Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 september 2023, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- het tussenvonnis van 6 december 2023, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 14 februari 2023 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
electronic money institution, gevestigd te Litouwen (hierna: TS). Het gaat om een totaalbedrag van € 242.725. Deze rekening (hierna: de Litouwse rekening) stond op naam van [eiser] . TS beschikte in die periode over een bankvergunning van de centrale bank van Litouwen.
bitcoinsaan te kopen, die om te zetten in euro’s en daarmee investeringen te doen. [eiser] ging ervan uit dat hij vervolgens met de bedragen die hij naar de Litouwse rekening had overgemaakt, via [naam] en andere kanalen,
bitcoinshad aangeschaft.
€ 138.000 (juni) en € 108.000 (juli) overgemaakt van de bankrekening naar de Litouwse rekening.
alertis door een analist van bank als
not fraudbeoordeeld en heeft niet tot nader onderzoek van de bank geleid.
3.Het geschil
alertsin het transactiemonitoringssysteem van de bank en nader onderzoek moeten leiden, zo niet al vanaf 30 april 2021 dan in ieder geval op 21 juni 2021. De bank wist, althans behoorde te weten, dat de betaalrekening mogelijk werd gebruikt voor handelingen die in strijd zijn met de uitoefening van een integer bedrijf. Op grond van de
alertvan 8 juni 2021 had de bank maatregelen moeten nemen.
bitcoinsop een wereldwijd bekend handelsplatform en vielen buiten de parameters om een nader onderzoek te starten.
4.De beoordeling
alertvan 8 juni 2021 biedt in ieder geval niet zo een aanknopingspunt. Deze
alert– gegenereerd door het transactiemonitoringssysteem van de bank op grond van de Wft en Wwft – had betrekking op één (gewilde) overboeking (van [eiser] naar zichzelf) en is door een analist beoordeeld. De analist zag in deze overboeking geen gevaar voor de bank of [eiser] en vond nader onderzoek niet nodig. Dit oordeel is, op basis van de vaststaande feiten en na een marginale toetsing, niet onbegrijpelijk. Nu niet is voldaan aan de eis dat de bank wetenschap had van of serieuze aanwijzingen voor onregelmatigheden op de bankrekening van [eiser] , kan evenmin op die grond een zorgplichtschending worden aangenomen.
€ 178(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)