Taxperience vordert [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 18.333,17 aan hoofdsom,
€ 958,33 aan buitengerechtelijke kosten en € 3.083,98 aan rente, alles vermeerderd met de contractuele rente van 0,25% per week dan wel de wettelijke rente en met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
Taxperience stelt dat zij in opdracht en voor rekening van [gedaagde] (financieel) advies heeft gegeven. De diensten heeft Taxperience nader gespecificeerd in de nota’s die zij aan [gedaagde] heeft gestuurd. De overeenkomst is volgens Taxperience mondeling, binnen de verkoopruimte gesloten. [gedaagde] is akkoord gegaan met de algemene voorwaarden en verder heeft Taxperience voldaan aan de informatieplichten van 6:230l BW. De overeenkomst is inmiddels beëindigd, omdat de contractduur is verlopen. Taxperience heeft de algemene voorwaarden en de facturen bij de dagvaarding gevoegd.
Taxperience stelt dat [gedaagde] een consument is, zodat de overeenkomst tussen partijen wordt aangemerkt als een consumentenovereenkomst. Er moet in dat geval ambtshalve worden onderzocht of Taxperience heeft voldaan aan haar informatieplichten en of in de overeenkomst oneerlijke bedingen zijn opgenomen in de zin van Richtlijn 93/13 EG (richtlijn oneerlijke bedingen).
Taxperience stelt dat er geen schriftelijke overeenkomst is en verder, in algemene zin, dat zij de informatieplichten van artikel 6:230l BW is nagekomen, waaronder het verstrekken van informatie over de prijs. In de algemene voorwaarden waarnaar Taxperience verwijst zijn in artikel 4 eveneens slechts algemene bepalingen over het tarief opgenomen, zonder daarbij overigens de hoogte van het tarief te noemen. Het is dan ook onduidelijk gebleven wat partijen precies over de (totaal)prijs voor de diensten van Taxperience hebben afgesproken en of daarover afzonderlijk is onderhandeld. Dat is van belang omdat voor het geval niet over een (prijs)beding is onderhandeld, de oneerlijkheid daarvan moet worden beoordeeld (artikel 3 lid 1 van de richtlijn oneerlijke bedingen).
Taxperience wordt in dit kader in de gelegenheid gesteld, mede gelet op het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 12 januari 2023 (ECLI:EU:C:2023:14), een nadere toelichting te geven over het tot stand komen van de overeenkomst en het afgesproken tarief. In het aangehaalde arrest speelt de vraag of een beding in een overeenkomst voor het verrichten van juridische diensten, waarin de kosten uitsluitend zijn vastgelegd op basis van een uurtarief, zonder verdere precisering, voldoet aan het vereiste dat bedingen duidelijk en begrijpelijk zijn geformuleerd in de zin van artikel 4 lid 2 van de richtlijn oneerlijke bedingen. Kort gezegd is geoordeeld dat alleen het noemen van een uurtarief de gemiddelde, normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende consument niet in staat stelt om alle financiële consequenties in te schatten die voor hem uit het beding voortvloeien, namelijk het totale bedrag dat hij voor de diensten zal moeten betalen. Verder is overwogen dat een handelaar (zoals in dit geval Taxperience), vóórdat de overeenkomst wordt gesloten, informatie moet verstrekken die de consument in staat stelt om met de nodige voorzichtigheid zijn beslissing te nemen. Die informatie moet aanwijzingen bevatten die de consument in staat stellen bij benadering de totale kosten van die diensten te ramen, zoals een raming van het voorzienbare of minimale aantal uren dat nodig is om een bepaalde dienst te verlenen of een verbintenis om met redelijke tussenpozen tussentijdse facturen of verslagen te bezorgen waarin het aantal al gepresteerde werkuren wordt vermeld.
Dit arrest is ook op onderhavige overeenkomst van opdracht van toepassing. Taxperience moet derhalve laten zien dat zij [gedaagde] tijdig en juist heeft geïnformeerd over de (totale) kosten die de werkzaamheden zouden kunnen meebrengen, tenzij partijen over deze kosten (daadwerkelijk) hebben onderhandeld.
Verder zijn in de algemene voorwaarden geen bedingen aangetroffen waarop Taxperience in het kader van de vordering een beroep doet of zou kunnen doen en die oneerlijk zijn. Daarbij wordt opgemerkt dat in de algemene voorwaarden van Taxperience geen beding is opgenomen dat op rente ziet, zodat in geval de hoofdsom wordt toegewezen, vooralsnog daarover niet de contractuele rente van 0,25% maar de subsidiair gevraagde wettelijke rente toewijsbaar zou zijn.
Taxperience moet een kopie van haar akte, inclusief dit vonnis, ten minste twee weken vóór de hierna te bepalen rolzitting aan [gedaagde] toesturen, met de mededeling dat en op welke wijze hij op die akte kan reageren of daarvoor uitstel kan vragen en dat een schriftelijke reactie uiterlijk op de laatste werkdag voorafgaand aan de rolzitting door de rechtbank moet zijn ontvangen. Taxperience wordt verzocht in dat kader niet alleen de akte, maar ook deze mededeling/brief aan [gedaagde] in het geding te brengen. Wanneer niet kan worden vastgesteld dat de akte tijdig en met de juiste mededeling aan [gedaagde] is toegestuurd, wordt de akte in beginsel buiten beschouwing gelaten.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.