Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
hierna te noemen: [gedaagde 1] .
2 [gedaagde 2] ,
3. [gedaagde 3] ,
1.De procedure
erflater).
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 27 maart 2024 uitspraak gedaan in een erfrechtelijke procedure tussen [eiser] en [gedaagde 1], die als executeur van de nalatenschap van [erflater] optreedt. [eiser] heeft vorderingen ingesteld tegen [gedaagde 1] om de goederen van de nalatenschap af te dragen aan de erfgenamen en om rekening en verantwoording af te leggen over de afwikkeling van de nalatenschap. De rechtbank heeft vastgesteld dat [gedaagde 1] haar taak als executeur per 20 januari 2022 heeft beëindigd, maar dat zij tot nu toe geen inzicht heeft gegeven in de nalatenschap en de afwikkeling daarvan. De rechtbank heeft [gedaagde 1] veroordeeld om binnen acht weken na betekening van het vonnis rekening en verantwoording af te leggen. Tevens is bepaald dat [gedaagde 1] dwangsommen verbeurt als zij hier niet aan voldoet, met een maximum van € 50.000,-. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak is openbaar gemaakt en is een belangrijke stap in de afwikkeling van de nalatenschap.