Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[gedaagde 5],
[gedaagde 6],
[gedaagde 7],
gedaagden,
1.De procedure
2.De feiten
bad leaverzijn aandelen moet aanbieden voor € 1,- indien (onder meer) sprake is van een
‘serious or persistent default in performing and observing any of its obligations under this Agreement, and, where such default is capable of remedy, fails to remedy it within 10 (ten) Business Days after service of written notice from Kyoto Trading Coop of such default’.
opportunitiesverwacht. Lopende contracten zijn door klanten voortijdig beëindigd.
3.Het geschil
bad leaveren zijn verplicht hun aandelen aan te bieden voor een bedrag van € 1,-. [gedaagde 5] , [gedaagde 6] en [gedaagde 7] zijn te vereenzelvigen met de managementvennootschappen en met Projects GmbH en Projects B.V. Die laatste twee vennootschappen zijn slechts juridische hulzen die door de managementvennootschappen zijn opgericht om hun concurrerende activiteiten in onder te brengen.
draft financialsgekregen. Die bevatten echter niet de informatie die een jaarrekening moet bevatten en bijvoorbeeld geen informatie over Kyoto NA. Daarvan hebben gedaagden pas in oktober 2023 financiële gegevens ontvangen, waaruit blijkt dat Kyoto NA miljoenenverliezen heeft geleden. Verder heeft [naam 1] belastingaangiften onbetaald gelaten, hetgeen heeft geleid tot een belastingschuld van meer dan € 1 miljoen als gevolg waarvan de belastingdienst in Duitsland beslag heeft gelegd (wat weer heeft geleid tot problemen in de bedrijfsvoering). Het was daarom nodig om bestaande opdrachten ‘om te leiden’ of te
reroutenen dat is in overleg met [naam 1] gedaan. Anders zouden aanbetalingen van klanten immers direct door de belastingdienst worden geïnd, als gevolg waarvan opdrachten niet zouden kunnen worden uitgevoerd. Het betreft hier geen concurrentie maar onderaanneming. De inkomsten zijn voor Cooling. Er is dan ook geen sprake van onrechtmatige concurrentie. Cooling en Care zijn technisch failliet en er is geen sprake van een actieve onderneming. Ook om die reden is er geen sprake van overtreding van het non-concurrentiebeding. Dat vereist immers een
activeonderneming. [gedaagde 5] , [gedaagde 7] en [gedaagde 6] hebben schade geleden door de door [naam 1] veroorzaakte problemen in de bedrijfsvoering. De waarde van de vennootschappen is immers verdampt. Voor zover zij al boetes verschuldigd zouden zijn, hetgeen dus wordt betwist, moeten deze worden verrekend met hun vorderingen tot schadevergoeding.
4.De beoordeling
Bevoegdheid en toepasselijk recht
reroutenvan de opdrachten, en zij hebben dit ook met [naam 1] besproken. De inkomsten die daarmee gegenereerd zijn, staan op de rekeningen van Projects B.V. en/of Projects GmbH, ten behoeve van Holding en Cooling. Deze lezing van de gebeurtenissen door gedaagden wordt ondersteund door verschillende e-mailberichten (zie bijvoorbeeld 2.8 en 2.10). [naam 1] heeft betwist dat hij heeft ingestemd met het
reroutenvan de opdrachten. Hoewel uit het dossier niet blijkt dat [naam 1] expliciet heeft ingestemd met
rerouting, blijkt uit de e-mail van 2 februari 2022 dat [gedaagde 5] [naam 1] wel ervan op de hoogte heeft gesteld dat dit noodzakelijk was om aan de beslagen van de belastingdienst te ontkomen. Verder heeft [naam 1] in de uitgebreide dagvaarding of in de pleitnota met geen woord gerept over de beschuldiging dat hij gelden van Cooling en Care heeft aangewend voor Kyoto NA, waardoor Cooling en Care in de problemen zijn gekomen. [naam 1] was bekend met dit verweer, nu dit in het enquêteverzoek uitgebreid is verwoord. Ook heeft hij geen verklaring gegeven voor de omstandigheid dat hij geen jaarstukken heeft opgesteld, geen belastingaangiftes heeft gedaan en gedaagden niet van financiële informatie heeft voorzien, hoewel zij daar jarenlang om hebben gevraagd. Dit was wel zijn verantwoordelijkheid, als (indirect) enig bestuurder van de groep.
lendersvinden dat de activa van de onderneming moeten worden verkocht. [naam 1] heeft ter zitting gesteld dat hij die middag een nieuw huurcontract zou gaan sluiten voor Cooling en Care, maar heeft daarvan geen stukken overgelegd. Kyoto Holding c.s. erkent overigens dat zij al jaren bezig is om financiering te verkrijgen, al drie jaar geen nieuwe inkomsten meer heeft en de komende 12 maanden ook geen inkomsten verwacht. Zij stelt verder dat dit kort geding een eerste stap is op de weg om weer “
active” te worden, waarmee zij in feite onderstreept dat het een lange weg zou zijn om (weer) volledig en zonder haperen de cruciale dienstverlening voor klanten te gaan verzorgen. Tegen die achtergrond is het niet in het belang van de klanten van Projects B.V./GmbH om afgesneden te worden van hun huidige opdrachtnemer en overgeheveld te worden naar Kyoto Holding c.s. Niet in geschil is dat de dienstverlening door Projects B.V./GmbH ziet op cruciale bedrijfsonderdelen en op geen moment onderbroken mag worden. Tegenover dit grote belang van klanten staat aan de kant van Kyoto Holding c.s. vooral een financieel belang. Dat is echter een minder zwaarwegend en ook minder spoedeisend belang. Mocht de bodemrechter oordelen dat sprake is van overtreding van het non-concurrentiebeding, en overigens ook als dat niet zo is en wordt geoordeeld dat Projects GmbH en Projects B.V. hebben gehandeld als onderaannemer, dan heeft Kyoto Holding c.s. mogelijk een geldvordering op (een deel van de) gedaagden, die ook in de bodemprocedure kan worden betrokken.
1.079,00