V. gelegde conservatoire derdenbeslag op te heffen, althans het beslag op de rekening [rekeningnummer] op te heffen, dit alles met bepaling dat een bedrag van
€ 100.000,00 zonder korting en verrekening wordt voldaan op de derdenrekening van de procesadvocaat van [naam 1] c.s.;
subsidiair(voor het geval het beslag niet wordt opgeheven) SHA c.s. hoofdelijk te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis hun medewerking te verlenen aan zonder korting en verrekening voldoening van een bedrag van
€ 100.000,00 op de derdenrekening van de procesadvocaat van [naam 1] c.s.;
meer subsidiaireen voorziening te treffen die geraden wordt geacht met het oog op effectieve toegang tot de rechter van [naam 1] c.s.;
een en andermet hoofdelijke veroordeling van SHA c.s. in de proceskosten waaronder de nakosten, onder verrekening met de aanvaarde verplichting dat SHA c.s. de kosten van dit kort geding zullen dragen.
4.De beoordeling
4.5. Daarin worden [naam 1] c.s. niet gevolgd. Niet gezegd kan worden dat het beslag op de bankrekening waarvan [naam 1] c.s. de opheffing vorderen onnodig is. Dat zou mogelijk anders zijn als er voor SHA c.s. geheel geen vrees voor verduistering zou zijn, als er voldoende dekkende alternatieve zekerheid zou zijn, als het beslag buitenproportioneel zou zijn, of als SHA c.s. niet of nauwelijks belang zouden hebben bij het beslag, maar van dat alles is geen sprake.
7 september 2023 het bedrag van € 100.000,00 had vrijgegeven ten behoeve van de kosten van civiele rechtsbijstand. Volgens [naam 1] c.s. hebben SHA c.s. daarmee artikel 21 Rv geschonden en moet dat leiden tot opheffing van het beslag.
€ 100.000,00 tot aan de beslaglegging door SHA c.s. op 27 oktober 2023 geen pro deo advocaat en hebben het vrijgegeven bedrag niet kunnen aanwenden voor rechtsbijstand. Het spreekt niet aan dat [naam 1] c.s. hierdoor in een ongunstiger positie zijn komen te verkeren dan de twee andere voormalig bestuurders.
178,00