Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; als identificeerbaar wordt beschouwd een natuurlijke persoon die direct of indirect kan worden geïdentificeerd, met name aan de hand van een identificator zoals een naam, een identificatienummer, locatiegegevens, een online identificator of van een of meer elementen die kenmerkend zijn voor de fysieke, fysiologische, genetische, psychische, economische, culturele of sociale identiteit van die natuurlijke persoon.
- de provincie Noord-Holland en de Port of Amsterdam (PoA) beheerder zijn van het eNose netwerk;
- het eNose netwerk kan worden gebruikt als signalerings- en analysetool voor toezicht op varend ontgassen;
- de Omgevingsdienst monitoringswerkzaamheden verricht in opdracht van de provincie Noord-Holland en de PoA.
4.Bewezenverklaring
of omstreeks21 april 2022 te Amsterdam
en/of Weesp, althans in de gemeente Amsterdam, in elk geval in Nederland,
en/of met vervoermiddelen,op het Noordzeekanaal
en/of IJ en/of Amsterdam-Rijnkanaal, zijnde een binnenwater
enals bedoeld in artikel 1 lid 1 van genoemde wet, die is aangewezen ingevolge artikel 3, onderdeel a van genoemde wet, door met een
vervoermiddel als bedoeld in artikel 1 onder 1 van genoemde wet en/of sectie 1.2.1 van het ADN (Europees Verdrag inzake het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren), te weten een(binnenvaart)tankschip, genaamd [naam] ,
ledig en/ofgelost van Aardoliedestillaten, N.E.G., UN 1268, klasse 3, verpakkingsgroep II, terwijl de hieraan voorafgaande lading Benzine, UN 1203, klasse 3, verpakkingsgroep II,
en van die benzine afkomstige restladingdampbetrof,
in elk geval gevaarlijke stoffen als bedoeld in artikel 1 Wet vervoer gevaarlijke stoffen, te (laten) vervoeren en/ofin de atmosfeer te ontgassen,
terwijl de desbetreffende ladingtanks die aan boord van dat schip zijn toegelaten, niet vrij waren van restladingdamp van Benzine, UN 1203, klasse 3, verpakkingsgroep II, in elk geval gevaarlijke goederen en/of gassen (mede gelet op sub sectie 1.1.2.5 van het ADN)
, één of meerladingtanks als bedoeld in de Regeling benzinevervoer in mobiele tanks 2006, van dat (binnenvaart)tankschip in de atmosfeer ontgast,
van (onder meer) restladingdampen van benzine, als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de richtlijn nr. 94/63/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 20 december 1994 betreffende de beheersing van de uitstoot van vluchtige organische stoffen (VOS) als gevolg van de opslag van benzine en de distributie van benzine vanaf terminals naar benzinestations (PbEG L 365),
waardoor de restladingdampen van Benzine, UN 1203, klasse 3, verpakkingsgroep II niet in de ladingtank(s) opgeslagen bleven waarbij niet kon worden aangetoond dat:
en/of
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregelen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
€ 1.500,-(vijftienhonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 25 dagen.