ECLI:NL:RBAMS:2024:2141
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Benoeming bijzondere curator voor minderjarige na verhuizing naar Frankrijk zonder toestemming van de vader
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 6 februari 2024 uitspraak gedaan in een kort geding waarin de vader van een minderjarige dochter vorderingen heeft ingesteld tegen de moeder. De moeder is zonder toestemming van de vader met de minderjarige naar Frankrijk verhuisd, wat heeft geleid tot een geschil over het ouderlijk gezag en de zorgregeling. De vader heeft verzocht om de moeder te veroordelen tot terugkeer van de minderjarige naar Nederland en om een verhuisverbod naar het buitenland. De Raad voor de Kinderbescherming heeft zich als tussengekomen partij gevoegd en verzocht om schorsing van het ouderlijk gezag van de moeder. De voorzieningenrechter heeft besloten om een bijzondere curator te benoemen voor de minderjarige, om haar belangen in Frankrijk te behartigen. De bijzondere curator zal de minderjarige bezoeken en rapporteren over haar situatie. De zaak is pro forma aangehouden tot 1 maart 2024, waarbij verdere beslissingen zijn aangehouden in afwachting van de rapportage van de bijzondere curator.